Een gebroken vinger
Een gebroken vinger kan iedereen overkomen. Vaak komt het doordat je ergens achter blijft haken of je stoot een van je vingers erg hard. Vaak zal er geen gips om de vinger moeten, behalve als je de duim gebroken hebt. Bij een gebroken wijsvinger, middelvinger, ringvinger en pink moet er vaak iets omheen dat de vinger bij elkaar houdt zodat de gebroken vinger goed geneest. Vaak is dit niet meer dan een stukje klittenband - een spalk. Als je goed de instructies opvolgt van de arts zullen er geen verdere complicaties optreden en zal je vinger goed genezen. De pijn, de klachten - zoals moeilijker bewegen van de vinger - en verschijnselen - zoals blauwe knokkels - zullen langzaamaan verdwijnen.
Inhoudsopgave
Vingers
Vingers heb je nodig voor allerlei dingen. Zo heb je vingers nodig als je dingen vast pakt, maar ook heb je ze nodig om te schrijven. De meeste mensen hebben tien vingers, vijf aan elke hand. Toch zijn er ook mensen die meer vingers hebben. Er is zelfs een extreem geval van een Chinees jongetje dat maar liefst vijftien vingers had. Elke vinger heeft een speciaal nut, zelfs de pink heeft nut. Elk topje van een vinger wordt beschermd door een nagel. Deze nagel zorgt er voor dat het zachte gedeelte onder de nagel niet snel beschadigd raakt.
Gebroken vinger - mogelijke oorzaken
Er zijn veel dingen die er voor kunnen zorgen dat je een gebroken vinger krijgt. Gelukkig vallen veel van deze dingen ook goed te voorkomen. De voornaamste reden dat je jouw
vinger breekt is omdat je met één vinger hard iets raakt. Dit kan dan alsnog op allerlei manieren. Zo zou het zomaar kunnen zijn dat je een bal probeerde tegen te houden, maar dat je de bal met maar één vinger raakte. Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn dat je ergens achter blijft haken. Ook vervelende ongelukjes in huis kunnen de oorzaak zijn. Zo zou jij of je kind de vinger tussen de deur kunnen krijgen, waarna deze breekt.
Een vinger breekt makkelijker als deze achterover klapt. Dus in plaats van dat je vinger naar de handpalm toe beweegt, beweegt deze naar de buitenkant van je hand. Omdat je vinger nauwelijks die kant op kan bewegen zal je vinger dus vrij simpel breken. Probeer daarom te voorkomen dat je vinger die kant op beweegt.
Mocht je het vermoeden hebben dat je vinger gebroken is, probeer dan na te gaan wanneer het kan zijn gebeurd. Deze informatie is belangrijk voor de
huisarts! Dit moet je dan ook vertellen aan de huisarts, zodat hij of zij goed na kan gaan of je vinger ook mogelijk gebroken kan zijn of dat het slechts een kneuzing is.
Klachten, verschijnselen en pijn
Dat je last hebt van je gebroken vinger is heel erg normaal. Dat de vinger pijn doet kan ook heel normaal zijn, alhoewel dit afhangt van de ernst van de breuk. Een gebroken vinger doet vaak minder pijn dan een gekneusde vinger. Pijn is dus wel normaal, maar het zou niet heel erg moeten zijn. Ontlasten van de vinger zal wel veel gebeuren, omdat je bot toch gebroken is.
Verschijnselen en klachten die je kan hebben zijn:
- Beperking in de beweging
- Blauwe kootjes
- Zwelling - vaak bij de kootjes
- De vinger staat anders - staat scheef
- Minder gevoel met die vinger
Behandeling van de gebroken vinger
Mocht de vinger scheef staan of niet goed zitten dan zal het er mee beginnen dat de vinger op de juiste plaats wordt gezet. Een arts doet dit vaak en trek of duwt de vinger weer op de juiste plaats. Mocht de vinger gewoon goed zitten gebeurt deze stap niet. Daarna worden er - zo nodig - röntgenfoto's gemaakt. Vaak is dit niet nodig en doet de arts gewoon wat onderzoek. Dit houdt in dat je zal moeten aangeven hoeveel pijn iets doet en hoe ver je de vinger kan bewegen. Daaruit kan de arts dan afleiden wat het beste is om te doen.
Bij elke vinger behalve je duim zal je een simpele spalk om de vinger krijgen. Deze spalk zal worden aangebracht met een vinger ernaast. De spalk bestaat uit klittenband en houdt je vinger goed op zijn plek, zodat je niks kan forceren. Als je je wijsvinger of ringvinger breekt zal de spalk met de middelvinger gaan. Als je je middelvinger breekt zal de spalk met de ringvinger gaan. Als je je pink breekt gaat de spalk met de ringvinger. De officiële tijd die voor de spalk staat is zes weken, maar maak altijd een vervolgafspraak na vier weken. Na die vier weken kunnen ze namelijk goed bepalen of het goed geneest en of ze nog iets voor je kunnen doen. Deze spalk van klittenband mag gewoon nat worden, dus je kan gewoon douchen.
Bij de duim zit dit allemaal iets anders, omdat je deze niet simpel kan spalken. Vaak zal je bij een gebroken duim toch gips krijgen, zodat de duim zo goed mogelijk geneest. Het gips blijft vaak twee tot vier weken zitten, waarna er nog eens goed gekeken wordt.
Na de spalk of het gips
Na de spalk of het gips is het belangrijk om langzaam de kracht weer op te bouwen. Je spieren zijn slap geworden en je bot is ook minder sterk dan voorheen. De kans om nu nogmaals je vinger te breken is vrij groot. Zorg er dus voor dat je de kracht traint van je vingers - ook de vinger die aan de gebroken vinger vast zat. Dit kan makkelijk gedaan worden met een stressballetje. Deze balletjes bieden niet te veel weerstand, waardoor je langzaam steeds meer kracht zal kunnen zetten en het balletje verder in kan deuken. Belangrijk is dus de eerste tijd je vinger enigszins te ontlasten.