Verschillende soorten lichamelijke handicaps
Iedereen heeft of kent wel iemand met een lichamelijke handicap. Deze mensen zijn vaak beperkt in hun doen en laten. Lichamelijke handicaps zijn in 3 groepen onderverdeelt.
Handicap
De meeste mensen met een beperking kunnen nog best zelfstandig functioneren. Sommigen zijn afhankelijk van hulpmiddelen of van andere mensen.
Soorten handicaps
In totaal zijn er 3 soorten handicaps:
- motorische handicaps
- zintuiglijke handicaps
- chronische handicaps
Motorische handicap
Een motorische handicap is een stoornis aan het bewegingsapparaat. Deze mensen worden belemmerd in hun fysieke doen en laten en kunnen hulp nodig hebben bij hun dagelijke dingen zoals wassen, aankleden en douchen. Let wel op dat een mens met een motorische handicap geestelijk goed gezond is en als een volwaardig persoon behandeld wenst te worden. Kortom doe dus gewoon en niet overdreven vriendelijk en behulpzaam. Als de persoon hulp nodig heeft kan deze dat zelf wel aangeven. Enkele voorbeelden van een motorische handicap zijn:
- een dwarslesie
- reumatische aandoening
- de ziekte van parkinson
Zintuiglijke handicap
Onder een zintuiglijke handicap wordt verstaan dat bepaalde zintuigen niet of onvoldoende werken. Ruiken, proeven, horen en zien zijn zintuigen. Sommige mensen hebben al vanaf hun geboorte een zintuiglijke afwijking, anderen krijgen het op latere leeftijd. Vaak leidt het tot achterstand in de maatschappij. Enkele voorbeelden zijn:
- doven of slechthorenden
- blinden of slechtzienden
Omgang met doven en slechthorenden
Wie doof is kan communiceren d.m.v liplezen en gebarentaal. Houdt hier rekening mee en kijk de persoon aan als u ermee praat. Praat rustig en spreek in korte zinnen. Kies geen moeilijke woorden, maar hou het simpel.Ook kun je gebarentaal leren.
Omgang met blinden en slechtzienden
Zorg voor tastbare en hoorbare activiteiten. Zingen of luisteren naar muziek in daarvoor een optie. Zorg ervoor dat je als persoon het vertrouwen wint van een blinde of slechthorende door je niet op te dringen. Je legt bijvoorbeeld tijdens een rondleiding je hand onder de persoon zijn arm, maar houdt de persoon niet stevig vast. Laat vooral geen rommel rondslingeren en zorg dat alles steeds weer op dezelfde plaats staat. Spreek een blind persoon altijd aan met zijn naam en zeg vervolgens jou eigen naam. Zeg wat je doet en als je even weg moet meld dit dan. Kom dan niet geruisloos binnen, want daar kan een blinde of slechtziende van schrikken.
Chronische handicap
Een chronische handicap is een stoornis in een orgaan. Het hart, de nieren, de longen en de lever zijn enkel voorbeelden van organen. Lang niet alle mensen met een chronische handicap zijn afhankelijk. Wel zijn ze beperkt in een aantal dingen. Dit kan vanaf het begin als zo zijn, maar vaak raken ze pas na verloop van tijd beperkt.
Iemand met Astma heeft het bijvoorbeeld vaak benauwd, vooral na teveel inspanning. Iemand met suikerziekte is vaak afhankelijk van voeding en tijdsgebonden wat betreft het eten. Mensen met een chronische aandoening zijn vaak onzeker en vaker ziek. Door de omgeving worden mensen met een chronische ziekte vaak niet begrepen, vooral als het aan de buitenkant niet zichtbaar is. Enkele voorbeelden van chronische handicaps zijn:
- astma en andere longaandoeningen
- suikerziekte
- hart en vaatziekte
- nier en leveraandoeningen
Belangrijk om te weten
Een mens met een lichamelijke handicap is geestelijk prima in orde dus behandel ze met respect. Praat niet met andere mensen over de zieke, terwijl deze erbij aanwezig is. Toon begrip voor de zieke en ondersteun degene waar mogelijk zonder je op te dringen. Een mens met een handicap is ook een mens.