Besmetting, infectie en ontsteking

Het binnendringen van schadelijke micro-organismen in ons lichaam wordt een besmetting genoemd. Zo'n besmetting leidt lang niet altijd tot een ziek worden, met andere woorden het evenwicht wordt niet altijd verstoord. Vaak zal de mens er in slagen om met behulp van eigen weerstand en afweerkrachten het evenwicht in stand te houden en de besmetting dus de baas te blijven. De mens kan op diverse manieren besmet raken zoals:

• Via het inademen van lucht waar zich pahogene (ziekmakende) micro-organismen bevinden
• Via het eten van voedsel dat pathogene micro-organismen bevat
• Via het bloed zoals dat bijvoorbeel voor kan komen na het toedienen van een injectie, waarbij niet voldoende hygiene in acht is genomen.

Wanneer na de besmetting de micro-organismen zich in het lichaam kunnen gaan vermenigvuldigen en verspreiden, dan wordt dat een infectie genoemd. De tijd die ligt tussen de besmetting en het ontstaan van de ontsteking wordt incubatietijd genoemd. In die tijd hebben de pathogene micro-organismen zich dus vermenigvuldigd en verspreid en is het lichaam begonnen afweerstoffen te maken, die tezamen met de witte bloedlichaampjes door het bloed naar de plaats van de infectie gebracht worden om daar de micro-organismen te gaan bestrijden. De incubatietijd duurt voor sommige infecties slechts uren, maar het kan ook maanden duren.

Ontsteking

Een ontsteking is een reactie van het menselijk lichaam op het binnendringen van bactierien, virussen of chemische stoffen. In het laatste geval hebben we te maken met een chemische ontsteking, ook wel steriele ontsteking genoemd, omdat er dus geen bacterien aan te pas komen.

Plaatselijke ontstekingsverschijnselen:

• roodheid
• zwelling
• pijn
• warmte
• gestoorde functie

De roodheid ontstaat door vermeerderde bloedtoevoer door middel van het wijder worden van de bloedvaatjes. Hierdoor komen dus ook meer witte bloedlichaampjes op de plaats van de ontsteking. Deze witte bloedlichaampjes binden de strijd aan met de bacterien. De zwelling ontstaat door het uittreden van vocht uit de bloedvaatjes in de weefsels er omheen. De pijn ontstaat dooradat de zenuwuiteinden door de zwelling onder spanning komen en geprikkeld worden. De warmte ontstaat evenals de roodheid door de vermeerderde bloedtoevoer. De gestoorde functie ontstaat doordat men door de pijn het betreffende lichaamsdeel stilhoudt.

Algemene ontstekingsverschijnselen:

• gevoel van ziek zijn
• slechte eetlust
• koorts
• leukocytisme (vermeerdering van witte bloedlichaampjes)