De ontwikkelingsstadia van Piaget
De Zwitserse psycholoog Jean Piaget (1896-1980) deed veel onderzoek naar de denkontwikkeling van kinderen in de leeftijd tussen nul en veertien jaar. Aan de hand van de door hem verkregen informatie ontwikkelde hij een fasentheorie. Een van de belangrijkste onderzoeken van Piaget is het onderzoek naar conservatiebegrip. Een hoeveelheid vloeistof die is overgegoten in een smaller glas wordt door kinderen die niet kunnen conserveren als meer gezien.
De ontwikkeling van jonge kinderen is verbluffend te noemen. In de leeftijd van nul tot 14 jaar zullen zij dan ook zeer snel ontwikkelen tot een zelfstandige puber. Naar de ontwikkeling van jonge kinderen is door de jaren heen veel onderzoek gedaan. Een van de belangrijkste onderzoeken zijn de onderzoeken van de psycholoog Jean Piaget geweest die de fasetheorie ontwikkelde.
Jean Piaget
Jean Piaget was een Zwitserse Psycholoog. Jean Piaget is geboren op 9 augustus 1896 in het plaatsje Neuchâtel in Zwitserland. Tijdens zijn werkzame leven bestudeerde Jean Piaget vooral de cognitieve psychologische ontwikkeling van kinderen. Hij richtte zich hierbij vooral op kinderen in de leeftijd van nul tot veertien jaar. Piaget dacht aanvankelijk één tot twee jaar nodig te hebben voor zijn onderzoek. Echter liet het onderzoek hem de rest van zijn leven niet meer los. Piaget was een constructivist. Dit wil zeggen dat Piaget van mening was dat een kind leert door kennis die hij eerder op gedaan heeft te verbinden aan nieuw verkregen kennis.
Fasetheorie van Piaget
Sensomotorische fase, 0-24 maanden
- Ontwikkeling van de zintuigen, tasten, voelen, proeven.
- Ontwikkelen van de motoriek
- Ontwikkelen van het geheugen
- Objectpermanentie is in eerste instantie nog niet ontwikkeld. Voor het kind bestaan objecten niet die zich niet in zijn gezichtsveld bevinden. Aan het einde van deze periode zijn de kinderen wel instaat tot objectpermanentie, mentaal representeren of symbolisch denken.
Pre operationele fase, 2-7 jaar
- Ontwikkeling van het taalgebruik
- Ontwikkeling van de motoriek, vooral de fijne motoriek wordt steeds verder ontwikkeld.
- Ontwikkeling van het ik, egocentrisme. Het kind leert dat het een eigen persoon is, een eigen ik heeft
- Animisme. Levenloze dingen worden als kind als levend gezien.
- Het denken is in het begin van deze periode nog gekenmerkt door egocentrisme en centratie, het zich slechts op een ding tegelijk kunnen richten.
Concreet operationele fase, 7-12 jaar
- Ontwikkeling van reversibiliteit. Het begrip dat je een proces in gedachten kunt omdraaien.
- Ontwikkeling van decentratie. Het feit dat je, je op meerdere aspecten tegelijk kunt richten.
- Ontwikkeling van de logica. De relatie begrijpen tussen tijd, afstand en snelheid.
Formeel operationele fase, vanaf 12 jaar
- Het denken kom los van het concrete.
- Leren logisch te denken, het leren verbanden te maken en hieruit conclusies te trekken
Conservatiebegrip
Eén van de belangrijkste onderzoeken die Piaget in zijn leven heeft verricht is het onderzoek naar conservatiebegrip. Voor dit onderzoek liet Piaget kinderen twee glazen zien van dezelfde omvang en vulde die met gelijke hoeveelheden water. In het bijzijn van het kind werd vervolgens de inhoud van een van die glazen overgegoten in een smaller glas. Kinderen die nog geen conservatievermogen hebben, beweren stellig dat in het smalle glas nu meer water zit. Het feit dat ze gezien hebben dat in beide glazen toch eerst evenveel water zat helpt jonge kinderen niet dit probleem op te lossen. Vanaf een jaar of vijf, zes zullen kinderen sterk gaan twijfelen en uiteindelijk tot de conclusie komen dat de hoeveelheid water gelijk gebleven is.
Lees verder