Thee, meer dan genotmiddel
Na water is thee de meest gedronken drank. Thee bestaat uit de jonge blaadjes en knoppen van de theestruik - Camellia sinensis (L.) O. Kuntze - die inheems is in het Zuidoost-aziatische bergland en al meer dan 2000 jaar wordt gecultiveerd in Oost-Azië
Geschiedenis van de thee
Volgens een legende ontdekte de Chinese keizer Shen-Nung in het jaar 2737 voor Christus de voortreffelijke eigenschappen van thee als drank, toen enkele, van de als brandstof gebruikte theetwijgen, bij het koken van rivierwater in de pot vielen. Maar het was de Chinese geleerde Kuo P'O, die in 350 n.Chr. thee en het gebruik daarvan voor het eerst beschreef.
Samen met vele andere elementen van de Chinese cultuur kwam de thee omstreeks 600 n.Chr. naar Japan, waar ze sedert de dertiende eeuw intensief wordt verbouwd. Hollandse kooplieden brachten in 1610 de eerste lading thee naar Europa en rond 1650 naar Noord-Ame-rika. Het transport met de koopvaardijschepen dat ongeveer zes maanden duurde was niet bevorderlijk voor de kwaliteit. Liselotte van der Pfaiz, die aan het Franse hof kennis maakte met het "frembt Zeug" thee, schreef in 1712 dat "thé" naar hooi en mest smaakte en op een medicijn leek. Om niet langer afhankelijk te zijn van Chinese theeleveranties, begonnen de Engelsen rond 1830 in India thee te verbouwen. Met de geslaagde teelt van de daar inheemse Assam-variëteit ontstond in Noord-oost-lndia het grootste theeplantagegebied ter wereld. Met ingang van 1880 werd in Sri Lanka (Ceylon) de koffieteelt vervangen door die van thee, en thans staat dit land op de tweede plaats als producent van zwarte thee. Ook in onder andere Indonesië (1878), de voormalige Sovjet-Unie (sedert 1892), Kenia (1925) en Argentinië (1946) werden theeplantages aangelegd.
Onvermoede geneeskracht
Groene thee wordt verkregen door de theebladeren te verhitten en vervolgens te drogen; zwarte thee verkrijgt men door de verwelkte en versneden blaadjes bij een hoge luchtvochtigheid te fermenteren. Beide theesoorten bevatten cafeïne; daarnaast bevat groene thee onder andere grote hoeveelheden flavanolen (catechinen), flavonolglycosiden en geringe hoeveelheden zowel gecondenseerde als hydrolyseerbare looistoffen en saponinen (zeepstoffen). Zwarte thee bevat vooral looistofachtige, gekleurde oxydatieprodukten van de flavanolen - in het bijzonder de chemisch nog maar gedeeltelijk bekende thearubiginen; daarnaast komen theaflavinen en onveranderde flavonolglycosiden voor. Beide theesoorten bevatten ongewoon grote hoeveelheden fluoriden (goed voor gezonde tanden).
Groene en zwarte thee en hun inhoudsstoffen bezitten talrijke eigenschappen die de gezondheid bevorderen. Allereerst valt de remming van de tumorvorming te noemen, die in in vitro testsystemen en in proefdieren is bewezen, en die voor enkele tumorsoorten met epidemiologische studies kon worden bevestigd. Daarnaast zijn virusstatische en bacteriostatische activiteiten en remming van het HIV virus waargenomen. Tenslotte schijnen de antioxydatieve eigenschappen van thee een gunstige invloed te hebben op atherosclerotische (aderverkalking) processen. Groene thee en de flavanolen daarin hebben ook nog een bloeddrukverlagende werking, remmen de bloedstolling, verlagen de bloedsuiker- en cholesterolspiegel en schijnen een positieve invloed te hebben op coronaire hartaandoeningen. Wat moeten we nog meer!
Geneeskruid en genotmiddel
Thee werd aanvankelijk meer voor medicinale doeleinden gebruikt en pas later als verkwikkende drank. In het oude China werd een aftreksel van thee aanbevolen bij onder andere tumoren, abcessen, blaasziekten en lethargie. De huidige medicinale betekenis van Theae folium is gering. Monografieën van het kruid zijn slechts te vinden in oudere farmacopees zoals de Pharmacopée Frangaise VIII uit 1965, de Pharmacopoea Helvetica V van 1933 of de Farmacopeia Portuguesa van 1935. Als huismiddel wordt zwarte thee echter nog steeds gebruikt bij lichte aanvallen van diarree en bedorven maag.
Daarentegen is de betekenis van thee als genotmiddel inmiddels immens, en tegenwoordig geldt thee na water als de meest genuttigde drank. Aan de spits van de theedrinkers staan Koeweiti's met 5,23 kg per hoofd van de bevolking, en de Britten met 3,14 kg/hoofd.
Gewoon thee dus, een oud geneesmiddel dat genotdrank werd en nu terug een gezond geneeskruid lijkt te worden.