Verschrikking voor ouder en kind: puberteit
De ouders zijn stom, de school deugt niet en het leven is vreselijk vermoeiend. Deze tijd tussen elf en achttien jaar wordt ook wel de puberteit genoemd. Voor de jongens en meisjes lijkt het leven dan soms een belemmering; het lichaam verandert iedere dag een beetje meer en ook je gevoel wordt anders. En alsof dat nog niet genoeg is, wordt het ook nog een chaos in je hoofd doordat je je eerste liefde vindt.
Steeds vroeger
Het begrip puberteit komt uit het Latijn en betekent geslachtsrijpheid. Hiermee wordt dus de tijd aangeduid waar kinderen in hun ontwikkeling geslachtsrijp worden. In de 20e eeuw begon de puberteit bij de meeste meisjes rond het 17e jaar, dan diende de eerste menstruatie zich aan. Tegenwoordig begint dit al rond het elfde levensjaar. De jongens blijven niet achter: Zij hebben hun eerste zaadlozing grotendeels ook al voor hun twaalfde levensjaar. Uit onderzoek blijkt, dat de geslachtsrijpheid ieder jaar ongeveer twee maanden naar voren schuift.
Deskundigen denken dat de reden hiervoor een steeds betere medische verzorging en voedsel is. Wat ook een rol speelt is het overgewicht, waar de kinderen de laatst tijd steeds meer aan lijden. Door de vetcellen wordt een proteïne geproduceerd, dat de lichamelijke ontwikkeling versnelt. Ook milieu-onvriendelijke stoffen, die bijv. in voedsel verwerkt zijn, worden als reden opgegeven voor de steeds vroegere geslachtsrijpheid van kinderen.
Onderzoekers van de universiteit in Florence zeggen nog een extra reden ontdekt te hebben. Ze gaan er van uit, dat er een verband bestaat tussen het televisie- en computergedrag en het aanvangen van de puberteit. De stelling in deze is: door de straling van de monitoren vermindert het hormoon melatonine en dat zou invloed hebben op het begin van de geslachtsrijpheid.
Het begint in het hoofd
De zogenaamde Gonadotropine zetten de gebeurtenissen in het lichaam in gang. Deze hormonen ontwikkelen zich in de hypofyse en laten de geslachtsklieren groeien. Die nemen dan weer de productie van de eigenlijke seksuele hormonen over. De aanname, dat meisjes alleen vrouwelijke en jongens alleen mannelijke hormonen produceren, is inmiddels achterhaald. Tegenwoordig weet men, dat de puberteit bij beide geslachten door beide hormoongroepen aangezet worden. De verhouding verandert in de loop van de puberteit, meisjes krijgen dan meer van oestrogenen en bij de jongens overheerst het testosteron.
Tot zover de theorie. Maar wat gebeurt er in de praktijk? Plotseling verandert er wat aan het lichaam. Meisjes krijgen tussen hun tiende en elfde jaar een flinke groei-explosie. Daarbij worden als eerste de handen en voeten groter. Ook de borsten en de eerste schaamharen beginnen te groeien. Met twaalf jaar schieten de meisjes dan ook nog eens de hoogte in. Bovendien ontwikkelen de zweetklieren en het schaamhaar begint te krullen.
Tussen het dertiende en veertiende levensjaar (soms ook vroeger) komt meestal de eerste menstruatie, dan worden ook de bekken en heupen breder. Onder de armen verschijnt zacht donshaar. Met vijftien jaar is de borst uitgegroeid, de menstruatiecyclus wordt regelmatiger en de eerste eisprong dient zich aan. Een jaar later zijn de meisjes volledig in staat zich voort te planten.
Bij de jongens komt de puberteit rond het twaalfde jaar, dus iets later dan bij de meisjes. Als eerste groeien de zaadballen, de scrotum en de schaamharen, dan begint ook de penis te groeien. Rond het dertiende jaar volgt de groei-explosie, die zich verdeeld over ongeveer drie jaar. Voordat een jongen zijn vijftiende jaar bereikt, heeft hij meestal zijn eerste zaadlozing gehad, dan groeien ook de eerste lichaams- en gezichtsharen en de zweetklieren gaan zich ontwikkelen. Rond het zestiende jaar is de puberteit meestal beëindigd, maar er verandert nog wel wat: de stem van de jongens is na de stemwisseling een octaaf lager.
Veranderingen in de hersenen
Dat het lichaam in de puberteit verandert, is iedereen inmiddels duidelijk. Maar ook in de hersenen van de tieners gebeurt het nodige. Vroeger ging de wetenschap er van uit, dat de hersenen van een zesjarig kind zo goed als uitgegroeid zijn. Uit nieuwe onderzoeken blijkt echter, dat dat niet klopt. Een echte pionier op dit gebied is de Amerikaanse psychiater Jay Giedd. Hij heeft onder andere ontdekt, dat in de puberteit nieuwe verbindingen tussen hersencellen tot stand komen en anderen weer verdwijnen. Het is heel goed mogelijk dat het humeur en de besluiteloosheid, vergeetachtigheid en onberekenbaarheid en niet te vergeten: het onvermogen te leren (allemaal zaken waar pubers last van hebben) het gevolg van deze veranderingen in de hersenen zijn.
Daar komt nog bij dat alcohol, nicotine en andere drugs bijzonder schadelijk werken op de hersenen.
Bovendien is de puberteit een periode van twijfelen en onzekerheid. Pubers vielen zich geen kinderen meer, maar de wereld van de volwassenen begrijpen ze ook vaak nog niet. Er komen allerlei problemen bij: de verwarring bij de eerste liefde, problemen met het veranderende lichaam, geestelijke problemen. Vijf procent van de pubers lijdt onder eetstoornissen als anorexia of boulimie. Veel jongeren zijn zelfs suïcidaal.
Verdere onderzoeken laten zien dat de verwerking van emoties bij tieners en volwassenen in verschillende gebieden in de hersenen gebeurt. Dat verklaart ook de verschillende reacties. In een onderzoek liet men jongeren en volwassenen portretfoto's van mensen zien, die een woedende, lachende, geërgerde en agressieve gezichtsuitdrukking hadden. De proefpersonen moesten de emoties van iedere foto indelen. Intussen observeerden de onderzoekers de werking van de hersenen. De jongeren gebruiken hiervoor een gebied genaamd Amygdala. Dat is een gebied, waar beslissingen eerder emotioneel en vastberaden worden genomen. Bij de volwassenen vond ditzelfde proces plaats in een wezenlijk verder ontwikkelde Cortex, een ver ontwikkelde eenheid in de hersenen. Wetenschappers maken daaruit op, dat jongeren gewoonweg niet in staat zijn, emoties goed te kunnen plaatsen en daarom vaak impulsief reageren.
Al deze kennis kan de verwarring, onzekerheden en angsten, die de veranderingen van de puberteit met zich meebrengen, natuurlijk niet laten verdwijnen, maar het kan wel helpen om ouders en kinderen elkaar in deze moeilijke tijd elkaar beter te laten begrijpen.
© 2010 - 2024 Nadasha, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen