Kinderoefentherapie: achterblijvende motorische ontwikkeling

Kinderoefentherapie: sommige kinderen struikelen heel vaak. Anderen laten heel vaak wat vallen. Bepaalde baby’s kijken altijd maar één kant uit. Soms heeft een kind moeite om mee te doen met de gymles. Al die zaken kunnen er op duiden dat een kind een stuk van zijn ontwikkeling heeft overgeslagen. Daarvoor is er kinderoefentherapie om de motorische achterstand in te halen. Wat is kinderoefenentherapie?

Overslaan deel ontwikkeling geeft later problemen

Dit verloopt namelijk langs een patroon waar geen zaken overgeslagen moeten worden. Gebeurt dit toch, dan gaat het kind later problemen vertonen. In dat geval wordt met oefentherapie geleerd om die ,,overgeslagen zaken’’ alsnog aan te leren, zodat de problemen van nu opgelost kunnen worden.

Spelenderwijs bewegingen maken - sensomotorische ontwikkeling

Normaal gesproken leren kinderen terwijl ze spelen allerlei bewegingen maken. Ook ontdekken ze zo hun lichaam en de wereld om hun heen. Op die manier worden ze zich bewust van alle mogelijkheden die ze hebben met andere woorden hun motoriek en hun zintuigen. Met een duur woord wordt dat ook wel de sensomotorische ontwikkeling genoemd.

Iedere fase is nodig voor een goede ontwikkeling van het kind

Deze sensomotorische ontwikkeling is nodig om kinderen later allerlei zaken te kunnen laten doen. Maar daarvoor is wel eerst een fase nodig waarin ze basisbeginselen leren: grijpen, rollen, kruipen (baby’s), staan op één been, springen (peuters), huppelen en fietsen (kleuters) en bal- en schrijfvaardigheden voor grotere kinderen. Heeft een baby bijvoorbeeld niet goed leren kruipen dan kan het later zijn dat het schrijven maar niet wil lukken. Of het grijpen is niet goed gegaan in het eerste jaar en daardoor is het kind later heel onhandig of kan het niet meekomen met de gym.

Overgeslagen motorische fasen worden alsnog aangeleerd

Bij kinderoefentherapie worden die overgeslagen fasen nog eens lichtjes overgedaan. Zodat dat deel dat bij een kind onderontwikkeld is gebleven wel weer wordt gestimuleerd en hele andere problemen verdwijnen. Overigens is het dan wel zaak, dat eerst onderkend wordt dat er iets aan de hand is met het kind. Daar is overigens niets mis mee, het kind is daardoor niet minder dan andere kinderen. Ouders, maar ook consultatiebureaus of scholen kunnen constateren dat een kind op een bepaald gebied een probleem heeft. Door dit aan te kaarten kan vervolgens een verwijzing worden gegeven voor een kinderenoefentherapeut.

Werkwijze kinderoefentherapeut

Vanzelfsprekend kijkt de kinderoefentherapeut eerst of er werkelijk iets mis is met de sensomotorische ontwikkeling van het kind in kwestie. De bevindingen worden vervolgens met de ouders of verzorgers besproken. Klopt het dat de motoriek inderdaad haperingen vertoont, dan wordt er een behandelplan opgesteld. Dit is een plan dat helemaal is gericht op het kind in kwestie.

Kinderoefentherapie is leuk!

Ouders willen altijd het beste voor hun kroost en het woord therapie doet het ergste vermoeden. Toch hebben kinderen eigenlijk niet eens door dat ze aan hun motoriek werken. Door te spelen wordt hen geleerd hoe ze hun motorische vaardigheden kunnen vergroten. Zelf hebben ze daar eigenlijk geen erg in, ze spelen een spelletje met de juf van de kinderenoefentherapie en hebben daar eigenlijk altijd veel plezier in. Bovendien kunnen kinderen ook in groepen worden behandeld. In dat geval spelen ze met andere kinderen. Ook zijn er individuele therapieën. Het hangt af van de motorische ontwikkeling van het kind waar de oefentherapeut voor kiest. Bovendien is er regelmatig overleg met de ouders en of verzorgers van het kind dat behandeld wordt. Ook kunnen (gym)leraren bij het proces betrokken worden als ouders dat willen. Bedoeling van de kinderoefentherapie is altijd dat het kind op het einde van het traject de dingen waar hij eerst moeite mee had nu wel kan doen of veel beter kan doen. Daardoor groeit het zelfvertrouwen van het kind, want het is natuurlijk nooit leuk voor een kind om ergens niet aan mee te kunnen doen of iets niet (goed) te kunnen.

Wie geeft kinderoefentherapie?

Kinderenoefentherapie wordt gegeven door oefentherapeuten Cesar/Mensendieck die ook nog een post-HBO opleiding kinderoefentherapie hebben gevolgd.

Doorverwijzing

Kinderen die kinderoefentherapie nodig hebben kunnen verwezen worden door:

• Huisarts
• Consultatiebureau
• Schoolarts
• Kinderarts
• Een andere specialist

De kosten

De kosten voor kinderoefentherapie worden vergoed door de zorgverzekeraar als is vastgesteld dat de therapie werkelijk noodzakelijk is.