Angst voor katten: Ailurophobie
Angst voor katten - in Engelstalige landen ook wel genoemd ailurophobie (van het Griekse ailouros, wat zwaaiende staarten betekent)- is iets van alle tijden. Een echte kattenfobie kan ontstaan door een slechte jeugdervaring met katten. Meer vrouwen dan mannen lijden aan een kattenfobie. Helaas voor hen zijn lijders aan kattenangst vaak ontzettend aantrekkelijk voor katten.
Angst voor katten - in Engelstalige landen ook wel genoemd
ailurophobie (van het Griekse ailouros, wat zwaaiende staarten betekent) - is iets van alle tijden. In de middeleeuwen ontstond onder leiding van de kerk een heksenmanie die gericht was tegen waarzegsters en vrouwen die geraadpleegd werden wegens hun kennis van de geneeskunde. Deze vrouwen gebruikten juist "onderdelen" van katten als geneesmiddel. Door de kerk werden de katten gezien als de Satan die in vermomming op een bezemsteel vloog. De duivel was echter moeilijk te vangen en daarom moesten de katten het ontgelden. Nog steeds hangen sommige mensen het bijgeloof aan dat een ontmoeting met een zwarte kat ongeluk brengt. Ook in de kunst stonden afbeeldingen van katten voor niets goeds. Tot ver in de 18e eeuw stond de beeltenis van de kat in de iconologische kunst voor onzedelijkheid, list, verraad of begeerte. Niet bepaald goede eigenschappen!
Agressief of speels?
De eigengereidheid van katten die vele kattenliefhebbers juist als charmant ervaren, kunnen voor sommige mensen een bron van angst zijn. Zo reageert een kat nog met luid spingedrag op je liefkozingen, het volgende moment heeft hij er genoeg van en word je met een haal beloond. Dit onberekenbare gedrag zorgt er bij angstige mensen voor dat hun angstgevoelens in stand gehouden blijven of juist zelfs worden vergroot.
Ook wordt speels gedrag, bij met name jonge katten, nog al eens verward door mensen met agressief gedrag. Agressief gedrag van katten gaat echter altijd gepaard met één of andere vorm van communicatie. Echt agressief gedrag gaat daarom vergezeld van krijsen, blazen, grommen en/of piloerectie (het omhoog staan van de haren). Indien een -jonge- kat je alleen maar in de enkels bijt op het moment dat je voorbij komt dan kun je ervan uitgaan dat deze alleen maar een spelletje met je speelt. Hij ziet de mens op dat moment als een prooi en zal hem ook zo benaderen. Een echte kattenfobie kan ontstaan door een slechte jeugdervaring met katten. Jonge kinderen die verwachten dat er onder het pluizige vachtje een knuffelbeest huist kunnen wel eens op hun neus kijken als hun aanhaligheid door de kat wordt beloond met een fikse krab of beet.
Katten houden van angstige mensen
Helaas voor hen zijn lijders aan kattenangst vaak ontzettend aantrekkelijk voor katten. Omdat deze mensen oogcontact met katten (proberen te) vermijden komen ze op de katten zelf niet dreigend over. Vaak zullen katten hierdoor dan ook contact zoeken. Bovendien houden katten over het algemeen wel van een lekkere warme schoot om op te liggen maar niet van handen die steeds aan hun lichaam zitten. En zeg nou zelf: de aan een kattenfobie lijdende mens die panisch van angst bevroren op de bank zit is hier toch de aangewezen persoon voor!!
Therapie
Niet altijd zal iemand die bang is voor katten daar een behandeling voor moeten ondergaan. Alleen als deze angst ervoor zorgt dat iemand niet meer normaal kan functioneren is therapie aanbevolen. De angst voor katten legt bij deze mensen een te grote stempel op het dagelijks functioneren. Deze mensen leiden aan een echte kattenfobie. Een voorbeeld hiervan is dat sommige mensen hun ramen of deuren niet meer open durven laten staan en telkens hun huis moet (laten) controleren op de ongewenste aanwezigheid van katten. Sommige lijders aan een kattenfobie gaan zelfs zover dat ze niet meer op visite gaan bij vrienden of de straat niet meer opdurven, uit angst ergens een kat tegen te komen. Zij proberen hiermee voor hen angstige situaties te voorkomen. Gebleken is echter dat vermijdingsgedrag een fobie in stand kan houden en zelfs kan versterken. Opmerkelijk is dat er meer vrouwen zijn dan mannen die lijden aan een (katten-) fobie.
Er zijn verschillende therapievormen om van een kattenfobie af te komen. Het meest bekende voorbeeld is door middel van
desensitisatie. Bij deze therapievorm wordt degene die aan de kattenfobie lijdt "gewend" aan de aanblik en aanwezigheid van een kat. Met behulp van een goed gesocialiseerd dier wordt de behandeling uitgevoerd. Bij ernstige gevallen begint de therapie met het tonen van een foto van een kat en eindigt met het aanraken en soms zelfs vasthouden van het dier! Het idee achter deze therapievorm is dat wanneer een angstig persoon leert dat de angsten die hij of zij heeft onterecht of zelfs controleerbaar zijn, deze zullen afnemen. Leren te ontspannen is hierbij heel belangrijk. Deze vorm van therapie kan een behoorlijke tijd in beslag nemen. Genezing kan men niet van de ene op de andere dag verwachten. De resultaten van deze therapievorm zijn echter over het algemeen zeer goed te noemen. Een moderne vorm van deze therapie is die waarbij de patiënt met behulp van een "virtual-reality" scherm op zijn hoofd beelden te zien krijgt van voor hem of haar angstige situaties. De therapeut heeft hierbij de mogelijkheid om in te grijpen als de angst te groot wordt. Een andere vorm van therapie is hypnotherapie waarbij met behulp van hypnose wordt geprobeerd de patiënt van zijn fobie af te helpen. Alhoewel deze behandeling voor de "patiënt" minder ingrijpend is en over het algemeen korter duurt, zijn de resultaten hiervan ook wisselend. Andere therapieën worden ook wel gebruikt, met wisselend resultaat. Een medicinale behandeling van een kattenfobie wordt echter door de meeste deskundigen afgeraden. Eén of andere vorm van therapie ter genezing van een kattenfobie is aan te raden. Want zeg nou zelf: katten zijn toch eigenlijk veel te bijzondere dieren om bang voor te zijn?