Huiduitslag en huidafwijkingen bij baby's (pasgeborenen)
Pasgeborenen hebben mogelijk bij de geboorte een huiduitslag. Ook kort na de geboorte ontwikkelen zich mogelijk huidvlekken die variëren in ernst, locatie, kleur, vorm, hoeveelheid, ... Sommige huidaandoeningen zijn erg mild en verdwijnen spontaan binnen enkele dagen, maanden tot jaren. Andere huidafwijkingen behoeven een medische behandeling omdat ze andere weefsels kunnen storen of omdat ook nog andere symptomen gepaard gaan met de huidziekten. Daarnaast zijn enkele huidletsels onderdeel van een erfelijk syndroom en kampt de baby nog met andere problemen.
Aardbeivlekken
Symptomen
Aardbeivlekken (caverneuze hemangiomen), die voornamelijk bestaan uit bloedvaten, treffen 4 tot 10% van de zuigelingen. Dit presenteert zich bij of kort na de geboorte als een enkele rood tot paars klonterig
gezwelletje dat snel groeit gedurende de eerste drie tot negen maanden. Vaak zijn meerdere huidletsels aanwezig. De omvang, diepte en locatie van deze gezwellen zijn variabel. Aardbeivlekken verschijnen meestal spontaan, maar soms zijn ze onderdeel van een syndroom, zoals het PHACES-syndroom, waarbij naast de huidafwijking ook nog problemen voorkomen aan het hart, de
hersenen, de ogen en het borstbeen.
Behandeling
Behandelingsmogelijkheden van aardbeivlekken omvatten het injecteren van
corticosteroïden in het letsel, of het innemen via de mond van deze krachtige ontstekingsremmende medicijnen. Ook is chirurgie mogelijk bij bepaalde letsels, evenals lasertherapie (voor de behandeling van
huidzweren). Alfa-interferon injecties, vincristine of embolisatie (dichtmaken van een bloedvat) zet de arts enkel in voor levensbedreigende gebeurtenissen. Dankzij een cosmetische behandeling verdwijnen deze vlekken, al duurt het soms wel tot zeven jaar voordat deze volledig verdwenen zijn. Wanneer deze gezwellen verdwenen zijn, houdt de patiënt hieraan soms nog een
dunne huid,
littekens, pigmentvlekken en/of zichtbare bloedvaatjes over. Af en toe is plastische chirurgie nodig om de resterende slappe huid te verwijderen. Een behandeling is aangewezen als het letsel zweert of vaak bloedt of problemen veroorzaakt met het voeden of het gezichtsvermogen. Ook in andere, zeldzame omstandigheden is een medische behandeling vereist.
De eerste twee complicaties zijn zeer zeldzaam, en verschijnen vaak enkel bij grote letsels met een aanzienlijk diepe betrokkenheid van bloedvaten.
Acne
Acne, ook gekend als “roze puistjes” of “babyacne” kenmerkt zich door de een rode, geïrriteerde huid waarop puistjes, ontstoken bultjes of soms zelfs
abcessen,
cysten (abnormaal gevormde holten in lichaam), littekens en
knobbels ontstaan. Deze
huiduitslag komt vaak voor bij pasgeborenen en verschijnt normaliter op de wangen en het voorhoofd bij de geboorte of een paar weken na de geboorte. Neonatale acne is het resultaat van een
baby die in contact komt met hormonen terwijl deze zich in de
baarmoeder bevindt. Deze huidaandoening is meestal niet ernstig en verdwijnt binnen een paar weken of maanden zonder enige behandeling.
Acrodermatitis enteropathica
Oorzaken
Synoniemen voor
acrodermatitis enteropathica zijn "congenitale
zinkdeficiëntie", "het Brandt-syndroom", "het Danbolt-Cross-syndroom" en "het syndroom van Danbolt". Deze huidziekte is het gevolg van een zeldzame erfelijke deficiëntie van zinkabsorptie (het lichaam is niet in staat om zink op te nemen). De huidafwijking presenteert zich vier tot zes weken bij baby’s die
borstvoeding krijgen, of eerder bij baby’s die flesvoeding krijgen.
Symptomen
De huidaandoening presenteert zich als een rode uitslag die af en toe gepaard gaat met
blaarvorming. De huiduitslag bevindt zich veelal rond de perineum (bilnaad), de mond, de
handen en de
voeten. Soms gaat acrodermatitis enteropathica gepaard met
fotofobie (lichtschuwheid),
diarree en alopecia (
haaruitval).
Behandeling
De behandeling gebeurt met levenslange orale (via de mond) inname van zink, wat een effectieve behandeling is voor de meeste patiënten.
Aplasia cutis congenita
Aplasia cutis congenita is vaak een erfelijke aandoening waarbij de vorming van bepaalde gebieden in de hoofdhuid of de huid gestoord is. De behandeling is ondersteunend totdat het letsel genezen is. Soms ontstaat een haarloos litteken wat later in het leven te verwijderen valt. Minder vaak zijn de romp en de ledematen aangetast en gaan de letsels gepaard met afwijkingen aan de ledematen,
epidermolysis bullosa (loslating van opperhuid en
blaarvorming), en chromosoomafwijkingen.
Archipelvlek
Een
archipelvlek presenteert zich bij zuigelingen als een diep blauw-grijze kneuzingachtige ruimte, meestal boven het heiligbeen of de rug. Soms verwarren artsen dit zelfs met een teken van kindermishandeling. Deze huidafwijking is het gevolg van klompjes melanocyten (pigmentcellen die zorgen voor de huidskleur) die zich diep in de lederhuid bevinden in plaats van in de opperhuid. Archipelvlekken komen vaak voor bij kinderen van Oosterse afkomst, en minder vaak bij zwarte Afrikanen en ze zijn zeldzaam bij Kaukasiërs. Meestal zijn deze vlekken verdwenen voor de leeftijd van zeven jaar. Een behandeling is hierbij niet vereist.
Epidermolysis bullosa
Epidermolysis bullosa is een groep van zeldzame erfelijke aandoeningen waarbij de opperhuid (epidermis) loslaat. Deze autosomaal dominant of recessieve huidziekten gaan gepaard met blaarvorming. Het loslaten van de opperhuid gebeurt voornamelijk als reactie op een lichte wrijving of een trauma (letsel). Af en toe gaan secundaire infecties gepaard met epidermolysis bullosa. De ziekte bestaat in drie hoofdtypen:
- epidermolysis bullosa acquisita: Auto-immune huidziekte, vaak in verband gebracht met ziekten zoals diabetes mellitus (suikerziekte) en inflammatoire darmziekten
- epidermolysis bullosa hereditaria dystrophica en junctionele epidermolysis bullosa
- epidermolysis bullosa mechanica hereditaria simplex (ziekte van Goldscheider)
Een
huidbiopsie onderscheidt de verschillende soorten en bepaalt de prognose. Voorts is een prenatale diagnose mogelijk voor het opsporen van bepaalde varianten waarbij het genetisch defect bekend is. De behandeling van deze soms ernstige huidafwijking verloopt symptomatisch en ondersteunend.
Erythema neonatorum
Een andere benaming voor erythema neonatorum is “giftige erythema van de pasgeborene”. Deze term houdt in dat de baby een voorbijgaande vlekkerige uitslag heeft. De huiduitslag bestaat af en toe uit puisten, maar het kind zelf is ondanks de naam van de huidafwijking doet vermoeden, niet giftig of onwel. Binnen de paar dagen is erythema neonatum verdwenen.
Herpes simplex
Neonatale
herpes simplex ontstaat bij baby’s waarvan de moeder besmet is geraakt met het virus. 70% van de baby’s ontwikkelt een huiduitslag en 90% van deze kinderen ontwikkelen een systematische ziekte. Op de huid verschijnen gegroepeerde rode papels en blaasjes. Deze groeien uit naar puistjes met een korstige rand. Deze bloeden gedurende twee à drie dagen. De behandeling van herpes simplex bij baby’s gebeurt met behulp van
medicijnen.
