EPO: wat is het en wat doet het?
EPO is een exacte kopie van een hormoon dat normaal gesproken door het menselijk lichaam in de nieren wordt aangemaakt. EPO staat op de dopinglijst bij sporters en het gebruik ervan als prestatieverhogend middel is dus niet toegestaan. Het wordt echter ook als medicijn gebruikt voor mensen die het zelf niet aan kunnen maken. In dit artikel zal het vooral gaan over het gebruik van EPO als doping.
Wat doet EPO?
'Voordelen'
EPO stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen in het menselijk lichaam én verhoogt het totale bloedvolume, bij gebruik van EPO komt er dus meer bloed in het lichaam. Rode bloedcellen zorgen voor het vervoer van zuurstof door het menselijk lichaam en sporters met meer rode bloedcellen kunnen hun spieren dus beter voorzien van zuurstof. Een sporter die EPO gebruikt zal minder snel last hebben van spierverzuring (meer melkzuur in de spieren dan zuurstof) dan een sporter die géén EPO gebruikt.
Bovendien heeft het gebruik van EPO een gunstig effect tijdens wedstrijden die plaatsvinden tijdens warme weersomstandigheden. Het lichaam kan zichzelf koelen door meer bloed naar de oppervlakte van het lichaam te sturen, omdat het daar makkelijker afkoelt dan wanneer het diep in het lichaam zit. Het bloed dat naar de oppervlakte van het lichaam gestuurd is, kan niet meer werken als zuurstoftransporteur naar de spieren, en de kans op verzuring is dus groter. Doordat een EPOgebruiker meer rode bloedcellen heeft, gaat de zuurstoftransportatie gewoon door, waardoor de sporter minder snel verzuurt. Ook heeft een gebruiker meer water in zijn lichaam dan een niet-gebruiker. Dit komt doordat bloed ook voor een groot deel uit water bestaat, heb je meer bloed in je lichaam, dan heb je ook meer water als reserve.
EPOgebruikers verzuren dus minder snel en hebben ook minder last van de warmte en uitdroging tijdens een wedstrijd.Het effect van EPO kan drie maanden duren.
Nadelen
Doordat er meer rode bloedcellen in het bloed zitten, wordt het bloed dikker, het bloed van EPOgebruikers is dus dikker dan het bloed van een andere sporter. Als het bloed te dik wordt om door de dunne aders te bewegen kan dit fatale gevolgen hebben, in de vorm van een hartaanval of een beroerte. Dit is al meerdere malen gebeurd, in het eerste 'EPO-jaar' zijn er vijf Nederlandse wielrenners gestorven aan de gevolgen van EPOgebruik.
Bij warm weer heeft de EPOgebruiker in feite het voordeel van een kleinere kans op uitdroging, zoals ik net besprak. Er is echter ook een groot risico aan verbonden, als de sporter zweet verliest hij vocht waardoor het bloed nóg dikker wordt en de kans op een hartaanval of beroerte dus nóg groter wordt.
In welke sporten wordt EPO het meest gebruikt?
EPO wordt het meest gebruikt bij duursporten zoals wielrennen en marathonlopen. Voor sprinters heeft het gebruiken van EPO geen nut omdat die sowieso verzuren tijdens het sporten. Dit gebeurt doordat zij in een zeer korte tijd zoveel inspanning leveren, de spieren hebben in één keer heel veel zuurstof nodig, hier kan het bloed als het ware niet tegen transporteren. EPO gebruiken als sprinter is dus zo goed als zinloos, want zelfs al zou je het als sprinter gebruiken, dan nog is de grote hoeveelheid zuurstof niet op tijd in de spieren.
Hoe wordt EPO opgespoord in het menselijk lichaam?
Het is erg moeilijk om na te gaan of een sporter EPO heeft gebruik, dit omdat de stof drie dagen na gebruik al volledig uit het menselijk lichaam verdwenen is. Om deze reden heeft de Medische Commissie van het IOC een andere maatregel ingevoerd: gezondheidscontroles. Op deze controles wordt voor de wedstrijd bloed afgenomen bij de sporter, en wordt nagegaan wat het percentage rode bloedcellen in het bloed is. Wanneer het percentage rode bloedcellen hoger is dan 50% mag de sporter niet van start gaan in de wedstrijd vanwege gezondheidsrisico (hartaanval) én omdat het met zo'n hoog percentage erg waarschijnlijk is dat de sporter EPO heeft gebruikt. Bovendien wordt de sporter twee weken uit de competitie genomen.
Sinds 2000 is er ook een urinetest in werking waarbij het gebruik van EPO rechtstreeks nagegaan wordt. De 'bloedcellen-test' wordt echter nog steeds gebruikt.
Soorten EPO
Eerste generatie
Ontwikkeld in 1977, werd uit urine gehaald.
Twee generatie
Deze variant werd vanaf 1987 gebruikt, hieraan overleden vijf Nederlandse wielrenners. Deze variant werd met behulp van genetische technieken geproduceerd. Door deze genetische technieken kon EPO in grote hoeveelheden geproduceerd worden.
Derde generatie
Deze generatie kwam in 2007 op de markt, Cera. Dit middel hoeft maar een keer in de drie á vier weken gebruikt te worden. Dit middel werd in de Tour de France van 2008 gebruikt door onder andere Riccardo Riccó.
Vierde generatie
Er is een vierde generatie van EPO op komst, dit middel zou ontraceerbaar zijn. Het gaat hierbij om een vorm van gentherapie .
Een aantal sporters die betrapt zijn op het gebruik van EPO
Wielrenners:
- Richard Virenque
- David Millar
- Oscar Camenzind
- Roberto Heras
- Manuel Beltrán
- Riccardo Riccò (de eerste wielrenner die betrapt werd op het gebruik van Cera)
- Leonardo Piepoli (Cera)
- Moisés Duenas Nevado
- Davide Rebellin (Cera)
- Stefan Schumacher (Cera)
- Bernhard Kohl (Cera)
- Emanuele Sella (Cera)
- Mikel Astarloza (Tour de France 2009)
Men vermoed, dat in de jaren '90, toen EPO nog niet op te sporen was, bijna elke wielrenner EPO gebruikte.
Mountainbikers:
- Filip Meirhaeghe
- Bas van Dooren
Veldrijder:
Atleet: