Epidemie of pandemie, kenmerken virusuitbraken
Net als een grote golf kunnen griepverwekkers en andere virussen over de hele wereld uitrollen. Deskundigen spreken dan van een pandemie. Minder dramatisch is een epidemie. Deze term wordt gebruikt wanneer de ziekte geografisch beperkt optreedt. Maar welke overige eigenschappen kenmerken nu dergelijke virusuitbraken?
Kenmerken epidemie
Wanneer een infectieziekte in een land of landstreek tot massale ziekte leidt, spreken deskundigen van een epidemie. In westerse landen geldt: wanneer tien tot twintig procent van de mensen tijdens de jaarlijkse griepgolf ziek is, is er sprake van een epidemie. Normaliter zijn er beduidend minder mensen ziek.
Kenmerken pandemie
Een pandemie is een epidemie die wereldwijd optreedt. De term is afgeleid van de Griekse woorden "pan " (alles) en "demos" (volk). Tijdens een pandemie worden zeer veel mensen ziek. Met betrekking tot de tijdstippen waarop pandemieën uitbreken, valt er geen duidelijk patroon waar te nemen. In de afgelopen eeuw varieerden de tussenpozen van 11 tot 39 jaar. Sinds in 1968 de laatste grieppandemie om zich heen greep, zijn nu meer dan 40 jaar verstreken.
Virussen muteren en blijven gevaarlijk.
Voor pandemieën waren tot dusver altijd influenzavirussen van het type A verantwoordelijk. Ze komen bij dieren en mensen voor. Veroorzakers waren telkens type A-varianten die lange tijd niet meer onder mensen circuleerden. Zij kunnen het menselijke immuunsysteem overrompelen als dit niet meer op de verwekker is voorbereid.
Corona-virussen die overgaan van dier op mens
Nieuwe virusvarianten ontstaan doordat verwekkers voortdurend kunnen muteren. Zo kan zich uit een dierlijk type A-virus een variant ontwikkelen die plotseling ook de mens infecteert. Voorbeelden waren
SARS,
MERS en eind 2019 het
coronavirus COVID-19 in Wuhan (China). Tegen nieuwe virusvarianten werken de beschikbare vaccins niet. Dat is de reden waarom zoveel mensen ernstig ziek worden.
Het griepvirus wordt, zoals bekend is, overgedragen via de lucht die we inademen. Een beschermend mondkapje van de kwaliteit FFP3 is de enige bescherming die het binnendringen van het virus in mond en keel voorkomt.
De Spaanse griep, een dodelijk virus op wereldreis
De ergste grieppandemie van de vorige eeuw was de zogenaamde Spaanse Griep. Die brak in 1918 op het einde van de eerste wereldoorlog uit en woedde twee jaar lang. Aan deze wereldwijde pandemie stierven ongeveer 40 miljoen mensen. Onbekend is uit welk land of regio de ziekteverwekker destijds afkomstig was. Zijn reis over de wereld begon vanuit Noord-Amerika. Daar brak de ziekte in 1918 het eerst uit. Amerikaanse soldaten namen het virus vervolgens mee naar Frankrijk en nog in dezelfde maand werden er veel mensen in Italië, Spanje en Duitsland ziek.
Van oorsprong een vogelgriepvrirus
De pers in Spanje meldde de pandemie het eerst, daarom wordt ze de
Spaanse Griep genoemd. Het steeds agressiever wordende virus breidde zich vervolgens over het hele Europese vasteland uit en net als een zwerm bijen doorkruiste het verschillende malen de hele wereld. Dat virussen hadden geleid tot die catastrofe, wisten artsen destijds niet. Pas vanaf het jaar 1933 konden wetenschappers het griepvirus bij mensen aantonen. Jaren later stelden onderzoekers aan de hand van weefselmonsters bij griepslachtoffers vast hoe het toenmalige killervirus was ontstaan. Het was van oorsprong een
vogelgriepvirus dat zich veranderd had en aan de mens had aangepast.