Ziekte van Refsum met symptomen aan ogen, huid en zenuwen
De ziekte van Refsum is een erfelijke aandoening die zich kenmerkt door retinitis pigmentosa (oogaandoening), perifere polyneuropathie, cerebellaire ataxie en ichthyosis (huidaandoening). Daarnaast treedt mogelijk nog een waaier van symptomen op. Een opeenstapeling van fytaanzuur in plasma en weefsel is de oorzaak van deze neurocutane ziekte. Patiënten met deze aandoening moeten goed op hun voeding letten. De ziekte werd voor het eerst in 1946 beschreven.
Synoniemen aandoening
De ziekte van Refsum is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- DOC 11 (Fytaanzuur type)
- Fytaanzuur Opslag Aandoening
- Heredopathia Atactica Polyneuritiformis
- Hypertrofische neuropathie van Refsum
- Refsum Disease
- Verhoorningsstoornis 11 (Fytaanzuur Type)
Epidemiologie ziekte van Refsum
Wereldwijd lijden slechts enkele tientallen patiënten aan de ziekte van Refsum waardoor de aandoening uiterst zeldzaam is. Er is geen geslachts- of raciale voorliefde van de ziekte gemeld. Er is evenmin informatie bekend over de landen of gebieden waar de ziekte vooral voorkomt.
Oorzaken en erfelijkheid aandoening
Mutaties in de PHYH-gen zijn in het overgrote deel de oorzaak van de ziekte van Refsum. Slechts een klein percentage is toe te schrijven aan een mutaties in het PEX7-gen. De overerving van deze aandoening gebeurt autosomaal recessief waardoor beide kopieën van het gen mutaties in elke cel hebben. De ouders van een patiënt dragen elk één kopie van het gemuteerde gen, maar vertonen meestal geen symptomen van de aandoening.
Symptomen: Retinitis pigmentosa,, cerebellaire ataxie en ichthyosis
De belangrijkste symptomen zijn
retinitis pigmentosa,
perifere neuropathie (verminderd pijngevoel,
verlamming, prikkelingen en
tintelingen in handen en voeten), cerebellaire
ataxie en
ichthyosis vulgaris (
huidziekte die gepaard gaat met een
droge huid en
schilferige huid). Meestal heeft een patiënt ook
anosmie (onvermogen om te ruiken). Daarnaast presenteren zich soms bijkomende symptomen. De symptomen ontwikkelen zich veelal langzaam en ongemerkt vanaf de kindertijd en komen vaak tot uiting in de vroege volwassenheid. Meestal starten de symptomen wanneer een kind tussen de twee en zeven jaar is, maar gebeurt de diagnose zelf pas wanneer de patiënt (jong)volwassen is.
Retinitis pigmentosa (RP)
De patiënt verliest zijn gezichtsvermogen bij de oogziekte retinitis pigmentosa. Deze aandoening treft het netvlies, de lichtgevoelige laag aan de achterkant van het oog. De lichtgevoelige cellen van het netvlies verslechteren geleidelijk aan waardoor het gezichtsvermogen achteruit gaat. Het eerste symptoom van retinitis pigmentosa is meestal
nachtblindheid dat reeds start in de kindertijd. De
netvliesaandoening verloopt progressief maar meestal traag waardoor het perifere (zijdelingse) zicht na vele jaren pas verstoord is. Uiteindelijk leidt de oogziekte soms tot blindheid.
Perifere polyneuropathie
Perifere
polyneuropathie is een aandoening van meerdere perifere zenuwen. Dit zijn alle zenuwbanen die niet in de
hersenen of het ruggenmerg gelegen zijn. Symptomen zijn gevoelloosheid,
zwakte, brandende
pijn en het verlies van reflexen.
Cerebellaire ataxie
Ataxie is een coördinatiestoornis in de beweging. Het defect bevindt zich bij cerebellaire ataxie in een bepaald deel van de hersenen (de kleine hersenen). De hersenen zijn niet in staat om de houding van het lichaam en de richting van de lichaamsbewegingen te regelen, waardoor de coördinatiestoornis en het wankelen ontstaan.
Ichthyosis
Ichthyosis is een droge, schilferige huid, wat zich mogelijk presenteert op de
handpalmen en voetzolen of op de romp van het lichaam.
Andere symptomen
Andere mogelijke oogsymptomen zijn pupilafwijkingen en
nystagmus.
Gehoorverlies komt ook voor. Botafwijkingen van de handen en voeten zijn vaak congenitaal (aangeboren). De patiënt heeft dan bijvoorbeeld verkorte ledematen. Een
abnormaal hartritme (dysritmie) en andere hartproblemen die mogelijk levensbedreigend zijn, zijn eveneens gerapporteerd.
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
De arts doet een
bloedonderzoek waardoor hij in staat is het fytaanzuurgehalte te meten. Soms doet de arts een genetisch onderzoek dat de diagnose bevestigt. Dit onderzoek is eveneens handig bij prenatale diagnostiek.
Oogheelkundig onderzoek
Een patiënt met retinitis pigmentosa gaat verder regelmatig naar de oogarts voor een
uitgebreid oogonderzoek. De oogarts voert vaak een
elektroretinografie (ERG), een
OCT-scan (netvliesscan) en/of een
fluorescentieangiografie (onderzoek bloedvaten netvlies) uit. Het ERG geeft meestal abnormale resultaten weer bij de ziekte van Refsum. De onderzoeken zijn nodig om de aandoening beter op te volgen.
Behandeling
Een
gezonde en evenwichtige voeding is een belangrijke behandelingsoptie. In bepaalde voedingsproducten zoals rundvlees, lamsvlees, volle room, melk, boter en kaas zit namelijk veel fytaanzuur. Hiervan mag de patiënt maar maximum 10 mg/dag nuttigen. De patiënt behoudt best zijn gewicht, want als hij gewicht verliest, verdwijnt het opgeslagen fytaanzuur uit het vetweefsel waardoor het plasmafytaanzuur verhoogt. Dit leidt tot een verslechtering van de symptomen. Bijgevolg is soms een plasmafere (verwijderen van plasma uit het bloed) vereist, meestal één à twee keer per maand.
Voorts krijgt de patiënt een multidisciplinaire behandeling die eveneens afhankelijk is van de aard van zijn symptomen.
Prognose ziekte van Refsum
De prognose van de ziekte van Refsum varieert per patiënt. De neurologische symptomen blijven stabiel bij een goede voeding. Soms verbeteren hierdoor zelfs de neurologische- en huidafwijkingen. Door een goede voeding blijven patiënten langer dan vroeger overleven. Vroeger overleden de meeste patiënten reeds voor de leeftijd van dertig jaar. Jammer genoeg resulteren
hartafwijkingen soms in een vroegtijdig overlijden.