Motorische ontwikkeling bij baby's: de eerste stappen
In veel boeken en artikels over motorische ontwikkeling lees je dat een kind gemiddeld rond 1 jaar leert stappen. Dit is echter een gemiddelde: er zijn kinderen die eerder leren stappen en kinderen die later leren stappen. In dit artikel meer informatie over hoe je voor een bepaald kind kan zien wanneer hij ongeveer zal kunnen lopen.
Over de ontwikkeling van kinderen
Elk kind leert op zijn eigen tempo. Pas als een kind er volledig voor klaar is, zal het nieuwe informatie opnemen of een nieuwe vaardigheid aanleren. Hierbij bouwt het kind verder op de kennis en vaardigheden dat het al eerder op deed. Deze basis moet aanwezig zijn om te kunnen leren.
De ontwikkeling wordt vaak opgedeeld in cognitieve (
verstandelijke), sociale en motorische ontwikkeling. De gemiddelden worden gebruikt als maatstaf om te oordelen of een kind voor of achter is op zijn leeftijdsgenoten.
Elk kind is echter uniek. De vaardigheden die het kind aan leert hangen af van het kind zelf. Net als in de natuur zal het kind enkel die vaardigheden aanleren die nodig zijn om te overleven als volwassene (
zoals een leeuwenwelpje spelenderwijs leert jagen). De vaardigheden die het kind nodig heeft om te overleven zijn afhankelijk van de aanleg en de interesses van het kind. Dit kunnen sociale vaardigheden zijn (
empathie, expressie, taalvaardigheid) voor een bepaald kind en voor een ander kind fijne motoriek (
pincetgreep, fijne handelingen, tekenen, ...). Deze vaardigheden zijn even belangrijk in onze maatschappij.
Om te leren moet een kind gemotiveerd zijn: er moet een reden zijn waarom een kind een bepaalde vaardigheid wilt aanleren of zijn kennis wilt uitbreiden. Als de reeds aangeleerde vaardigheden of de opgedane kennis niet meer voldoen, zal het kind willen leren.
Hoe leert een kind stappen?
Leren stappen heeft een herkenbare evolutie. Deze evolutie valt samen met het wereldbeeld van het kind en met de lichamelijke ontwikkeling (
het kind zal zijn spieren oefenen met willekeurige bewegingen als voorbereiding op de vaardigheid ).
- In het begin bestaat de wereld uit mama: het kind heeft weinig behoefte om de wereld te verkennen omdat alles dichtbij is.
- Vervolgens zal het kind zijn hoofd optillen en zijn rug leren rechten om zo de wereld beter te kunnen observeren.
- Daarna zal het kind zich proberen voort te bewegen. Sommige kinderen willen echter eerst zitten voordat ze zich voortbewegen. De meesten zullen leren kruipen, terwijl sommigen zich zittend voortbewegen. Vaak willen ze iets grijpen dat net buiten handbereik ligt of willen ze weten wat er verderop is.
- Als het kruipen niet meer voldoet, zal het kind zich oprichten. Hierdoor ligt er meer binnen zijn handbereik en kan hij de wereld beter waarnemen.
- Op een gegeven moment voldoet staan niet meer en wilt het kind zich staand voortbewegen om iets dat net buiten handbereik is te grijpen of om een nieuw gebied te verkennen.
Kan je als ouder je kind helpen leren stappen?
Als ouder kan je zeker de motorische ontwikkeling van je kind positief beïnvloeden. Al vanaf de geboorte traint een kind bepaalde bewegingen. De bewegingen die enig effect hebben, worden herhaald tot ze goed beheerst worden. Zo zal een zuigeling op zijn buik met zijn armen en benen bewegen. Als een beweging er toevallig toe leidt dat hij zich opricht of voortbeweegt, zal hij de beweging herhalen tot hij zich zelfstandig kan oprichten of voortbewegen. Er wordt dan een verband gelegd tussen de beweging en het resultaat.
Ouders kinderen helpen de bewegingen juist te richten. Zo kan je je baby leren kruipen en in een later stadium zich oprichten. Volgende oefening komt in veel culturen voor:
- Leg je baby op zijn buik op een harde ondergrond (geen bed).
- Kijk naar je baby: als je baby met zijn voeten begint te stampen, leg je je hand tegen zijn voeten. Je oefent geen druk uit!
- De baby zal zich tegen je voeten afzetten en zich zo toevallig voortbewegen. Bij herhaling van deze oefening zal de baby de nodige spieren trainen en leren zich zo voort te bewegen.
Een andere oefening is spullen net buiten handbereik leggen. Omdat de baby niet aan zijn speeltjes kan, zal hij zich voort willen bewegen (
of oprichten of leren stappen). Dit mag je echter niet te vaak doen omdat het averechts kan werken: omdat alles net buiten handbereik ligt, kan het kind gedemotiveerd geraken en zich niet meer willen voortbewegen.
Ook kan je je kind leren kruipen of oprichten of stappen door de handjes vast te houden. Hou tijdens deze oefening zeker oogcontact, dat moedigt je kind extra aan. Trek ook nooit aan de handjes, maar hou ze losjes vast. Omdat je kind dichter bij jou wil zijn, zal hij zich willen voortbewegen.
Later stappen?
Als een kind later leert stappen dan het gemiddelde kan er een medisch probleem zijn. Dit is echter niet altijd het geval. Een kind leert een bepaalde vaardigheid pas aan als hij er echt klaar voor is, dit wil zeggen pas als alle spieren er klaar voor zijn (
voornamelijk nek en rug) en pas als hij de nieuwe informatie kan verwerken. Dit is voor elk kind verschillend: sommige kinderen leren eerst praten en anderen eerst stappen, dat is volkomen normaal en vergelijken met andere kinderen heeft daarom geen zin. Als ouder kan je proberen om je kind te trainen, maar als je kind er niet klaar voor is, zal hij de nieuwe vaardigheid niet aanleren.
Tot slot
Forceer je kind niet om te leren stappen. Dit kan tot lichamelijke problemen leiden. Om goed te leren stappen, moet het kind zijn hoofd zelfstandig recht kunnen houden en stabiel kunnen staan (
de rug, het bekken en de benen moeten goed ontwikkeld zijn). Trainen heeft geen zin als je kind er niet lichamelijk klaar voor is. Dat leidt enkel tot frustraties.