Alles over flessenvoeding

De moderne flesvoeding bevat tegenwoordig, op antistoffen na, alles wat de baby nodig heeft om te groeien. Het grote voordeel van het flesje is dat ook de vader voeding kan geven. Als hij het net zo teder en liefdevol doet als u komt de baby ook psychisch zeker niets tekort.

Welke flesvoeding is het beste voor de baby?

Alle kant en klare producten, of het nu poedermelk of vloeibaar concentraat betreft, zijn gemaakt van koemelk, verrijkt met vitaminen en mineralen en op zo'n manier gefabriceerd dat de baby de melk prima verdraagt. Welke producten u juist kiest, is enkel een kwestie van persoonlijke smaak. Van groter belang is het echter of u voor geadapteerde of deels geadapteerde melk kiest.

Geadapteerde melk

Geadapteerde melk lijkt het meeste op moedermelk. Het bevat als enige koolhydraat melksuiker (lactose) en wordt ook door pasgeborenen zeer goed verdragen. Een ander voordeel is dat de baby er net als van moedermelk zoveel van kan drinken als hij wil zonder te mollig te worden. Een nadeel is dan weer dat dergelijke producten duur zijn.

Deels geadapteerde melk

Deels geadapteerde melk is ook nog met andere koolhydraten verrijkt. Het schijnbare voordeel van deze melk is dat de baby er eerder genoeg van heeft, dus misschien met minder flesvoedingen uitkomt en 's nachts eventueel beter doorslaapt. Het échte voordeel is de prijs, deze producten zijn goedkoper dan geadapteerde melk. Het nadeel is dat het gevoelige spijsverteringskanaal van de pasgeborene het er moeilijker mee heeft en dat hij eerder mollig wordt. Geeft u meteen de fles? Begin dan liefst met geadapteerde melk. Na enkele weken mag u, maar u moet niet, overschakelen op deels geadapteerde melk. U hoeft ook niet steeds hetzelfde merk te kopen, u kunt gerust verschillende merken uitproberen.

Wat u over flesvoeding moet weten?

Geef indien mogelijk naar behoefte. Met geadapteerde melk is dat geen probleem, de baby wordt hoe dan ook niet te mollig. Wanneer u deels geadapteerde melk aan uw baby geeft, kunt u gerust beginnen met hem eten te geven telkens hij honger heeft. Daarbij kunt u hem ook best elke dag wegen. Indien u dan merkt dat hij te veel aankomt, laat dit ook door uw kinderarts of in het zuigelingenbureau controleren en bevestigen, dan kunt u ofwel het aantal voedingen beperken of u kunt overschakelen op geadapteerde melk.

Hoe wordt de melk gemengd?

Het is heel belangrijk u aan de richtlijnen op de verpakking te houden! Een lepeltje meer is niet goed voor de baby en brengt zijn vochthuishouding in de war. Een beetje minder is al evenmin aan te raden. De baby wordt er niet slanker van, maar krijgt in het ergste geval op termijn een vervelende ondervoeding. Gebruik bovendien alleen gekookt water om de melk te mengen. Indien het drinkwater veel nitraat bevat (d.w.z. meer dan 10 mg per liter; informeer naar de waarden in uw buurt), neem dan mineraalwater dat ook geschikt is voor zuigelingen (lees hiervoor het etiket). Trouwens, ook mineraalwater moet u koken. Als het koolzuur bevat, kookt u het tot het niet meer borrelt.

Wanneer moet de melk worden klaar gemaakt?

Zoals al eerder gezegd, kijkt u zoveel mogelijk naar de behoefte van de baby. Kook het water van tevoren, maar bereid de melk vers, dus net voordat u voeding geeft. Laat het water bij voorkeur in de koelkast afkoelen, zodoende ontstaat er geen bacteriegroei. Heeft de baby honger, vul dan het flesje af met water, warm alles in een pan water met bain marie op en doe daarna de melk erin. Als de baby tijdens het voeden slaap valt, geeft u hem de melk koud. Gebruik nooit restjes voor de volgende voeding. Gaat u op reis? Neem in dat geval gekookt water mee in een thermosfles doe er pas melk bij als u de baby gaat voeden. Als u de melk opwarmt in de microgolfoven kan het flesje nog koud aanvoelen, terwijl de melk veel te warm is. Controleer daarom altijd de temperatuur van de melk door enkele druppels op uw handrug te laten vallen.

Hoe geeft men flesvoeding?

Men geeft de flesvoeding net zo liefdevol als borstvoeding. Druk de baby tegen u aan, kijk in zijn ogen, geniet van hem. En trek u terug op een rustig plekje waar u graag bent. Het laatste is erg belangrijk. Weet dat niet alleen de honger, maar ook de zuigbehoefte, het sabbelen dus, bevredigd moet worden. Het speengat mag om die reden niet te groot zijn. Als u de fles ondersteboven houdt, mag de melk er slechts langzaam uitdruppelen. Het gat moet tijdens de voeding naar boven wijzen.

Hoe belangrijk is het boertje?

Vooral de eerste drie maanden heeft de baby snel last van buikkrampen. Vaak omdat hij te veel lucht inslikt tijdens het drinken, waarbij het niet uitmaakt of hij fles- of borstvoeding krijgt. Denk aan het bekende ritueel: houd de baby hoog op de arm tegen uw schouder en klop met een hand zachtjes op zijn rug tot hij een boertje laat. Sommige moeders maken zich zorgen wanneer er een beetje melk mee komt, wat absoluut niet nodig is. De hoeveelheid is doorgaans gering, ook al doet de aanblik misschien anders vermoeden. Leg voorzichtigheidshalve een slabbetje op uw schouder want melkvlekken zijn moeilijk te verwijderen. Houd dit ritueel niet eindeloos vol als het boertje niet wil komen. Veel baby´s drinken nu eenmaal zo rustig en ontspannen dat ze nauwelijks lucht inslikken. U kunt de baby dus gewoon te slapen leggen, liefst op de zij, mocht hij toch een beetje spugen. Indien hij dan toch nog last krijgt van een boertje, wordt hij onrustig. Pak hem dan op en neem hem op de arm, zoals hiervoor beschreven.