Hooikoorts en voedingsupplementen

Hooikoorts is een aanleg om allergisch te reageren op onschuldige omgevingsfactoren, in dit geval stuifmeel (pollen) van grassen, bomen of andere planten. Bij deze overgevoeligheidsreactie raken de slijmvliezen van neus en ogen ontstoken en krijgen mensen last van niezen, een verstopte neus, loopneus, jeuk en tranende ogen. Daarnaast kunnen hoofdpijn, vermoeidheid, een jeukende huid, hoesten, benauwdheid en een droge keel tot de klachten behoren. Verschillende voedingsupplementen en kruiden kunnen in plaats van (of naast) reguliere medicijnen (antihistaminica, corticosteroïden) worden ingezet om klachten van hooikoorts te verminderen. Dit zijn onder meer methylsulfonylmethaan MSM, vitamine C, vitamine E, groot hoefblad, brandnetel en eicosapentaeenzuur EPA.

Ontstekingsbevorderende en ontstekingsremmende eicosanoïden

Meervoudig onverzadigde vetzuren zoals de omega-3-vetzuren (vette vis, lijnzaad) en omega-6-vetzuren (plantaardige olie) zijn voorloperstoffen van eicosanoïden: lokale hormoonachtige stoffen zoals prostaglandines, leukotriënen en tromboxanen, die een belangrijke rol spelen bij (allergische) ontstekingsreacties. Linolzuur is een omega-6-vetzuur uit plantaardige olie dat (evenals arachidonzuur uit vlees) wordt omgezet in type-2-eicosanoïden waaronder prostaglandine E2 (PGE2) en leukotriënen. Omega-3-vetzuren uit vette vis remmen de vorming van linolzuur- en arachidonzuurmetabolieten omdat ze dezelfde enzymen (lipoxygenase, cyclooxygenase) voor hun omzetting nodig hebben (competitieve remming) en hun metabolieten niet ontstekingsbevorderend werken. PGE2 en leukotriënen bevorderen allergie, mede omdat ze de balans verstoren van twee typen lymfocyten, Th1- en Th2-cellen (T-helpercellen type 1 en type 2). PGE2 remt de activiteit van Th1-cellen en stimuleert die van Th2-cellen.

Een hoge inname van EPA (eicosapentaeenzuur), een omega 3 vetzuur uit (vette) vis, is geassocieerd met een kleinere kans op hooikoorts. EPA remt de omzetting van arachidonzuur en linolzuur in ontstekingsbevorderende eicosanoïden. Misschien helpt het gebruik van een EPA rijk visoliesupplement in het hooikoortsseizoen om klachten te verminderen. Daarnaast is het goed de linolzuurinname te beperken, een hogere inname van linolzuur is namelijk (dosisafhankelijk) geassocieerd met het optreden van hooikoorts bij volwassenen.

Quercetine

Een hoge inname van quercetine met de voeding is geassocieerd met een kleinere kans op allergie. Quercetine, een bioflavonoïd die in een hoge concentratie voorkomt in appels en uien, is een natuurlijke antioxidant, ontstekingsremmer en antihistaminicum (in een Japanse in-vitro studie zorgde quercetine in een celkweek met mestcellen van mensen met hooikoorts voor significante remming van histamineafgifte). Effecten van quercetine zijn onder meer: remming van degranulatie (ontbinding) van mestcellen en basofiele granulocyten door het stabiliseren van het celmembraan, tegengaan van de vorming van ontstekingsbevorderende leukotriënen en remming van het enzym hyaluronidase dat in het ontstekingsgebied de weefselmatrix afbreekt. De dosis quercetine die wordt geadviseerd bij hooikoorts is driemaal daags 250 tot 600 mg, vijf tot 10 minuten voor de maaltijd in te nemen. De werking van quercetine wordt onder meer versterkt door vitamine C en bromelaïne uit Ananas

Andere voedingssupplementen die kunnen helpen bij hooikoorts

• Vitamine C
• Vitamine E
• Quercetine
• Groot hoefblad(extract)
• MSM
• Visolie (vooral EPA)
• Bromelaïne
• Fytosterolen
• Brandnetelblad