De gezondheidsvoordelen van huisdieren op mensen

Ben je gek op huisdieren of heb je juist een reden nodig om een dierenliefhebber te worden? Een goede reden is dat huisdieren kinderen onder andere kunnen beschermen tegen allergieën en obesitas. Er zijn tevens nog veel meer voordelen van een viervoeter in huis. Wat zijn deze voordelen? Waardoor worden deze voordelen veroorzaakt? Moeten we nu meteen naar de dierenwinkel rennen?

Huisdieren

In 2017 bleken meer dan vier miljoen huishoudens één of meer huisdieren te hebben. Het percentage gezinnen dat een huisdier bezit ligt rond de 59%. Deze huisdieren variëren van honden en katten tot aquariumvissen. De meeste huishoudens hebben een kat (24%) of een hond (19%). Daaropvolgend zijn er veel aquariumvissen die in 10% van de huishoudens aanwezig zijn. Daarnaast zijn er nog veel vogels, konijnen en knaagdieren. Er zijn dus veel huisdieren in Nederland, maar wat zijn nou de gezondheidsvoordelen van deze huisdieren?

Minder vatbaar voor respiratoire infecties zoals verkoudheden

Baby's die samen met honden en katten wonen gedurende hun eerste levensjaar zijn minder vatbaar voor infecties van de luchtwegen zoals een verkoudheid. De studie van Bergroth et al. (2012) met ongeveer 400 kinderen vond dat met name honden erg beschermend werken. Elke week moesten de ouders de frequentie van hoesten, niezen, rhinitis, verhoogde temperatuur, oorontsteking, diarree of andere ziektesymptomen tijdens de afgelopen zeven dagen noteren. Rhinitis is een ontsteking van de neus of het neusslijmvlies. De kinderen hadden ongeveer een 1/3 keer hogere kans om gezonder te zijn tijdens hun eerste levensjaar in vergelijking met baby's die geen huisdier in huis hadden. Dit effect was een stuk minder sterk aanwezig bij katten ten opzichte van honden en was tevens niet statistisch significant.

Oorontstekingen en antibioticagebruik

Uit het onderzoek bleek dat de baby's die thuis contact hadden met honden 44% minder kans hadden om een oorontsteking te ontwikkelen en 29% minder kans hadden dat ze antibiotica nodig hadden in vergelijking met leeftijdsgenoten zonder huisdieren.

Een mogelijke oorzaak die breed wordt aangenomen is dat de blootstelling aan bacteriën die huisdieren bij zich dragen, het immuunsysteem van een kind kan verhogen.

Verlaagde kans op allergieën en obesitas

Microben in de darm

Een ander woord voor microben in de darmen is de darmflora. Deze darmflora verandert continu. Normaal gesproken doodt het maagzuur veel microben die je via de voeding binnenkrijgt. Je lichaamseigen darmbacteriën kunnen ook slecht tegen maagzuur. Naarmate je verder in het maag-darmstelsel komt, nemen de bacteriën toe. In de dunne darm leven ongeveer 10 miljoen darmbacteriën per milliliter. In de dikke darm zelfs 100 miljard per milliliter.

Taken van de darmflora

Deze darmmicroben hebben een flink aantal nuttige taken:

• De afbraak van voedingsvezels die het menselijk lichaam zelf niet kan afbreken. Dit levert 10% van onze totale energie!
• Trainen van het immuunsysteem. Het lichaam moet alleen reageren op ziekteverwekkers.
• Productie van hormonen en vitaminen. Een voorbeeld is vitamine K. Vitamine K is nodig voor de aanmaak van stollingsfactoren.
• De ontwikkeling van het darmstelsel en zelfs beïnvloeding van ons gedrag!

Het is van belang dat de darmflora goed in balans is. Wanneer dit niet zo is, kun je flink ziek worden doordat slechte darmbacteriën de overhand kunnen nemen. Dit kan dan leiden tot diarree, koorts, buikkramp en kan zelfs de dood tot gevolg hebben.

Huisdieren en microben

Best belangrijk dus die darmbacteriën. Het onderzoek uit 2017 van Hein et al. toont dat baby's van families met huisdieren - waarvan 70% hond was - hogere levels hebben van twee typen microben. Deze microben zijn geassocieerd met een lager risico op zowel obesitas als allergieën.

Hoe kan dit?

