Joods medische ethiek: wanneer is iemand dood
Wanneer is iemand dood? Dit is zelfs met de modernste technieken moeilijk vast te stellen. In Nederland is iemand overleden wanneer er sprake is van totale hersendood. In het Jodendom wordt hier wat anders over gedacht. Er zijn twee versies: het stoppen van de ademhaling (een half uur wachten) of hartstilstand. Hersendood is niet voldoende omdat de longen en het hart nog kunnen functioneren. Pas als ECG en EEG, hartslag en ademhaling gestopt zijn is iemand overleden.
Stand van de wetenschap
Er zijn verschillende meningen over het begrip hersendood. Deze kunnen in drie categorieën worden ingedeeld:
- hersenstamdood: de centrale regelstations voor ademhaling, bloeddruk en bewustzijn in de hersenstam zijn uitgeschakeld;
- hersenschorsdood: de 'hogere' hersenfuncties, zoals gewaarwording, denken, voelen, willen en (bewuste) besturing van motoriek werken niet meer;
- totale hersendood: dit betekent een volledig en definitief verlies van de functies van de hersenen en de hersenstam, inclusief het verlengde merg.
De Nederlandse wetgever heeft bepaald dat iemand dan pas is overleden wanneer er sprake is van een totale hersendood.
Hersendoodprotocol
Onder hersendood wordt verstaan het volledig en onherstelbaar verlies van de functies van de hersenen en de hersenstam. Het aantonen gebeurt op drie pijlers:
- de prealabele voorwaarden (oorzaak hersendood moet bekend zijn)
- het klinisch-neurologisch onderzoek (een aantal voor de hersenen en hersenstam kenmerkende functies dienen te worden beoordeeld.
- aanvullend onderzoek (EEG-test en apneu-test)
De Joodse wet - Talmoedische benadering: 30 minuten na stoppen ademhaling
Volgens de Talmoed en de wetboeken van Maimonides, Toer en Sjoelchan Aroech is iemand overleden wanneer de ademhaling is gestopt. Alleen Rabbeno Bachja ben Asjer (11de eeuw) meldt dat het criterium hartstilstand is. Het hart is de zetel van de ziel. Het hart is ook het eerste lichaamsdeel dat wordt geschapen en het laatste afsterft.
Bij ademhaling dient men nog een kwartier of half uur te wachten voordat iemand definitief dood mag worden verklaard, daar andere lichaamsfuncties, zoals hersenactiviteit, nog enige tijd kunnen voortduren. Het stoppen van spontane ademhaling is dus geen sluitend doodscriterium.
absolute criteria
- Eén mening stelt dat ademstilstand per se de dood betekent.
- Een andere mening stelt dat hartstilstand per se de dood betekent.
Daar het stoppen van ademhaling en hartslag echter vrijwel altijd samengaan, is ademhalingsstilstand een indicatie voor hartstilstand.
waarschijnlijkheidscriteria
- Eén mening stelt dat ademhalingsstilstand niet beslissend is. Pas als ook de rest van het lichaam geen teken van leven meer geeft is al dan niet ademen doorslaggevend.
- Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de hartslag.
procescriteria
Sterven wordt gezien als een proces. Iemand is pas gestorven als alle lichaamsfuncties zijn gestopt. Het stoppen van ademen is dan slechts het beginpunt van het proces. Bij stoppen ademhaling is er geen sprake meer van leven. Wanneer ook de andere lichaamsfuncties het niet meer doen is sprake van overlijden. Sterven is een vrij langdurig proces en men mag de stervende de ogen niet sluiten of aanraken.
hersendood is onvoldoende
Zelfs indien de hersenen op het encefalogram dood zijn, is de patiënt, als hart en longen nog werken, niet overleden.
Daar staat tegenover dat volgens
- de absolute criteria iemand is overleden zelfs als er nog hersenactiviteit is;
- de waarschijnlijkheidscriteria is men nog in leven als er hersenactiviteit is;
- de procescriteria is men aan het sterven, maar nog niet overleden als er hersenactiviteit is.
vitale organen zijn hart en hersenen
Het ademhalingscritrium wil niet zeggen dat de neus een vitaal orgaan is. De vitale organen zijn het hart en de hersenen.
Volgens Rav Feinstein zijn er drie voorwaarden:
- het lichaam vertoont geen teken van leven en ligt er bij als 'een dode steen.'
- er wordt geen polsslag meer waargenomen,
- de ademhaling is gestopt.
Totaalbeeld: geen hersenactiviteit, geen hartslag en geen ademhaling
Pas indien het totaalbeeld van een patiënt de dood aangeeft, er sprake is van een iso-elektrisch ECG en EEG, hartslag en ademhaling gestopt zijn en de reanimatiekansen nihil zijn, kan men met zekerheid tot overlijden concluderen. Het ademen moet ongeveer 15 tot 30 minuten zijn gestopt.