Zindelijkheidstraining bij kleuters

“Wanneer moet mijn kind zindelijk zijn?” Die vraag stellen vele ouders zich, zeker als kinderen van bevriende koppels al op het potje gaan terwijl zoon- of dochterlief daarin geen interesse lijkt te hebben.

Zindelijk worden

Een kind wordt als zindelijk beschouwd als het geen luier meer nodig heeft en zelf op het potje gaat als het nodig is. Dit gebeurt in principe tussen de leeftijd van twee en vijf jaar, op het ogenblik dat het kind voldoende blaascontrole heeft. Een geforceerde zindelijkheidstraining kan leiden tot frustraties en stoornissen in de blaaswerking.

Het potje

Een gewoon toilet is ongeschikt voor kleine kinderen. Op een goed potje of kindertoilet, kan een kind met de voeten op de grond zitten in hurkzit. Toont je kind geen interesse? Wees dan geduldig en stel je pogingen even uit.

10 tips voor potjestraining

1. Start niet te vroeg met zindelijkheidstraining.
2. Leer je kind alleen plassen met een volle blaas. Droogtraining moet gebeuren op het ritme van de blaas van het kind.
3. Geef tijd om te plassen. Forceer je kind niet.
4. Zorg voor een stabiele zithouding.
5. Leer de hurkzit met de beentjes open.
6. Let op gemakkelijke kledij.
7. Leg je kind uit dat het overal naar het toilet mag, niet alleen thuis.
8. Zorg dat je kind voldoende drinkt.
9. Wees geduldig, niet ieder kind is even snel klaar voor potjestraining.
10. Raadpleeg een arts bij problemen.

Droog worden ’s nachts

Je kind zal ’s nachts vanzelf droog worden nadat het een aantal maanden volledig droog is geweest overdag. Je mag de luier ’s nachts weglaten als je kind drie op zeven dagen ’s ochtends een droge luier heeft. Het is normaal dat je kind eerst overdag droog wordt en pas later ook ’s nachts.

Wist je dat?

• Bij kinderen jonger dan vijf kan je niet echt spreken van bedplassen. Ongelukjes 's nachts zijn niet abnormaal bij kinderen jonger dan zeven.
• Bedplassen heeft meestal geen psychologische oorzaak.
• Meisjes lopen meer risico op blaasontstekingen omdat hun urinebuis korter is. Aandacht voor goede toilethygiëne is daarom erg belangrijk, leer je kind hoe om te gaan met toiletpapier (nooit richting de plasopening vegen, maar ervan weg).
• Kinderen imiteren volwassenen in hun gedrag. Als je je kind potjestraining geeft, zal het interesse tonen als jij zelf naar het toilet gaat. Word dan niet boos, maar vertel over het toiletgebeuren. Zo stimuleer je je kind om zelf ook op het potje of kleutertoilet te gaan.