Soorten antibiotica: aminoglycosiden
Antibiotica die tot de groep aminoglycosiden behoren, worden op verschillende manieren toegepast. In gel, zalf en druppels voor de behandeling van bacteriële huid-, oog- en oorinfecties. Voor inwendig gebruik zijn deze antibiotica alleen in het ziekenhuis via injectie of infuus toe te dienen en worden ze alleen gebruikt als er geen andere antibiotica gegeven kunnen worden. Over de werking, de toepassing en merknamen van antibiotica die bij deze groep horen.
Direct naar Merknamen
Eigenschappen van aminoglycosiden
Aminoglycosiden zijn een groep
breedspectrumantibiotica, die een snelle bactericide werking hebben. Hoewel het exacte mechanisme nog niet helemaal bekend is binden deze middelen zich aan die delen in de bacterie (ribosomen) die zorgen voor de synthese van proteïnen (aanmaak van eiwitten). Die synthese wordt belemmerd, waardoor de bacteriën afsterven.
Ontstaan van aminoglycosiden antibiotica
De eerste antibiotica uit deze groep zijn
streptomycine,
framycetine en
neomycine; deze werden geïsoleerd uit verschillende soorten van de bacterie
Streptomyces. De latere aminoglycosiden die zijn ontwikkeld hebben een breder werkingsspectrum en ze zijn minder toxisch. Voor een deel zijn ze afkomstig van
Micromonospora (middelen met de uitgang -micine) zoals gentamicine, en voor een ander deel uit Streptomyces (middelen met de uitgang -mycine) zoals
tobramycine. Een derde deel is half-synthetisch, en gemaakt uit het oudere
kanamycine, te weten
amikacine.
In Nederland is streptomycine niet meer geregistreerd, maar het wordt wereldwijd nog wel vaak gebruikt. Het wordt bovendien in de diergeneeskunde gebruikt. Ook vindt het zijn toepassing als pesticide, maar in de EU is dat verboden (sinds maart 2004).
Toepassing
Deze groep antibiotica zijn vooral werkzaam tegen aerobe
Gram-negatieve bacteriën, zoals die uit de groep
Enterobacteriaceae - darmbacteriën - en
Pseudomonas. Ook tegen Stafylokokken zijn ze werkzaam. Pseudomonas is een beruchte veroorzaker van wondinfecties, bijvoorbeeld bij brandwonden, en resistent tegen de meeste soorten antibiotica. Bacteriën zoals Pseudomonas die ongevoelig zijn voor gentamicine en tobramycine zijn vaak nog wel gevoelig voor amikacine. Antibiotica die onder de aminoglycosiden vallen zijn onder andere:
- gentamicine
- tobramycine
- neomycine
- amikacine
- netilmicine
- framecytine
Aminoglycosiden worden voor inwendig gebruik alleen ingezet als er geen andere antibiotica kunnen worden gebruikt, bijvoorbeeld als er sprake is van een infectie met een of meer bacteriën die resistent zijn voor andere middelen, zoals bovengenoemde Pseudomonas. Bij patiënten met ernstige infectieverschijnselen waarvan nog niet bekend is welke bacteriën er in het spel zijn, wordt in beginsel wel gentamicine (meestal met een ander antibioticum) gegeven om alvast "breed" te kunnen behandelen. Dit wordt in vakjargon
blind behandelen genoemd.
Toediening
Aminoglycosiden die inwendig gebruikt moeten worden kunnen alleen intramusculair of intraveneus toegediend worden omdat ze niet worden opgenomen bij orale inname. Het gaat dan om klinische patiënten. Verder worden sommige middelen uit deze groep
locaal gebruikt, zoals gentamicine en neomycine, als crème of zalf bij wonden. Deze twee middelen worden uitwendig toegepast in druppels voor de behandeling van bacteriële infecties in het oog.
Tobramycine wordt gebruikt als inhalatiemiddel, bijvoorbeeld bij
cystische fibrose, waarbij men een infectie van de longen wil voorkomen. Gentamicine wordt in het geval van beenmergontsteking of bij implantaat van bijvoorbeeld een kunstheup gebruikt in de vorm van kralen of sponzen.
Bijwerkingen
Gentamicine, en ook de andere aminoglycosiden, hebben belangrijke bijwerkingen: ze zijn bij hoge doses giftig voor de nieren en het gehoororgaan. Aan beide organen kan permanente schade ontstaan. Daarom worden deze middelen buiten het ziekenhuis alleen gebruikt voor uitwendige behandeling, zoals bijvoorbeeld als bovengenoemde oogdruppels. Als bijvoorbeeld gentamicine inwendig gebruikt wordt, bij klinische patiënten dus, moeten de waarden in het bloed nauwkeurig gecontroleerd worden om overdosering en daarmee schade te voorkomen.
Wisselwerking
De antibiotica uit de aminoglycosidengroep hebben een
synergistische werking met bèta-lactam antibiotica; dit houdt in dat de combinatie van een antibioticum uit elk van deze groepen elkaars werking versterken. Daarom worden middelen uit deze groepen vaak gecombineerd met elkaar gebruikt.
Merknamen
In de volgende tabel staan merknamen, toedieningsvorm en toepassing van een aantal veelgebruikte antibiotica uit de groep aminoglycosiden:
merknaam | antibioticum | toedieningsvorm | toepassing |
Bramitob | tobramycine | inhalatie | luchtwegen |
Dexagenta POS | gentmicine | druppels, zalf | oog |
Dexamytrex | gentamicine | druppels, zalf | oog |
Garacol | gentamicine | spons | implantatie |
(merkloos) | gentamicine | druppels | oog |
Minims | gentamicine | flacons voor eenmalig gebruik | oog |
Mycolog | o.a. neomycine | gel | huid |
Netromycine | netilmicine | injectievloeistof | infectie |
Obracin | tobramycine | injectievloeistof | infectie |
Otosporin | o.a. neomycine | druppels | oor |
Panotile | o.a. neomycine | druppels | oor |
Septopal | gentamicine | kralen | operaties |
Sofradex | o.a.framycetine | druppels | oog, oor |
Tobi | tobramycine | inhalatie | luchtwegen |
Tobradex | o.a.tobramycine | druppels, zalf | oog |
Tobrex | tobramycine | druppels, zalf | oog |