Voedingstips voor mensen met de ziekte kanker

Kankerpatiënten ondervinden regelmatig problemen met de voeding. Als gevolg van de ziekte of door de behandeling. Geen eetlust meer, droge mond, misselijk, allemaal vervelende zaken. Hieronder staan een aantal voedingstips bij veelvoorkomende problemen:

Eetlustvermindering

Wat kun je doen bij eetlustvermindering? Het is uiteraard van belang dat een kankerpatiënt goed en voldoende eet.

• Eet zoveel als je wil en kan, zonder jezelf te dwingen en de verminderende eetlust tot het middelpunt van je leven te maken
• Begin de dag met een goed ontbijt
• Sla gen maaltijden over, eet de hele dag door. Neem liever 8 tussendoortjes dan één grote maaltijd
• Eet wat je het liefste eet
• Gebruik energierijke voedingsstoffen die je gemakkelijk kan eten: pudding, ijs, yoghurt, milkshakes. Voeg aan de voeding ongeklopte room toe of eet een lepel room als mond- en keelverzachter

Misselijk en braken

• Drink minstens 1 ½ liter per dag: water, bouillon, thee, lichte koffie, vruchtensap, yoghurt, groentensap. Je voelt je misselijker bij een tekort aan vocht
• Eet vaak, echter in kleine hoeveelheden
• Neem de tijd tijdens het eten en kauw goed
• Gebruik makkelijke voeding, geen zware bereidingen
• Eet op de tijdstippen dat je je minder misselijk voelt (eventueel ’s nachts)
• Vermijd de geurtjes die misselijkheid versterken: parfum, schoonmaakmiddel enz.
• Maak het eten niet zelf en blijf uit de keuken als er gekookt wordt
• Neem na de maaltijd rust. Luister naar muziek, lees een boek of kijk tv
• Gaat het eten echt moeilijk, stop dan met proberen

Smaak- en reukvermogen

Tijdens de ziekte kan het voorkomen dat de smaak of reuk verandert. Wat kun je doen?

• Drink regelmatig of spoel de mond
• Drink een wat zure drank
• Eet pikante voeding. Let op als je mondontsteking hebt, dan is dit niet verstandig
• Neem een zuigtablet of suikervrije kauwgom
• Poets de tanden goed en flos regelmatig
• Raadpleeg eventueel de tandarts als de geur- en smaakafwijkingen blijven

Droge mond

• Spoel regelmatig de mond, eventueel met een zoutoplossing
• Drink tijdens het eten
• Neem lekker een sausje bij het eten, of gesmolten boter, margarine, mayonaise
• Neem ijsblokje of hard snoepgoed
• Op doktersvoorschrift is het mogelijk artificieel speeksel te krijgen
• Eet geen taai voedsel of rauwe groenten
• Wees matig met hete, gekruide of zure voeding en drank

Mond- en keelontsteking

• Gebruik een zachte tandenborstel en een zachte tandpasta
• Controleer regelmatig de mond op aften
• Heb je een tandprothese, verwijder deze dan tijdelijk
• Drink veel en regelmatig
• Eet alleen zacht voedsel, met weinig of geen zout, zonder kruiden of zuren
• Eet regelmatig in kleine porties
• Spoel na het eten de mond met een spoelmiddel
• Drink geen alcohol en rook geen tabak
• Eet geen ‘harde’ voedingsmiddelen: crackers, bruinbrood, chips, rauwe groenten
• Brood kun je vervangen door pap, sla en yoghurt
• Mix het voedsel en drink het vloeibaar
• Gebruik room om de zachtheid van spijzen te verhogen, of neem een eetlepel room vóór de maaltijd als ‘glijmiddel’
• Bananen en peren zijn zeer geschikt om als fruit te eten

Diarree

• Drink voldoende, maar meer dan alleen water: appelsap
• Eet verschillende, kleine porties per dag
• Gebruik veel vezelarm voedsel: wit brood, pasta, eieren, zachte kaas, witte rijst
• Eet zo weinig mogelijk rauwe groenten of fruit. Eet bijvoorbeeld bananen en appelmoes
• Drink weinig koffie, melkproducten en eet weinig kruiden
• Het is beter om koude maaltijden te nuttigen

Constipatie

Constipatie is een verstopping, een moeilijke stoelgang. Het kan verschillende oorzaken hebben:

• vernauwing in de darm
• darmspieren zijn verlamd
• de ontlasting is uitgedroogd in de dikke darm
• onvoldoende vezelrijk voedsel
• een psychosomatische oorzaak – dit heeft betrekking op het lichaam en geest als geheel
• gebruik van opiaten (Morfine)

Wat kun je eraan doen?

• Gebruik meer vezelrijk voedsel: volkorenbrood, vers fruit, rauwe groenten, fruitsappen
• De darmen worden gestimuleerd door: dadels, abrikozen en pruimen
• Drink veel, vooral fruitsappen: géén appelsap!
• Verhoog de lichamelijke activiteit
• Eet geen chocolade, kaas en eieren
• Gebruik eventueel paraffineolie of een door de arts voorgeschreven laxeermiddel