Wanneer kan een baby zelfstandig zitten?
Een baby leert zitten door veel te oefenen. Dat oefenen begint al na de geboorte en aan het eind van het eerste levensjaar kunnen de meeste baby’s omrollen, zitten, kruipen, staan en soms al lopen. De spieren van de nek en in de rug moeten sterk genoeg zijn. In de eerste maanden oefent de baby het optillen van het hoofdje. Daarna volgt omrollen en vanaf ongeveer een half jaar probeert hij om te gaan zitten. Dat gaat niet zo gemakkelijk, maar na verloop van tijd lukt het om even zelfstandig te blijven zitten. De ene baby is wat sneller in de ontwikkeling dan de andere baby.
Het trainen van de nek- en rugspieren
Omrollen, zitten, staan en lopen begint met het trainen van de spieren. Spieren worden sterker door veel te oefenen. De eerste maanden na de geboorte is het optillen van het hoofdje één van de eerste dingen die een baby kan. In het begin maar heel even, vier maanden later lukt het al om het hoofdje rechtop te houden. Tussen de drie en zes maanden leert een baby zich om te rollen en begint hij met kruipen. In deze periode kan hij zitten met ondersteuning. Met negen maanden kunnen de meeste baby’s even zelfstandig zitten.
De wereld wordt groter als een baby kan zitten
Zodra een baby kan zitten wordt zijn wereld groter. In een zittende houding ziet hij meer en kan hij zijn handjes gebruiken om speeltjes te pakken. De spieren in de nek en rug ontwikkelen zich en worden sterker. Het evenwichtsgevoel wordt beter en het hoofd blijft in balans. Dat is nodig voor de volgende stappen in de ontwikkeling: kruipen, staan en lopen.
De eerste pogingen om te gaan zitten
De rug van een baby is de eerste maanden van zijn leven rond. Door veel te oefenen worden de spieren sterker en kan de baby zijn rug recht houden. Vanaf ongeveer vier maanden zal hij proberen om rechtop te gaan zitten, maar dat kan alleen met ondersteuning. Tussen de vijfde en zesde maand kan een baby al een paar tellen rechtop zitten zonder ondersteuning.
Wanneer kan een baby zitten zonder ondersteuning?
Met ongeveer zes maanden lukt het al om een halve minuut alleen te blijven zitten. Rond negen maanden kan een baby al wat langer zelfstandig zitten. Met zijn handjes pakt hij het speelgoed wat dichtbij ligt. De eerste tijd blijft een baby in evenwicht door de beentjes te spreiden en zijn handjes op de grond te zetten. Het is allemaal nog erg instabiel. Met negen of tien maanden is de zithouding al veel stabieler en zijn de beentjes niet meer nodig om stevig te blijven zitten. Met een zitverkleiner kan een baby in de kinderstoel zitten. Gezellig samen eten is nu mogelijk.
De volgende stap in de ontwikkeling
In deze periode doen de meeste baby’s ook pogingen om te kruipen en te gaan staan. Dat zijn de volgende stappen in de ontwikkeling. Besef wel dat de ontwikkeling en de snelheid ervan per kind verschillend is. Sommige kinderen kunnen al binnen een jaar lopen terwijl anderen dan pas kruipen.
De spieren sterker maken door te oefenen
Een baby gaat zitten als het kan. De spieren moeten sterk genoeg zijn. Het is dan ook niet verstandig om de baby steeds te laten zitten. Je kunt er wel voor zorgen dat de spieren sterker worden. Leg de baby een paar keer per dag even op de buik om te spelen.
De volgende stap is het geven van ondersteuning tijdens het zitten. Zet de baby tegen je aan, of zet hem tegen de rugleuning van de bank. Doe dit niet te lang en gebruik kussens als bescherming tegen omvallen.
Een wipstoeltje of Maxi-Cosi beperkt de ontwikkeling van de motoriek
Een wipstoeltje of een Maxi-Cosi zijn handige hulpmiddelen om je kindje even in te zetten als je bezig bent. Maar als een baby te weinig bewegingsvrijheid heeft ontwikkelt hij zijn motoriek niet goed. De spieren worden ook niet sterker. Gebruik ze daarom met mate en laat je kindje er niet te lang in zitten.
Spelen op de buik
De meeste baby’s vinden het niet fijn om op de buik te liggen. Maar het is wel belangrijk om de spieren sterker te maken. Stimuleer de buikligging door:
- Op de rug te gaan liggen met de baby in buikligging bovenop je buik.
- De baby op de buik te leggen en het lichaam zachtjes te masseren.
- De baby op de buik te leggen met één of meerdere speeltjes in de buurt. Houd het rustig door niet meer dan drie speeltjes te gebruiken. Wissel ze af om het interessant te houden.
- Ga naast je baby liggen en speel samen met de speeltjes.
Oefenen met zitten
Als je baby al even kan zitten kun je de volgende oefeningen doen:
- Leg de baby op de rug en trek hem aan de handjes omhoog. Forceer niets, maar kijk of het lukt om omhoog te komen. De nek moet het hoofd kunnen dragen. Leg de baby daarna voorzichtig terug.
- Zet de baby op je knieën waarbij je hem ondersteunt met je handen. Zing of praat tegen je baby.
- Doe samen een spelletje zoals: ‘hop paardje, hop’ of kiekeboe.
Zelfstandig zitten
Als je baby al even zelfstandig kan zitten kun je samen spelen. Leg kussens rondom, zodat je baby zich niet bezeert als hij omvalt.
- Ga tegenover elkaar zitten en rol een bal naar je baby.
- Lees samen een boekje of bouw een toren met blokken.
- Het is goed als een baby even zelf speelt en dingen ontdekt. Leg een boxkleed op de grond, zet je baby erop en leg wat speeltjes in de buurt. Laat hem even alleen spelen terwijl je in de buurt blijft.
In het kinderzitje op de fiets
Een baby die goed zelfstandig kan zitten mag mee in een kinderzitje voor op de fiets. Hier kun je je baby goed in de gaten houden. Ga de eerste keren niet te lang weg maar bouw het rustig op. Onder het fietsen kun je samen praten, dingen die je tegen komt benoemen of samen zingen. De meeste baby’s kunnen met ongeveer twaalf maanden mee op de fiets.