De vrouw in lichaam en geest

Het vrouwenlichaam in de vorm van de appel of de peer, het wordt vaak in deze termen omschreven. Goed of fout, we weten allemaal wat we er mee bedoelen en waar de zwakke plekken van een bepaald figuur zitten. Maar is dat wel zo? En voor wat betreft de geest. Hoe scoren vrouwen op bepaalde zaken, zeker afgezet tegen de man. Enkele redelijk alledaagse zaken op rij.

Het lichaam

Als we het over de vormen van een vrouw hebben, kennen we de ideale vrouw – althans in het westen – en dat is het zandloper type, maar om in fruittermen te blijven … ook wel eens de banaan genoemd. Hoewel de banaan vrij vormeloos is en dat niet direct de voorkeur heeft. Toch kennen we vooral ook de appel en de peer.

Appel

De appel heeft met name last van buikvet en dit is lange tijd als ongewenst gezien. Los van het esthetische uitgangspunt wat in het westen geldt, heeft buikvet ook als nadeel dat het wat stofjes produceert die de kans op hart- en vaatziektes verhogen.

Peer

De peer daarentegen heeft met name het vet op de heupen en de billen zitten en dit is lang als minder erg als het appeltype gezien. Maar daar is men inmiddels weer van teruggekomen, want het peertype met veel vet op de heupen heeft een slechter geheugen. Vet op de heupen zou het plaques in het brein bevorderen, wat weer Alzheimer kan veroorzaken. Buikvet heeft wat nadelige stoffen als voordeel dat het oestrogeen produceert. Dit hormoon vertraagt het cognitief verval.

Maar best of all is toch de banaan, want de beste scores op het cognitieve vlak lagen toch bij dit type, de vrouw die nergens noemenswaardig te dik is.

De geest

Strakke en weinig verhullende kleding

Als het gaat om het vermijden of omzeilen van bepaalde situaties springt de vrouw er in positieve of juist negatieve zin uit als we dit afzetten geven de man. Neem bijvoorbeeld de kleding. Een op de vijf vrouwen zal strakke kleding of kleding die wel erg bloot is (dit is ook weer per persoon te definiëren) vermijden. De man is gemiddeld genomen iets gemakkelijker, want het percentage gaat hier eerder naar een op de zeven die hier actief mee is. Dit is niet van vrouw tot vrouw – die oordelen nu eenmaal harder – maar individueel aan personen voorgelegd.

Lastige situaties

Op lastige situaties – in de meest brede zin van het woord – zitten de meeste mensen niet te wachten. Toch gaat het een stap verder als je situaties echt uit de weg gaat. Mannen hebben er meer een handje van dan vrouw, want een op de vier mannen zal de situatie vermijden en maar een op de tien vrouwen doet dit. Dit heeft blijkbaar te maken met het feit dat vrouwen meer een situatie uit willen spreken en op willen helderen. Mannen praten gemiddeld genomen minder (zeker als het gevoelskwesties aangaat) en/of praten er overheen. Waarbij ook gezegd dat het bij de meeste mannen minder in de geest blijft hangen, dan bij vrouwen. Wellicht dat daarom veel meer vrouwen het uitgesproken en opgelost willen zien.

Een voortvloeisel hieruit is de echtelijke ruzie in de avonduren die voor het slapengaan door de vrouw altijd uitgesproken moet zijn en veel mannen eigenlijk gewoon willen gaan slapen.

Ontbloot lichaam

Over het algemeen is het de vrouw die deze situatie meer mijd dan de man (in de meeste situaties een verdubbeling ten opzichten van de man), alleen bij de sauna is het andersom. Wellicht omdat er verhoudingsgewijs meer vrouwen naar de sauna gaan dan mannen of dat het daar meer ingeburgerd is. Bewezen is dat een op de vijf mannen de sauna tracht te vermijden, terwijl dit bij vrouwen gemiddeld een op negen is. Dat neemt niet weg dat er ook nog genoeg vrouwen de sauna niet ontbloot betreden, een op tien saunabezoeksters wil dit met badkleding aan doen.

Info

Onderzoeksresultaten vanuit de Verenigde Staten North Western University, Lloyd’s University en Groot Brittannië Stanford College.

De onderzoeksresultaten zijn van 2009 en in 1994 zijn deze onderzoeken ook gedaan. Hoewel met dacht dat er een verschuiving in zou zitten, is dat nauwelijks gebleken. Voor 2015 staat het onderzoek opnieuw op stapel. Het lijkt er vooralsnog op dat bepaalde basisuitgangspunten de afgelopen 20 jaar niet echt noemenswaardig zijn gewijzigd.