Incontinentia pigmenti
Bij
incontinentia pigmenta, een aandoening die symptomen aan de huid en ogen veroorzaakt, zijn haast enkel vrouwen getroffen. Een
rode huiduitslag en blaarvormen die de lijnen van Blaschko volgen verschijnen op de huid. Na enkele weken tot maanden verschijnen
wratachtige plaques. Vervolgens, ongeveer twee à zes maanden na de geboorte, ontstaan pigmentveranderingen waardoor donkere, marmercake-achtige vlekken aanwezig zijn in de huid (
hyperpigmentatie). In de late kindertijd vervagen wel in de late kindertijd. Voorts komen hierbij ook afwijkingen voor aan de hersenen, de ogen, het gebit, het hart en het skelet.
Lupus erythematosus
Bij de baby ontstaan ringvormige rode (erythemateuze) vlekken (plaques). Deze aandoening waarvan de
overdracht transplacentaal gebeurt, is het gevolg van
langdurige blootstelling aan de schadelijke UV-stralen van zonlicht, en dit verergert bovendien de symptomen. Geassocieerde ziekten zijn een hartblok,
hepatosplenomegalie (
een vergroting van de milt en een
vergroting van de lever),
anemie (bloedarmoede),
leukopenie (een tekort aan leukocyten: type witte bloedcellen),
trombocytopenie (een tekort aan bloedplaatjes) en/of lymfadenopathie (
gezwollen lymfeklieren). Normaalgezien houden de symptomen ongeveer zes tot twaalf maanden aan, behalve als het hart ook is getroffen.
Topische steroïden (lokaal aangebrachte sterke ontstekingsremmende medicijnen) zijn inzetbaar bij lupus erythematosus. Een systemische kuur met steroïden is zelden nodig.
Luieruitslag
Luierdermatitis is de medische term voor
luieruitslag. Dit is een eczeemaandoening veroorzaakt door ontlasting en urine die vastgeplakt blijft op de huid. Dit komt haast bij alle baby’s overal ter wereld voor. De buigzame lichaamsdelen zijn meestal gespaard, wat een nuttig onderscheidend kenmerk van
seborroïsch eczeem (huidziekte met
hoofdroos,
schilfering en
rode huid) en atopisch
eczeem (chronische huidziekte met
droge huid en
jeukende huid). Als satelliethuidletsels aanwezig zijn langs de rand, duidt dit mogelijk op een bijkomende
Candida-infectie. Deze uitslag treedt eveneens op bij ouderen die lijden aan
urine-incontinentie. De behandeling bestaat uit het frequent wisselen van de luier en het regelmatige toepassen van een beschermende crème.
Milia
Milium is vaker gekend onder de meervoudsvorm,
milia. Milia, het synoniem van “melkvlekken”, zijn kleine folliculaire epidermale cysten. Ze zien er uit als kleine witte pukkels die zich vaak op het
gezicht van baby's bevinden. Soms komen ze ook terecht op de ogen en dan veroorzaken ze een
wit bultje op het ooglid. Ze verdwijnen spontaan, in tegenstelling tot bij volwassenen.
Moedervlekken
Moedervlekken ontstaan bij de geboorte. Ze bestaan uit vasculaire (rode) vlekken of gepigmenteerde (huidkleurige tot zwarte vlekken). Deze onschuldige huidafwijking brengt geen andere symptomen met zich mee. Soms is een moedervlek wel onderdeel van een onderliggend syndroom zoals
neurofibromatose (afwijkingen aan huid en ogen) of het
Goltz-Gorlin-syndroom (craniofaciale afwijking).
Rubella
De letsels hebben bij congenitale
rubella (
aangeboren rodehond) een bosbeskleur. Wanneer rubella zich verspreidt heeft, ontstaat geelzucht (
icterus), een
longontsteking (pneumonie), een hersenvliesontsteking (encefalitis), botafwijkingen en een tekort aan bloedplaatjes (trombocytopenie). Congenitale rubella is tevens geassocieerd met staar (
cataract), kleine ogen (
microftalmie), een verhoogde oogboldruk (
glaucoom) en een aangeboren
hartaandoening. Deze bosbeskleurige huidletsels komen eveneens voor bij
congenitale CMV en
toxoplasmose en worden gediagnosticeerd met behulp van een serologisch onderzoek.
Seborreïsche dermatitis
Een andere veel voorkomende neonatale huiduitslag is
seborreïsche dermatitis. Deze huiduitslag is gekenmerkt door de vorming van verscheidene vette, knapperige, dikke gele korsten op de hoofdhuid. Dit lijkt soms jeukend en
pijnlijk te zijn, maar vormt voor het kind geen probleem. Binnen een paar maanden verdwijnt seborreïsche
dermatitis. De huidziekte verdwijnt nog sneller wanneer de ouder dagelijks de zachtjes de hoofdhuid borstelt en het haar van de baby elke dag wast.
Spruw
Spruw is een neonatale huiduitslag waarbij in de mond een coating te vinden is die vergelijkbaar is met kwark of melk. In het lichaam is sprake van een overmatige groei van een gist. Dit is soms pijnlijk voor een kind en daarom is in deze gevallen een behandeling vereist. De arts schrijft
antimycotica (geneesmiddelen tegen schimmels) voor die op een speciale manier aangebracht moet worden in de mond. Borstvoeding is verder voor moeders afgeraden. De huidziekte kent een goede prognose omdat die bij de meeste baby’s verdwenen is na een paar weken.
Syfilis
Bij congenitale
syfilis krijgt de baby via de moeder de bacteriële infectie over. Hierbij ontwikkelt de baby twee à zes weken na de geboorte letsels op de huid en slijmvliezen. De meest voorkomende bevinding zijn etterende papels (bultjes) die beginnen in de
handpalmen en voetzolen en zich vervolgens verspreiden naar de ledematen, het gezicht en de romp (pemphigus syphiliticus). De diagnose van
congenitale syfilis gebeurt met behulp van een
bloedonderzoek. Een vroege diagnose en behandeling met hoge doses penicilline (
antibiotica) zijn nodig om late complicaties te voorkomen. Soms komen baby’s met deze ziekte ook prematuur ter wereld, groeien ze slecht en ontwikkelen ze een vergroting van de milt (
splenomegalie) en lever (
hepatomegalie) en een
loopneus (rinorree).
Waterpokken
Varicella, de medische term voor “
waterpokken”, ontstaat vooral na blootstelling in de baarmoeder in het derde trimester (hoe dichter bij de verwachte bevallingsdatum, hoe hoger het risico). De baby ontwikkelt hierbij blaasjes tijdens de eerste drie tot tien dagen van het leven. Wanneer de infectie zich verspreidt, leidt dit mogelijk tot een longontsteking, een
ontsteking van de ruggenmerg- en hersenvliezen, purpura (onderhuidse, iets grotere bloedingen), een lage bloeddruk (
hypotensie) en af en toe zelfs de dood. Bij verdachte letsels zet de arts dan ook meteen
medicatie in.
Wijnvlek
Een
wijnvlek (roze of paarse verkleuring van huid) is ook gekend als "naevus flammeus" of als een “capillair
hemangioom”, maar strikt genomen een wijnvlek geen hemangioom, maar wel een abnormale verwijding van de haarvaten van de huid. Een wijnvlek presenteert bij de geboorte als een platte rode vlek die zich meestal op het gezicht bevindt. Veelal verbetert een wijnvlek niet spontaan en verdikt deze zelfs mogelijk nog in de loop van de tijd. Een wijnvlek gaat soms gepaard met andere aandoeningen zoals
epilepsie,
hemiplegie (
verlamming van een lichaamshelft),
het Sturge-Weber syndroom (symptomen aan hersenen, ogen en huid), … Indien een wijnvlek zich dichtbij de huid van het oog bevindt, is glaucoom een risicofactor en is een
oogheelkundig onderzoek verplicht. De behandeling van wijnvlekken is het meest effectief bij lasertherapie. De gezichtsletsels reageren het beste op de laserbehandeling, maar soms verdonkeren de letsels opnieuw na enkele jaren.
Lees verder