Uitslagen Western Blot lymetest interpreteren
Wanneer je vermoedt dat je de ziekte van Lyme hebt, kun je een bloedtest laten afnemen. Vaak wordt er dan gekozen voor een tweestappenprotocol waarbij eerst de ELISA test wordt gedaan. Als deze test positief uitpakt, wordt er nader onderzoek gedaan met behulp van de Western Blot. De uitslag kan geen 100% duidelijkheid geven over het wel of niet hebben van Lyme. Soms maken patiënten onvoldoende antistoffen aan (vals-negatieve uitslag) of zijn de gevonden antistoffen van een doorgemaakte infectie (vals-positieve uitslag). De uitslag van de Western Blot ontvang je op papier/digitaal en bevat symbolen en veel afkortingen. Een uitleg van de symbolen en afkortingen kan helpen om de uitslag beter te interpreteren op waarde te schatten.
Wat meet de Western Blot?
Door middel van de Western Blot wordt onderzocht of het lichaam antistoffen heeft aangemaakt tegen de Borrelia. De test kan echter geen 100% zekerheid geven. Daarom wordt ook het klinische beeld meegenomen (de symptomen die je hebt) en er wordt nagegaan of je een grote kans hebt gehad om met teken in aanraking te komen (bijvoorbeeld door kamperen, buitensport, veel tuinieren, boswachter zijn enz.). Bij een negatieve bloeduitslag maar met veel aanwijzingen in de richting van lyme, kun je soms in aanmerking komen voor een proefbehandeling met antibiotica. Ook vals-positieve uitslagen komen voor. De gevonden antistoffen zijn dan van een doorgemaakte infectie (serologisch litteken)
Testprotocol en methode
De Western Blot wordt uitgevoerd wanneer er met behulp van de eerste test (ELISA) antistoffen zijn gevonden. De antistoffen in de ELISA zijn nog slechts een aanwijzing dat er contact is (geweest) met de Borrelia. Er kan ook sprake zijn van andere ziektes, zoals: lupes (een auto-immuunziekte), syfilis (dit wordt net als lyme veroorzaakt door een spirocheet), pfeiffer e.d. Om vast te stellen of er contact is geweest met de Borellia, wordt de Western-Blot test uitgevoerd. Met deze test kan worden vastgesteld wélke antistoffen in het lichaam aanwezig zijn.
In grote lijnen werkt de Western-Blot als volgt: de test wordt uitgevoerd met behulp van een strook, die is onderverdeeld in verschillende stroken (banden genoemd). Op iedere strook zit een antigeen die de Borrelia bij zich draagt. Aan deze 'antigenen' merkt het lichaam dat het te maken heeft met een lichaamsvreemde stof. Heb je antistoffen in je bloed tegen het betreffende antigeen dan hechten deze zich aan de teststrook.
Wat betekent de uitslag?
Borrelia IgM en IgG
Ig staat voor Immunoglobuline (antistof). De M en G duiden het type antistof aan. Vlak na besmetting of bij opnieuw in aanraking komen met antigeen maakt het lichaam IgM aan. Ongeveer 3 a 4 weken na infectie is het pas zinvol om te testen op IgM antistoffen. IgG wordt pas aangemaakt als de besmetting minimaal zes weken geleden is.
Combinatie van IgM en IgG
De combinatie tussen IgM en IgG geeft een indicatie of het om een recente of oudere infectie gaat. Mogelijke combinaties:
IgM | IgG | Mogelijk betekenis |
Positief | Negatief | De infectie heeft kortgeleden plaatsgevonden |
Positief | Positief | De infectie heeft al wat langer geleden plaats gevonden, maar is waarschijnlijk nog niet genezen. Je lichaam heeft kortgeleden nog gevochten tegen de lyme. |
Negatief | Negatief | - Je bent niet in contact geweest met de Borrelia.
- Je lichaam maakt geen antistoffen aan tegen de Borrelia, maar je bent er wel mee in contact geweest.
|
Negatief | Positief | - Een genezen infectie die langere tijd geleden heeft plaatsgevonden
- Een oude, nog niet genezen, infectie. Bij een zeer langdurige infectie maakt het lichaam bij recent contact vaak IgG aan, in plaats van IgM.
|
Maar ieder lichaam is anders en reageert anders op infecties! Het is slechts een indicatie.
