Rehabilitatie: opkomst en verloop in Nederland
Rehabwat?! Rehabilitatie is een veel gehoord woord. Bijna iedereen kent dit woord; er wordt vaak gedacht aan terugkeer in de maatschappij. Daarmee houdt het echter wel op. Inderdaad heeft het te maken met het terugkeer in de maatschappij; rollen die men vervult in de samenleving. Hierbij valt te denken aan werknemer, vriend(in), partner, ouder, etc. Maar wat is rehabilitatie precies? Waar komt deze term vandaan en wat gebeurt er tegenwoordig met rehabilitatie binnen de Nederlandse psychiatrie?
Verschillende mensen hebben het woord 'rehabilitatie' gedefinieerd.
Volgens Bennet (1978) is rehabilitatie "
het proces waarbij een psychisch gehandicapt persoon geholpen wordt om van zijn resterende vermogens zo goed mogelijk gebruik te maken, zodat hij of zij op een optimaal niveau kan functioneren in een zo normaal mogelijk kader."
Anthony e.a. (2002) stelt dat het doel van psychiatrische rehabilitatie is "
om het functioneren van personen met psychiatrische handicaps zodanig te verbeteren dat ze succesvol en tot hun tevredenheid kunnen wonen, leren, werken en sociale contacten kunnen hebben in de milieus van hun keuze met de minste mate van professionele hulp."
Een duidelijk verschil tussen deze beide benaderingen is dat volgens Bennet de rehabilitatie erop gericht is om de mate van de handicap zoveel mogelijk te verkleinen en zoveel mogelijk gebruik te maken van de resterende vermogens, terwijl Anthony meer de nadruk legt op het verbeteren van het functioneren. Daarbij maakt Anthony een onderscheid in wonen, werken, leren en het hebben van sociale contacten. Oorspronkelijk is rehabilitatie ontwikkeld voor mensen met ernstige, langdurige fysieke of psychische beperkingen. Tegenwoordig is de doelgroep breder: mensen in achterstandssituaties met als doel om onnodige invalidering, functie-verlies en participatieproblemen te voorkomen.
Een duik in de geschiedenis
De psychiatrie werd in het begin van de twintigste eeuw gekenmerkt door grote instituten. Deze lagen meestal in rustige, bosrijke gebieden. Men dacht dat het plaatsen van de cliënten in deze afgelegen instituten voor hen het beste was. Het gebeurde met de beste intenties. De cliënten konden hier tot rust komen in een gezonde omgeving, zonder stress van de samenleving. Een andere doelstelling die bij dit plaatje paste was om de samenleving te vrijwaren van de zogenaamde ‘lastige’ personen. Er kwam steeds meer kritiek op deze instituten. Dit gebeurde in de tweede helft van de twintigste eeuw.
Sommigen beweerden dat de instituten zelfs de oorzaak van sommige psychiatrische stoornissen waren (Barton,1969; Basalglia, 1974; Freudenberg,1962).Steeds meer mensen waren van mening dat een instituutsmilieu een negatieve uitwerking kon hebben op het welbevinden van cliënten, en dat door hun verblijf in deze instituten allerlei praktische dagelijkse vaardigheden nergens meer toe kwamen.
Protest!
De grondlegger van de deïnstitutionaliseringsbeweging is Goffman. Er waren allerlei ideeën over hoe het wél zou kunnen, maar in haar kern is deïnstitutionalisering ergens tegen gericht. Tegen grootschalige psychiatrische instituten en alles wat daarmee samengaat. Hier bouwt rehabilitatie op voort en geeft aan waar hulpverlening aan moet voldoen. Het is een ontwikkelingsgerichte methodiek die zich afzet tegen institutionalisering
en kijkt naar de mogelijkheden van mensen.
Engeland versus Amerika
Rehabilitatie kent twee hoofdstromingen, namelijk de Engelse en de Amerikaanse stroming. De Engelse stroming wordt vertegenwoordig door Bennett en Shepherd (Shepherd, 1989; Watts & Bennett, 1991). Naar hun mening zijn rehabilitatie-interventies van toepassing op de directe fysieke en sociale omgeving. Zij leggen de nadruk op een respectvolle attitude van hulpverleners. Daarnaast streven zij naar kleinschalige woonomgevingen en plaatsen voor dagbesteding in de samenleving.
Een meer menselijke omgeving en een meer menselijke benadering van de psychiatrische cliënten is belangrijk. Er dient wel rekening gehouden te worden met de beperkingen van cliënten. Een uitspraak die bij de stroming past is: ‘als je voor een dubbeltje geboren bent, word je nooit een kwartje’.
