Visueel gehandicapt, blind of slechtziend
Iemand met een visuele handicap heeft een functiestoornis met betrekking tot het zicht. De persoon is blind of zeer slechtziend. Om blindheid of slechtziendheid aan te duiden wordt gebruik gemaakt van de mate van gezichtsscherpte en het gezichtsveld. Dit wordt ook wel de visus genoemd. Oorzaken voor een visuele handicap zijn te vinden in de hersenen, de oogzenuw of de ogen zelf. Het kan aangeboren zijn maar ook op latere leeftijd ontstaan. Tegenwoordig komen er steeds meer hulpmiddelen.
Wat is een visuele handicap?
Iemand met een handicap heeft een beperking. Dit houdt in dat er sprake is van een functiestoornis of functieverlies. Mensen met een handicap werden vroeger ook wel invalide genoemd. Deze benaming komt nog maar zelden voor. Er zijn verschillende vormen van een handicap. Een visuele handicap is daar één van. Hierbij is het zicht dermate slecht dat de persoon niet normaal kan functioneren. Iemand is blind wanneer hij minder dan 1/20 ziet (mate van gezichtsscherpte) of minder dan 1/10 en een sterk beperkt
gezichtsveld heeft. Iemand is slechtziend wanneer hij minder dan 1/3 ziet. Ook dit is een visuele handicap. Een normaal oog ziet 1/60 (de visus) terwijl totale blindheid uitkomt op 0/0.
De ogen: we kijken ermee
We hebben verschillende zintuigen, waarvan de ogen er één zijn. Met de ogen nemen we beelden waar. Via een ingewikkeld systeem worden beelden via de lens waargenomen en doorgegeven aan de hersenen. Op deze manier zien we de wereld om ons heen. Voor de meeste mensen is zien iets wat heel normaal is en zeker niet iets waar ze bij stil staan. Maar stel je de wereld voor wanneer het donker om je heen zou zijn. Sluit de ogen en loop eens rond door je woning. Je merkt dat het nu lastig en zelfs beangstigend wordt om je weg te vinden. Mensen met een visuele handicap ervaren dit ook in meer of mindere mate. Dit is afhankelijk van de ernst van het zichtverlies.
Oorzaken
Een visuele handicap kan aangeboren zijn. Vaak ligt de oorzaak dan in een aangeboren hersenafwijking. Ook kan er iets mis zijn met de ontwikkeling van het oog, waardoor bijvoorbeeld de zenuwgeleiding van het oog naar de hersenen toe niet normaal verloopt. Een visuele handicap kan ook op latere leeftijd optreden. Oorzaken zijn bijvoorbeeld een ongeval met beschadiging als gevolg (bijvoorbeeld aan de hersenen of aan de ogen), uitval van de oogzenuwen. Een tumor of andere aandoeningen. In ieder geval is de oorzaak altijd te vinden in de hersenen, de oogzenuw of de ogen zelf.
Symptomen
Iemand met een visuele handicap kan niet altijd mee communiceren. Dit komt omdat we een groot gedeelte van onze communicatie op non-verbale basis voeren. Dit wil zeggen: het lichaam, mimiek of gebaren. De communicatie met een visueel gehandicapte verloopt dan ook vaak moeilijker en er kan van beiden kanten uit onbegrip ontstaan. Opvallend is dat een visueel gehandicapte vaak onzeker loopt of overal tegenaan loopt. Heeft hij of zij ermee om leren gaan, bijvoorbeeld door hulpmiddelen, dan wordt de gang zekerder. Daarnaast is er moeite met lezen of kan er helemaal niet gelezen worden, verlopen huishoudelijke klussen niet altijd even goed en zijn er moeilijkheden op het werk of school. Soms is er aangepast werk of speciaal onderwijs van toepassing. Het ontstaan van illusies (verkeerde waarneming) komt ook voor.
Een visueel gehandicapte kijkt bovendien anders aan tegen mensen zonder beperking, gebruikt het geheugen en de andere zintuigen op een intensere manier en gaat anders om met problemen. Mensen met een aangeboren handicap hebben er bovendien minder of geen moeite mee dan mensen die er net mee te maken krijgen.
Hulpmiddelen
Voor slechtzienden en blinden zijn er verschillende hulpmiddelen. Daarmee wordt getracht de visueel gehandicapte zoveel mogelijk mee te laten draaien in de maatschappij. Toch is dit niet altijd even goed mogelijk. Met name het onbegrip en de onwetendheid van omstanders maakt het deze mensen moeilijk. De volgende hulpmiddelen kunnen gebruikt worden:
- Herkenningsstok: voornamelijk voor slechtzienden. Is bedoeld om aan te duiden dat je slechtziend bent. Het is niet geschikt als taststok omdat deze daarvoor te kort is.
- Taststok: om zelfstandig door het verkeer en langs obstakels te lopen. Wordt gebruikt door ermee te tikken of te vegen. Is tevens een herkenningspunt voor anderen om aan te geven dat je blind of slechtziend bent.
- Blindengeleidehond: Voor blinde of zeer slechtziende mensen. Helpt zijn baas over straat of elders. Bedenkt oplossingen en omzeilt obstakels. Negeert commando's van zijn baas indien hij gevaar inziet voor zijn baas. Niet iedereen komt in aanmerking voor een blindengeleidehond. Het lopen over straat gaat vaak sneller en soepeler.
- Leeshulpmiddelen: voor slechtzienden. Denk hierbij aan een loep, telescoopbril daisyspeler, audioboek, voorleesapparaat, brailleleesregel. Met deze hulpmiddelen is het mogelijk om geschreven taal toch om te zetten naar leesbaarheid of gesproken taal.
- Herkenningshulpmiddelen: bedoeld om dagelijks te gebruiken voorwerpen makkelijker te herkennen. Bijvoorbeeld de barcodelezer, de eurosorteerder, elektronische geheugendrager, kleurendetector etc.
Er komen steeds meer nieuwe hulpmiddelen bij die het leven van een blinde of slechtziende een stuk eenvoudiger maakt. Niet alle hulpmiddelen worden vergoed door de zorgverzekeraar. Vaak zijn deze hulpmiddelen ook nog eens kostbaar. Informeer vooraf bij de zorgverzekeraar wat de verwachte eigen bijdrage zal zijn.