Besmettelijke ziekte
Besmettelijke ziekte: een ziekte die door besmetting wordt overgebracht. Het gaat hier altijd om een infectieziekte. Sommige besmettelijke ziekten verspreiden zich razendsnel. Een besmettelijk ziekte komt niet alleen bij mensen voor, maar ook bij dieren. Bij paarden, schapen en konijnen wordt dit veel gezien. Overbrengers zijn vaak kevertjes of parasieten. Bij de mens is het vooral mens-op mensbesmetting die zorgt voor verspreiding.
Besmettelijke ziekte is infectieziekte
Een besmettelijke ziekte is een infectieziekte, maar een infectieziekte is niet altijd een besmettelijke ziekte. Een infectieziekte betekent dat de ziekte ontstaan is door middel van infectie door bacteriën, virussen of andere micro-organismen. Een besmettelijke ziekte is dus altijd een infectieziekte. Maar een infectieziekte is bijvoorbeeld ook een blaasontsteking of een nierbekken ontsteking. Deze ziekten worden veroorzaakt door bacteriën (infectieziekte) maar zijn niet besmettelijk. Deze twee begrippen worden vaak met elkaar verward.
GGD: Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst
De GGD heeft als taak de gezondheid van alle inwoners te beschermen en te bevorderen. Dit gaat op verschillende manieren. Een van deze manieren is het registreren van besmettelijke ziekten en hier eventueel tegen in actie komen. Besmettelijke infectieziekten moeten door de huisarts of arts worden gemeld aan de GGD of een geneeskundige inspecteur. Voor België geldt dat besmettelijke infectieziekten gemeld moeten worden aan de rijksgezondheidsinsepcteur. Wettelijk worden er drie groepen onderscheiden, waarbij de benaming onder groep A, B of C valt.
Groep A: gevaarlijke infectieziekten
Onder groep A vallen de besmettelijke infectieziekten waarvoor directe actie is vereist. De arts is verplicht de ziekte te melden, ook wanneer er slechts een vermoeden bestaat. Hierbij moet de naam van de patiënt worden vrijgegeven aan de instantie waaraan de melding gedaan moet worden. De gegevens worden doorgegeven aan het CIB (Centrum Infectieziektebestrijding). Actie die ondernomen wordt is een gedwongen quarantaine of gedwongen thuis blijven en gedwongen onderzoek en/of opname. Hierbij mag de patiënt geen contact met anderen hebben. Het gaat hier om zeer besmettelijke infectieziekten als de pokken (niet de waterpokken), SARS of nieuwe varianten hiervan (zoals
MERS), ernstige koorts met bloedingen, tyfus, hondsdolheid of polio.
Groep B: middelgevaarlijke infectieziekten
Deze groep bevat overige infectieziekte waarvan de naam van de patiënt vrijgegeven moet worden aan de GGD. De GGD kan beslissen om nader onderzoek in te stellen en bekijken of verdere actie nodig is. Groep B wordt onderscheiden in B1 en B2. Bij B1 is er sprake van gedwongen opname of gedwongen isolatie. Bij groep B2 alleen van gedwongen isolatie. Tot deze groep behoren meerdere infectieziekten waaronder
hepatitis A, B en C, cholera, lepra, tuberculose, voedselvergiftiging, kinkhoest, mazelen en pest.
Groep C: milde infectieziekten
Een infectieziekte uit groep C moet gemeld worden bij het GGD met persoonsgegevens. De GGD kan de patiënt benaderen voor hulp, maar de patent kan hiertoe niet gedwongen worden. Ook hoeft de patiënt niet verplicht in quarantaine geplaatst te worden. Tot deze groep behoren onder andere gele koorts, de veteranenziekte, de
ziekte van Creutzfeld-Jacob, malaria, Q-koorts en tetanus.
Opgemerkt moet worden dat de indeling van de groepen kan veranderen. Vroeger stond bijvoorbeeld tetanus en gele koorts nog bij groep B. Later zijn deze in groep C geplaatst.
Behandeling
De behandeling van een besmettelijke ziekte hangt af van de verwekker van de ziekte. Een bacterie is vaak te bestrijden met een anti-biotica. Een virus is niet te behandelen middels anti-biotica omdat een virus afhankelijk is avn de stofwisseling van zijn gastheer. Hierdoor zou bestrijding van het virus ook bestrijding van de eigen stofwisseling zijn. In de meeste gevallen is het lichaam in staat het virus zelf te bestrijden. Soms worden er andere medicijnen toegediend, extra vocht of heel soms beademing. Een ziekte kan verergeren en in ernstige gevallen zelfs de de dood betekenen. Ernstige infectieziekten worden daarom altijd direct gemeld en behandeld. In groep A en B worden deze onder dwang behandeld of wordt de patiënt in quarantaine ereplaats. Dit om te voorkomen dat er meerdere mensen besmet raken met de gevaarlijke ziekte. Vooral kinderen, ouderen en zwakkeren hebben meer te lijden onder een besmettelijke infectieziekte. Deze groepen moeten extra aandacht krijgen wanneer een besmettelijke infectieziekte heerst. In sommige gevallen wordt besloten om over te gaan tot het inenten van risicogroepen. Zo was dit het geval met de Mexicaanse griep, waarbij duizenden kinderen ingeënt werden. Risicogroepen krijgen altijd een oproep hiertoe. Ook wordt dit via de media bekend gemaakt zoals krant, radio, televisie en internet. Het is niet verplicht om zich in te laten enten wanneer een besmettelijke ziekte heerst. Soms is een inenting verplicht bij een reis naar het buitenland. Zo is dat met gele koorts het geval: in delen van Afrika en Zuid-Amerika is een inenting tegen gele koorts verplicht. Zonder bewijs van enten kom je het land niet in.