De geneeskracht van kerstroos
Van oorsprong komt dit 30 tot 40 centimeter hoge plantje uit de Oost- en Zuid-Alpen. De bloemen zijn wit of roze en kunnen prima in de tuin dienen als sierplant. Een bijzondere eigenschap van deze plant is dat het warmer is dan zijn omgeving; het kan zelfs door sneeuw en ijs blijven bloeien. Deze warme eigenschap is bevestigd door wetenschappelijk onderzoek en was al duizenden jaren bekend. Kerstroos is beslist niet eetbaar; het behoort tot de meest giftige planten op aarde. In lage concentraties kan dit gif medicinaal gebruikt worden; vandaar dat kerstroos onder de medicinale planten valt. In de 16e eeuw verscheen het volgende over deze plant die ook nieskruid wordt genoemd in een kruidenboek: van drie druppels word je rood, van 10 druppels ga je dood.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Botanische tekening kerstroos /
Bron: Publiek domein, Wikimedia Commons (PD)Inhoud:
De bloeitijd van kerstroos wijkt sterk af van andere planten; het bloeit van december tot maart. De geur is aangenaam maar de plant is zwaar giftig en daarom volstrekt oneetbaar! In
Nederland komt de plant alleen in tuinen voor. Wie winterbloeiers in zijn tuin wil zien staan kan voor kerstroos kiezen.
Geschiedenis gebruik kerstroos
In
het oude Griekenland werd gesteld dat een ieder die de wortel van niespoeder bij zich droeg erg oud werd en nooit ziek. De wortel geldt als giftig. Soms smeerde men de punt van een zwaard met deze wortel in. Wanneer een dier werd doodgestoken met dit zwaard, bleek het vlees veel malser te zijn, maar het gebied van de steek mocht niet worden opgegeten; dat bevat te veel gif. In de Middeleeuwen is de wortel van kerstroos een ingrediënt van heksenzalf. Het plantje stond bekend als verjongend. Daarnaast was het een middel dat werd gebruikt bij de pestepidemie; men stak het in de pestbuilen.
Natuurgeneeswijzen kerstroos
In Roemenië worden extracten van kerstroos gebruikt om hun immuunstimulerende eigenschappen. In de natuurgeneeskunde werd kerstroos altijd gebruikt om als niespoeder te dienen. Daarnaast was het een braakmiddel en een middel bij obstipatie. Ook huidzweren, hartziekten, epilepsie en waanzin werden met kerstroos bestreden. Wat dat laatste betreft bestaat er een Griekse mythe. Door de filosofie van Dionysos aangeraakt renden de dochters van Melamus van Pylos naakt, gillend en huilend over straat. Dat was zelfs bij de oude Grieken ongehoord. Een medicijn op basis van kerstroos kon de dochters genezen.
Nicholas Culpeper
Nicholas Culpeper, een bekende Engelse botanicus, apotheekeigenaar en kruidenexpert uit de 17e eeuw schreef over de kerstroos dat de wortel goed is bij melancholie, vooral die lang duren. Verder schreef hij dat het werkt bij koorts, krankzinnigheid, epilepsie, melaatsheid, geelzucht, jicht, ischias en spiertrekkingen. Bij gebruik als een pessarium van de voorkant van de wortel kan dat volgens Culpeper tot zeer zware menstruatie bloeden. Het poeder op zweren verspreiden leidt tot onmiddellijke genezing.
De kerstroos is nauw verwant aan de wrangwortel, lenteroos en het stinkende nieskruid. Deze laatste planten groeien van nature in Nederland.
Naamgeving
De Latijnse naam in de wetenschap gebruikt wordt voor deze plant is
Helleborus niger. In
het Nederlands kennen we een aantal bijnamen voor deze plant: Kerstlelie, Nieswortel, Heilig kerstkruid, Groot vuurkruid, Sneeuwwortel, Winterlelie, Vrangewortel, Cropcruyt, Swartenieswortel, Brandwortel en Duivellinne. De connotaties ´vuur´ en ´brand´ in de namen komen doordat het plantje warmer is dan zijn omgeving. Volgens een onderzoek uit 2010 is de bloem altijd zes graden warmer dan de directe omgeving! In de oudheid wist men dit al; sneeuw kan smelten op deze bloem. Helleborus komt van de Griekse woorden ´hellein´ wat dodelijk betekent en´borus´ wat het Griekse woord voor voedsel is. Helleborus betekent daarom letterlijk ´dodelijk voedsel´. De naam niger betekent ´zwart´. Er zitten geen zwarte onderdelen aan de plant maar zwart is in de geschiedenis altijd gebruikt om negatieve zaken mee aan te duiden.
