Syndroom van Adie: Aandoening aan ogen en reflexen
In 1932 beschreef de Engelse neuroloog Adie het syndroom van Adie, ook wel gekend als “familiale hereditaire areflexie” of “Holmes-Adie-syndroom”. Deze neurologische aandoening kenmerkt zich door een sterk vertraagde pupilreactie van (meestal) één oog, wat voor een patiënt lastig is omdat hij dan problemen heeft met het aanpassen naar andere lichtomstandigheden. Wetenschappers buigen zich nog over de oorzaak en een behandeling voor dit syndroom.
Synoniemen syndroom van Adie
Het syndroom van Adie is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- Adie Syndroom
- Adie's Pupil
- Adie's Tonische Pupil
- Holmes-Adie Syndroom
- Papillotonische Psuedotabes
- Tonische Pupil Syndroom
Epidemiologie Adie-syndroom
Het syndroom komt veel meer voor bij (jonge) vrouwen (70%) dan bij mannen (30%). De ziekte treedt veelal op tussen de twintig en veertig jaar. De gemiddelde persoon die diagnoseleeftijd bedraagt 32 jaar. Meestal is één oog getroffen, soms zijn beide ogen aangetast. De incidentie bedraagt 4.7 per 100.000. Dit cijfer is echter oud (1970) maar nieuwere gegevens zijn ook in recente studies niet beschikbaar.
Oorzaken oog- en reflexaandoening
Vermoedelijk werkt de zenuw die het samentrekken en verwijden van de pupil regelt niet goed. Pupilvernauwing treedt daarom slechts zeer langzaam op wanneer licht in het oog valt. Zeer langzaam treedt een pupilverwijding op wanneer de lichtsterkte afneemt. Bij een normaal zicht gaat dit alles veel sneller.
Voorlopig is de oorzaak nog niet bekend. Misschien gaat het om een
auto-immuunziekte maar wetenschappers sluiten een stoornis van het parasympatische deel van het autonome zenuwstelsel niet uit. De oorzaak is een bacteriële of virale infectie die schade toebrengt aan de zenuwen die het verwijden en samentrekken van de pupil regelen. Echter, vaak is het syndroom van Adie idiopathisch wat inhoudt dat er geen bekende oorzaak is. Het is zelden een erfelijke aandoening.
Symptomen aandoening: Ogen en reflexen
Ogen
De patiënt heeft snel last van licht (
fotofobie), hij heeft moeilijkheden om van dichtbij te zien (bijvoorbeeld lezen), is soms
verzienden heeft sporadisch
pijn aan de wenkbrauw. Meestal vertonen de onderzoeksresultaten geen abnormaliteiten bij een
uitgebreid oogonderzoek.
Reflexen
Voorts zijn de kniepees- en of achillespeesreflex (bijna) afwezig. Dit geeft echter meestal geen klachten bij de patiënt, maar de reflexen vallen wel volledig weg na verloop van tijd.
Bijkomende symptomen
Tevens hebben sommige patiënten last van cardiovasculaire afwijkingen (
medische term voor "hart- en vaataandoeningen"). Ook
hoofdpijn komt voor. Daarnaast hebben patiënten moeilijkheden bij het zweten of zijn ze zelfs niet in staat om te zweten (
anhidrose). Soms is slechts één zijde van het lichaam aangetast.
Diagnose en onderzoeken
Oogheelkundig onderzoek
De diagnose gebeurt aan de hand van een
grondig oogheelkundig onderzoek. De patiënt lijdt mogelijk aan
anisocorie (oogafwijking met ongelijke pupilgroottes).
Differentiële diagnose
De differentiële diagnoses voor het syndroom van Adie omvatten
Behandeling
Een behandeling voor het Adie-syndroom is niet voorhanden. Soms helpt een leesbril of een ander
leeshulpmiddel. Soms schrijft een oogarts
medicatie voor om de pupilgrootte te regelen bij mensen die 's nachts met de auto rijden of om
lichtverblinding te voorkomen. Een chirurg behandelt overmatig zweten (
hyperhidrose) via een thoracale
sympathectomie.
Prognose syndroom van Adie
Meestal gaat de patiënt na verloop van tijd weer beter zien van dichterbij omdat hij steeds went aan de grote pupil. Dit gebeurt bij ongeveer 50% van de patiënten. De klachten verminderen spontaan. Het verlies van diepe peesreflexen is permanent. De aandoening is niet levensbedreigend. Bijgevolg zijn er geen sterftecijfers bekend. Wel is de aandoening mogelijk erg slopend. Voor sommige mensen zijn de oogproblemen niet het vervelendste maar wel het overmatig zweten. Het verlies van diepe peesreflexen is permanent.