Pesten: Hoe kan pesten werkelijk worden aangepakt?
Een kind dat op jonge leeftijd is gepest, kan daar een leven lang last van houden. Pesten tast het fundament van een kind aan, maakt dat het niet meer stabiel in het leven staat. Maar waarom worden kinderen en volwassen gepest? En wat maakt dat kinderen en volwassenen anderen pesten?
De signalen die erop duiden dat een kind wordt gepest
Kinderen vertellen hun ouders vaak niet dat ze gepest worden. Toch zouden ouders het kunnen vermoeden als ze de signalen weten. De tekenen die kunnen duiden op pesten (maar ook op andere problemen overigens) zijn onder andere:
- Ander gedrag
- buikpijn of hoofdpijn
- Het kind wil niet meer naar school
- Het kind wordt vaak in de nacht wakker en slaapt slecht
- Nachtmerries
- Bedplassen nadat dit al lang was afgelopen
- Het kind gaat laat naar school en is snel weer thuis na school
- Het kind neemt weinig vriendjes mee
- Het kind gaat snoep of geld stelen (omdat dit moet van de pesters)
Hoe kunnen ouders pesten ter sprake brengen?
Veel kinderen vertellen hun ouders niet dat hun leven tot een ware hel is geworden omdat ze worden gepest, omdat ze vrezen dat het dan alleen nog maar erger wordt. Maar ouders kunnen daar zelf wel iets aan doen. Door een veilige omgeving voor ze te creeren en door met ze te praten. Zomaar eens vragen of er op school wel eens wordt gepest, kan er voor zorgen dat kinderen gaan vertellen of ze zelf worden gepest of dat anderen worden gepest. Als een school vervolgens goed omgaat met pestgedrag dan kan het kind rekenen op een discrete manier van afhandelen. Want een kind wil niet dat de school direct naar de pester stapt en hem of haar confronteert. Het gepeste kind is dan de verklikker en dat zal hem of haar duur komen te staan, dat weet het uit ervaring. Een goede school zorgt bij pestgedrag dat de ouders het kunnen melden en ook aangeven om wie het gaat. De onderwijsinstelling stapt niet direct naar het kind of de ouders, maar zet het hele schoolteam zo in dat iedereen alert is op het op heterdaad betrappen van pestgedrag. Op die manier blijft de gepeste buiten spel, maar kan wel worden ingegrepen. De school moet op dat moment duidelijk kenbaar maken dat pestgedrag op geen enkele wijze wordt getolereerd. Toch is dat bij lange na niet genoeg. Er is een gedragsverandering nodig om het werkelijke pesten te stoppen. Speciale pestworkshops moeten pester er vervolgens op wijzen dat wat ze doen absoluut niet kan en wat de gevolgen van hun gedrag zijn. Gepeste kinderen moeten in dergelijke bijeenkomsten bovendien de kans krijgen om te laten zien dat ze veel meer in hun mars hebben en dat dit tot op heden onopgemerkt is gebleven.
Achter pesten zit een plan
Achter pesten zit altijd een plan. Dat maakt dat het ook anders is dan plagen. Want plagen is wederzijds en daarbij is een balans tussen twee mensen. Overigens is voor de één iets nog steeds plagen, terwijl het voor die ander al lang pesten is. Tegenwoordig zijn er pestworkshops waarbij pester en gepeste samen moeten werken zodat de pester eindelijk een soort van empathie ontwikkelt . De pester leert daar op een speelse manier wat hij veroorzaakt, doordat pester en gepeste in een begeleide situatie worden gezet waarbij ze van elkaar afhankelijk zijn. Alleen dan ervaart de pester dat de ander ook een uniek mens is met kwaliteiten. En de gepeste merkt dat hij in een andere relatie tot de pester komt te staan.
Maak je groot en we stellen een pestprotocol op werkt niet
Alleen praten over pesten helpt niet om verandering in de relaties te brengen. Ook pestprotocollen alleen zorgen er echt niet voor dat pesten wordt uitroeien. Daar is meer voor nodig. Want bij pesten gaat het om respect, maar vooral om grensoverschrijdend gedrag. Iemands grenzen worden niet gerespecteerd, anderen gaan er voortdurend overheen.
Koppel de stoerste van de klas aan de minst stoere
Om een gedragsverandering teweeg te brengen is ook het groepsproces van het grootste belang. Want in een groep wordt niet gepest als er kinderen zijn die daar tegenin gaan. De machtspositie wordt dan doorbroken. Het gaat een pester namelijk altijd om die macht. Wat ook helpt is om kinderen in de ogen van de anderen interessanter te maken. Als een kind opeens met een bijzondere prestatie komt is dat al het geval. Worden kinderen die niet zo stoer zijn gekoppeld aan kinderen die wel heel stoer zijn, dan worden de minder stoere ook veel stoerder. De interesse van een groep wordt in dat geval gewerkt. Is dat proces eenmaal op gang dan is het belangrijk om degene die normaliter altijd pest te laten voelen hoe je iemand anders een goed gevoel kunt geven, in plaats van een naar gevoel.
De rol van leerkrachten
Leerkrachten die veel zaken signaleren kunnen een belangrijke rol spelen in het tegengaan van pesten. Maar ze kunnen helaas ook juist de voorzet geven voor pesten. In iedere klas zitten wel kinderen die het lieverdje zijn, maar ook altijd kinderen die niet zo geliefde zijn bij een bepaalde docent. Als die dat duidelijk uitdraagt, dan is zo iemand al snel de pineut en het pispaaltje van de klas. Ouders zouden daar ook alert op moeten zijn, want zo’n docent brengt een groepsdynamiek op gang die juist zorgt voor pestgedrag.