Hoogfunctionerend autisme: sociale camouflage en diagnose
Bij mensen met hoogfunctionerend autisme (gemiddeld tot hoog IQ) komt de diagnose autisme vaak pas op een latere leeftijd aan het licht. Dit komt omdat ze geleerd hebben om met hun autisme om te gaan en dit te camoufleren naar de buitenwereld door hun intelligentie. Om zo normaal mogelijk te kunnen functioneren is er aangeleerd om zich zoveel mogelijk aan te passen. Men doet aan sociale camouflage door te maskeren en compenseren. Dit kan ervoor zorgen dat er psychische decompensatie ontstaat: draaglast is buiten proportie toegenomen t.o.v. de draagkracht. Dit kan zich uiten in bijvoorbeeld een angststoornis, depressie of burn-out. Door sociale camouflage is er dan ook vaak een misdiagnose. Het is van belang dat er uitgebreid onderzoek wordt gedaan. Dit kan in een centrum van ontwikkelingsstoornissen.
Autisme Spectrum Stoornis (ASS)
Autisme is een pervasieve ontwikkelingsstoornis en is er al vanaf de geboorte. Voor 2013 maakte men een onderscheid tussen verschillende vormen van autisme: klassiek autisme, syndroom van Asperger, PDD-NOS (Pervasive Developmental Disorder Not Otherwise Specified), Stoornis van RETT en McDD (Multiple complex Developmental Disorder). In 2013 werd de DSM-5 opgesteld, dit is anno 2020 de nieuwste versie van het Amerikaanse handboek voor psychische stoornissen. Daarin zet men deze vormen allen onder één noemer en spreekt men van ASS (Autisme Spectrum Stoornis). Autisme is een informatieverwerkingsstoornis in de hersenen. Dit uit zich in problemen op sociaal en communicatief vlak, in specifieke gedragingen, belangstellingen en moeite met plannen, organiseren en uitvoeren.
Anders voelen
Iemand met autisme kan benoemen zich vanaf jonge leeftijd reeds anders gevoeld te hebben, maar kan niet verklaren wat dat anders voelen nu juist betekent.
Hoogfunctionerend autisme
Men spreekt van hoogfunctionerend autisme wanneer er sprake is van een gemiddeld (100) tot hoog IQ. Om te kunnen functioneren hebben deze mensen hun intelligentie ingezet om zo goed mogelijk mee te kunnen draaien in de maatschappij door hun autisme zo veel mogelijk te verbergen. Dit noemt men sociale camouflage.
Autisme en sociale camouflage: "mijn meest normale ik spelen"
Iemand met hoogfunctionerend autisme kan je ook wel een sociale kameleon noemen /
Bron: Krahulic, PixabayOm zo 'normaal' mogelijk te kunnen functioneren hebben mensen met hoogfunctionerend autisme aangeleerd om zich zoveel mogelijk aan te passen. Tot op zekere hoogte doet iedereen dit wel, maar mensen met autisme doen dit vaak in een veel hogere gradatie. Voor hen is het sociale verkeer zeer onduidelijk. Zij hebben nood aan duidelijkheid en voorspelbaarheid maar sociale regels worden niet altijd duidelijk weergegeven en veranderen naargelang de context. Vandaar dat ze des te meer aangewezen zijn op observeren, het aanleren van sociale scripts en het nabootsen van anderen. Ook ondervinden zij moeite met communiceren: er zijn problemen om non-verbale signalen (gezichtsuitdrukkingen, intonatie en gebaren) goed te begrijpen en om zichzelf uit te drukken. Sociale camouflage omvat twee belangrijke aspecten: maskeren en compenseren.
Maskeren
De karakteristieke eigenschappen van het autisme verbergen en personen of karakters ontwikkelen om te gebruiken in sociale situaties.
Compenseren
Het ontwikkelen van expliciete strategieën om de sociaal en communicatieve kloof te overbruggen die veroorzaakt wordt door het autisme.
Autisme en psychische decompensatie
Decompensatie is een term die in de psychologie gebruikt wordt om de "verstoring van het evenwicht door een afnemende functie" aan te duiden. Bij
psychische decompensatie is de draaglast van iemand buiten proportie toegenomen vergeleken met de draagkracht. Iemands veerkracht is aangetast om dagelijkse problemen het hoofd te bieden. Hierdoor ontstaan er problemen in het algemeen functioneren. Doordat mensen met autisme zoveel moeten compenseren om te kunnen functioneren in de maatschappij, komt het dan ook vaak voor dat er psychische klachten ontstaan zoals angsten, depressie, woede-aanvallen, burn-out en dwangmatig gedrag. Er wordt vaak pas op dat moment psychologische hulp gezocht.
(Mis)diagnose bij autisme
Wanneer iemand met deze klachten gaat aankloppen bij de hulpverlening, gebeurt het vaak dat de onderliggende oorzaak (in dit geval autisme) gemist wordt. Hij of zij wordt bijvoorbeeld enkel behandeld voor een angststoornis of depressie, maar men mist wat er onder zit. Wat deze diagnose extra bemoeilijkt, is dat mensen met autisme reeds zo getraind zijn om aangepast en sociaal wenselijk gedrag te vertonen, dat er bij onderzoek door een psychiater of psycholoog in eerste instantie niet aan een ontwikkelingsstoornis gedacht wordt.Vaak hebben mensen met autisme met een gemiddeld tot hoog IQ er een ogenschijnlijk 'normaal' functionerend parcours opzitten. Bijvoorbeeld een hoger diploma behaald, een normale baan en gezin... Iemand die opgenomen is op een psychiatrische afdeling van een ziekenhuis kan zich na een tijd wel beter voelen, maar wanneer er weer wordt aangevangen met het dagelijks leven steken dezelfde klachten opnieuw de kop op.
Uitgebreid psychologisch onderzoek bij autisme
Bron: 422737, Pixabay Wanneer een psychiater of psycholoog doorvraagt naar hoe sociaal contact met andere mensen is, dan valt vaak voor het eerst het masker af. Mensen met autisme geven aan dat sociale contacten 'veel energie' kosten. Dit kan de eerste stap zijn naar een vermoeden van autisme.
Diagnostisch centrum voor ontwikkelingsstoornissen
Een uitgebreid en grondig onderzoek vindt plaats in een centrum voor ontwikkelingsstoornissen. Voor veel mensen die de diagnose autisme uiteindelijk krijgen vallen de puzzelstukjes dan ook eindelijk in elkaar.