IgG Lipid Borrelia Afzelli en Burgdorferi
Lipid (in het Nederlands: lipide) is een vetachtige stof. Vet geeft vaak negatieve associaties maar het is ook nuttig. Het speelt een belangrijke rol in het immuunsysteem. De vetten kunnen antistoffen bevatten. Afzelii is een stam van de Borrelia. Het veroorzaakt huidklachten, zoals atrofie (dunner wordende huid) of huidverkleuringen.
Borrelia Burgdorferi is een Lyme-stam die hoofdzakelijk zorgt voor gewrichtspijnen.
IgG-OspC
Osp staat voor 'outer surface protein'. Hiermee worden de antigenen bedoeld die Borrelia-bacterie draagt aan de buitenkant. Er zijn meerdere soorten van, waaronder dus type C. Antigenen brengen, als het goed is, een immuunreactie in je lichaam teweeg. Het probleem met Osp is dat het niet alleen zorgt voor een immuunreactie maar ook de Borellia kan helpen om te overleven. De teek geeft eiwitten af die zich kunnen binden aan het OspC. Het effect is dat er een soort 'onzichtbaarheidsmantel' ontstaat. De bacterie wordt dan door het lichaam niet meer herkend als indringer.
Betekenis van de banden
Alle banden (wat dus teststroken met antigenen zijn) worden aangeduid met de letter P. Dit staat voor proteïne (= eiwit), omdat antigenen bijna altijd proteïnes zijn.
p18
Deze band is zeer specifiek voor de ziekte van Lyme. Dat wil zeggen: er vindt geen kruisreactie plaats met andere infectieziektes. Als deze band positief uitvalt, kan men er vanuit gaan dat er contact is (geweest) met de Borrelia. In de meeste gevallen is een positieve IgG p18 een aanwijzing voor contact met de Afzelli stam (deze stam geeft huidklachten zoals verkleuringen en het steeds dunner worden van de huid).
p19
Over band P19 is nog niet zoveel bekend. Men weet nog niet zeker of de band specifiek is voor de Borrelia of dat deze ook positief kan uitvallen in het geval van andere ziektes.
p20
Band p20 is een specifieke Lyme band.
p21
De p21 band is zeer specifiek voor de ziekte van Lyme. Het soort antistof waar op getest wordt is DbpA (Decorin binding protein A).
p39 (BmpA)
Bmp staat voor Borellia membraanproteïne. A is een type aanduiding. Zoals de naam van de band al aangeeft, gaat het hier over een eiwit dat specifiek is voor Lyme. Meestal wordt deze antistof al vroeg na de infectie aangemaakt.
p41 (flagelin)
Deze band is niet specifiek. Wanneer antistoffen zich aan deze strook hechten, kan dit ook duiden op een andere ziekte. Er kunnen onder andere kruisreacties ontstaan met andere ziektes die door spirocheten (kurkentrekker-vormige bacterieën) ontstaan. Bijvoorbeeld: syfilis.
p58
Dit is een hoog specifieke band voor de Borrelia. Bij het positief testen van deze band gaat het dus vrijwel zeker om antistoffen tegen Lyme.
p83
Wanneer de p83 band positief is, duidt dit meestal op een infectie die al langere tijd bestaat. De antistoffen die bij deze band horen, worden pas in een later stadium van de ziekte gevormd. Bovendien is de band 'hoog specifiek', dus de kans is zeer groot dat er Lyme in het spel is.
VlsE Borrelia Afzelii en Burgdorferi
VlsE is de afkorting voor 'Variable majorproteïne Like Sequent Epitope'. VlsE kan al een enkele dagen na de besmetting worden aangemaakt en is erg specifiek voor Lyme. Afzelii en Burdorferi zijn, zoals genoemd, stammen van Lyme. Ze zorgen respectievelijk voor huidklachten en gewrichtspijnen.
Borrelia Garinnii
Net als de Afzelii en Burgdorferi is ook 'Garinii' een stam van Lyme. Deze stam zorgt voornamelijk voor neurologische problemen, zoals: concentratieproblemen, geheugenproblemen, verminderde controle over sluitspieren, hersenmist, vertraagde informatieverwerking enz.