De theorie is dat blootstelling aan vuil en bacteriën vroeg in het leven vroege immuniteit kunnen veroorzaken. Al dit vuil en deze bacteriën bevinden zich op de poten van de hond en in zijn vacht. Wanneer er blootstelling is aan huisdieren tijdens de zwangerschap of bij baby's tot drie maanden na de bevalling vergroot dit de overvloed van twee soorten bacteriën. Deze bacteriën heten Ruminococcus en Oscillospira. Overvloed van deze bacteriën leidt tot verminderde kinderallergieën respectievelijk obesitas. Baby's die blootgesteld waren aan huisdieren hadden van deze bacteriën wel twee keer zoveel als baby's die niet blootgesteld waren aan huisdieren.

Doordat de darmflora dus indirect beïnvloed wordt van de hond naar de moeder naar het ongeboren kind kan de darmflora dus al tijdens de zwangerschap beïnvloed worden. Als een hond dan voor adoptie wordt afgegeven na de zwangerschap doordat de ouders een hond bijvoorbeeld niet vertrouwen met de baby, dan heeft de hond tijdens de zwangerschap alsnog een positief effect gehad op de darmflora van de baby.

Eerste levensjaar een hond? Op 18-jarige leeftijd minder allergieën.

Dat kinderen die samenwonen met huisdieren minder vaak allergieën hebben voor het huisdier waarmee ze wonen, kwam ook naar voren uit het onderzoek van Wegienka et al. (2011) waarin 566 kinderen hun gehele kindertijd tot hun 18e levensjaar werden gevolgd. Uit dit onderzoek bleek dat tieners die tijdens hun eerste levensjaar met een kat hadden gewoond 48% procent minder risico hadden op een kattenallergie dan leeftijdsgenoten zonder katten. De tienerjongens die samen met een hond hadden gewoond, hadden 50% minder kans op een hondenallergie. Dit effect kwam minder duidelijk naar voren bij tienermeiden. De auteurs denken dat dit te wijten is aan de verschillende mate van interactie met de honden bij jongens en meiden.

Minder kans op eczeem

Eczeem is een chronische huidconditie die zorgt voor extreme droogte en irritatie van de huid die met name tijdens de kindertijd voorkomt. Kinderen die kampen met een allergie voor honden hebben een vier keer lagere kans op eczeem op vierjarige leeftijd indien ze voor hun eerste levensjaar toch samen met een hond hadden gewoond dan kinderen zonder hond gedurende het eerste levensjaar. Deze resultaten kwamen naar voren uit de studie van Epstein et al. (2011). Kinderen met een allergie voor katten die gedurende hun eerste levensjaar met katten samenwoonden hadden echter een grotere kans op eczeem dan kinderen die zonder kat hadden gewoond.

Minder kans op hart- en vaatziekten

Mensen die een hond in huis hebben, hebben een lagere kans op hart- en vaatziekten. Dit wordt veroorzaakt door minder stress, een lagere bloeddruk en een lagere hartfrequentie. Al deze factoren zijn belangrijk voor een gezond hart. Een groot deel van deze factoren heeft volgens de American Heart Association te maken met een toegenomen fysieke activiteit van mensen met huisdieren ten opzichte van mensen zonder huisdieren. Deze fysieke activiteit zorgt er ook voor dat mensen meer naar buiten gaan en dat kinderen meer buiten spelen.

Psychisch welbevinden

De voordelen voor kinderen zijn dat ze opgroeien met een liefdevol maatje en sociale vaardigheden kunnen aanleren. Uit onderzoek van de Universiteit van Montreal blijkt dat het stresshormoon cortisol bij kinderen met autisme daalt wanneer ze samenleven met een hond. Deze honden zijn speciaal getraind om samen te wonen met kinderen met autisme. Voordat de 42 kinderen tijdens de studie van Lupien et al. zonder hond woonden, steeg hun cortisolniveau met 58% gedurende het eerste half uur dat ze wakker waren. Nadat de kinderen met autisme twee weken samen met een hond hadden gewoond, steeg dit level nog maar met 10%. Toen de honden na vier weken weer weg waren, steeg het cortisolniveau direct weer naar een 48% toename.

Hond aanschaffen?

Huisdieren kunnen dus gezondheidsvoordelen hebben voor de mens. Dit effect lijkt met name te spelen gedurende het eerste levensjaar. Bovenstaande gezondheidsredenen kunnen dus een reden zijn om een hond aan te schaffen, bijvoorbeeld voor de vermindering van de kans op allergieën. Mocht je nou niet een hondenliefhebber zijn? Misschien moet er dan maar 'een hond in een pil' komen.