De Amerikaanse stroming is meer gericht op individuele, persoonlijke groei en ontwikkeling van cliënten. Het stellen van doelen en leren van vaardigheden hoort bij de ontwikkeling. De methoden die gebruikt worden bij het leren moeten worden afgestemd op het individu. Hoop is hierbij van belang. Typerend voor de Amerikaanse stroming is ‘van krantenjongen tot miljonair’.
En in Nederland?
In Nederland is de Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB) steeds meer in opkomst. Deze benadering is door het Center for Psychiatric Rehabilitation van de universiteit in Boston (Anthony et al., 2002) ontwikkelt. De IRB is in 1992 in Nederland geïntroduceerd door Stichting Rehabilitatie ’92 (Rehab’92). Niet alleen mensen zonder een psychiatrische achtergrond hebben wensen en doelen in hun leven. Ook mensen met ernstige psychiatrische problemen hebben wensen en doelen. De IRB is hierop gebaseerd. De modules van de IRB–techniek zijn ontworpen om de cliënten te helpen hun persoonlijke doelen te verkennen, te kiezen, te verkrijgen en te behouden. Hierbij gebruikt de hulpverlener de modules op een zodanige manier dat zij de cliënt kan ondersteunen.
Sociaal netwerken
Rehabilitatie richt zich op de vier terreinen
werken, wonen, leren en sociale contacten.
Vaak trekken mensen met psychische problemen zich terug uit hun sociale netwerk of worden ze door grote delen van dat netwerk uitgestoten vanwege hun afwijkende gedrag.
Van Weeghel (2005)stelt dat:‘
het werken aan sociale netwerk integratie kan het beste planmatig gebeuren'. Daarbij valt te denken aan de fasering van de IRB of de Sociaal Netwerk Benadering’.
De module sociale contacten is opgebouwd uit onderdelen als:
analyse en interpretatie van het sociale netwerk;
benoemen van specifieke doelen door cliënt;
vaardigheids- en hulpbronnendiagnostiek;
vaardigheids- en hulpbronneninterventies.
Het eerste onderdeel komt van de Sociale Netwerkbenadering. De overige onderdelen van de IRB-modules. Iemand kan op twee manieren aan het proces van verbeteren of uitbreiden van sociale contacten beginnen. Het kan zijn dat diegene al een duidelijk doel voor ogen heeft en dat hij zoekt naar een persoon (vriend, partner, maatje), een groep of clubje of een vereniging. Een ander doel zou dan kunnen zijn dat iemand zijn relatie met een bepaalde persoon, groep, vereniging wil verbeteren. Wanneer iemand al een doel voor ogen heeft, kan hij/zij verder met de volgende stap: persoonlijke criteria opsporen. Als diegene nog geen duidelijke keuze gemaakt heeft kan hij dan beginnen met een analyse van het sociale netwerk. Dat gebeurd dan met behulp van een instrument dat aangepast is overgenomen uit de Sociale Netwerkbenadering (Baars). Dit instrument wordt ‘netwerk in beeld’ genoemd. Hier inventariseert de betrokkene hoe zijn netwerk samengesteld is. Er wordt dan gekeken naar mensen in de omgeving van de betrokkene. Ook de vorm van het netwerk wordt onderzocht. Hierbij valt onder meer te denken aan hoe vaak de persoon de mensen uit zijn/haar netwerk ziet/spreekt/schrijft, hoe intens het contact is en hoe op welke afstand zij wonen. Een belangrijk factor hierbij is hoe belangrijk iemand voor de betrokkene is. Wanneer iemand de vragen voor zichzelf beantwoordt, wordt meteen duidelijk of hij een nieuwe persoon, groep, vereniging zoekt of dat iemand juist het contact wat hij of zij al heeft wil verbeteren. De wens wordt dan duidelijk en kan dan verder uitgewerkt worden tot een plan. Wanneer dit plan uiteindelijk in de praktijk wordt gebracht kan iemand hulp krijgen bij het behouden van datgene wat er bereikt is.
Ten slotte...
Het moge duidelijk zijn dat rehabilitatie een vorm van professionele hulpverlening is, waarbij de cliënt en de hulpverlener samen door een proces gaan. Binnen de rehabilitatie-methodiek is het 'samen', het bondgenootschap van belang. Rehabilitatie is ontwikkelingsgericht en biedt hoop. Het is geen methode die bij voorbaat al vele deuren sluit, het is eerder zo dat deuren zoveel mogelijk open komen te staan. Terwijl de cliënt en de hulpverlener samen het rehabilitatieproces doorlopen, werkt de cliënt aan zijn eigen herstel. Herstel is geen hulpverlening, bij herstel draait het om empowerment, waarbij het zich richt op wat de cliënt belangrijk vindt in zijn leven.