Inhoudsstoffen
Van kerstroos worden de wortelstokken verzameld voor medicinaal gebruik. In de wortel van kerstroos zit de
alkaloïde helleborine. Dat is een stof die erg lijkt op digitaline uit de
digitalis of vingerhoedskruid. Net zoals vingerhoedskruid werd van kerstroos een medicijn bij hartziekten gemaakt. Het probleem is echter dat je er heel weinig van moet gebruiken omdat helleborine ook een dodelijke gifstof is. Dezer gifstof zit voornamelijk in de wortels maar voor de rest ook in alle andere delen van de plant. Ook bevat de kerstroos giftige
saponinen, antocyaninen, flavonolen en protoanemonine.
Kerstroos is een bestanddeel van snuiftabak, net als
lelietje-van-dalen. Vandaar dat deze beide planten nieskruid wordt genoemd.
Kerstroos in de homeopathie
In de homeopathie wordt kerstroos gebruikt, dit in tegenstelling met de natuurgeneeskunde. Het wordt ingezet waar het vroeger eveneens bij werd ingezet: epilepsie en psychose. Daarnaast zijn er nieuwe toepassingsvormen. Het wordt in de moderne homeopathie ook gebruikt bij hevige hoofdpijn.
Varkens werden vroeger van varkenspest genezen door een bloem van de kerstroos in het varkensoor te steken.
Kankermedicijn?
Hersenkanker, prostaatkanker, lymfekanker en leukemie kunnen wellicht bestreden worden met een medicijn op basis van kerstroos, zo concludeert een Duits onderzoeksteam in 2009. Kankercellijnen werden buiten het lichaam onderzocht en men zag dat de gekweekte kankersoorten afstierven als ze te maken kregen met de geneeskracht van kerstroos. De betreffende wetenschappers bevelen aan om dit mogelijke kankermedicijn te onderzoeken binnen lichamen van onderzoeksdieren. In 2012 werd een vervolgstudie ingezet door een Duits onderzoeksteam en men kwam tot de conclusie dat kerstroos inderdaad apoptose of celdood van hersenkankercellen stimuleert maar hoe dat proces exact in zijn werk gaat, dient nog te worden opgehelderd, zo eindigden deze onderzoekers de publicatie van hun studie.
Kankermedicijn uit de islamitische geneeskunde
Overigens waren deze Duitsers niet de eerste die in kerstroos een kankermedicijn zagen. In de 10e eeuw leefde er een arts in wat nu Iran is. Zijn naam was Ahvazi en hij schreef het boek Het complete boek van de medicinale kunst of Kitāb al-Malikī, wat koninklijke kunst betekent. In dit boek geeft hij het recept van een kankermedicijn. Het recept van de Arabische arts heeft de volgende
geneesplanten in zich:
- 3.34 gram Terminalia chebula
- 4.01 gram Polypodium vulgare of gewone eikvoet,
- 1.14 gram nafti zout(waarschijnlijk natuurlijk mineraalzout)
- 4.01 gram Polypodium vulgare of kuiflavendel
- 1.67 gram Helleborus niger of kerstroos.
Volgens het recept moeten deze ingrediënten worden verpulverd en tot een pasta worden gemaakt die men in pilvorm verwerkt en dan te drogen legt. Deze pillen moeten worden ingenomen om het zwarte gal, wat volgens de artsen uit de pudheid de oorzaak was van kanker, uit het lichaam te verwijderen. Om de chymus, de maaginhoud te verbeteren raadde Ahvazi aan om veel kleine majer en
pompoen te eten. Na de pillen moet veel whey en kaas worden gegeten.