De smaakzin (zintuigen)

Ook de smaakzin behoort net zoals horen,ruiken,zien en de tastzin tot de 5 zintuigen. Wij kunnen smaken waarnemen door middel van smaakpapillen die op onze tong liggen.

Proeven?

Willen we weten hoe iets proeft dan zullen we het zintuig voor te proeven moeten gebruiken, de tong. De tong lijkt vlak maar als je wat dichter kijkt zie je toch dat het eerder op schuurpapier lijkt. De tong bevat namelijk talrijke kleine smaakpapillen. Deze zorgen er voor dat we kunnen proeven, maar kunnen ook de verschillende smaken onderscheiden.

Buiten het proeven met onze tong is het visuele aspect en de geur van het eten zeker niet minder belangrijk. Vertrouwd voedsel lijkt altijd lekkerder dan onbekende dingen. Een duidelijk voorbeeld dat gewenning ook bij het eten een rol speelt. Ook je humeur bepaalt hoe lekker je het eten vindt. Ben je verdrietig dan zal het eten je minder smaken dan wanneer je blij bent. Omdat we dus zo gevoelig zijn voor het visuele en de geur kunnen we beweren dat onze smaakzin het zwakste zintuig is van de mens. Laat je smaak niet beïnvloeden door de vorm of kleur van eten want in iedere cultuur is het eten iets totaal anders.

Welke smaken?

Zuur, bitter, zoet en zout zijn de 4 hoofdsmaken.Al zou er ook een vijfde smaak zijn: 'umami' die terug de vinden is in belegen kaas en zeewier omdat deze stoffen veel glutamaat bevatten.

Hoe smaken we?

De tong bevat dus heel veel smaakpapillen die dan ook nog eens allemaal smaakknoppen hebben en deze op zijn manier weer is verdeeld in allemaal cellen. In totaal hebben we ongeveer 200 smaakknoppen. De cellen van de smaakknoppen kunnen we verdelen in 2, de smaakcellen en de steuncellen. De smaakcellen doen het echte werk en proeven ons eten, de steuncellen daarentegen sturen deze informatie door naar de hersenen. Wanneer de combinatie van beide is gebeurd kunnen we spreken van proeven. Al lijkt dit hier een heel proces in werkelijkheid is dit een fractie van een seconde. De hersenen zijn dus zeker niet onbelangrijk in dit proces. Wanneer je bijvoorbeeld iets lekkers eet zullen je hersenen een aangenaam gevoel uitzenden. Wanneer je iets pikants of iets giftig eet zullen je hersenen dit ook vertellen, al zijn sommige giftige dingen niet meteen te herkennen aan de smaak.

Samenwerking

We weten ondertussen dat om te smaken veel samenwerking nodig is met zowel de hersenen en andere zintuigen. Vooral de geur van het eten zal vooraf bepalen als we het al dan niet opeten. Ook wanneer het al in de mond is worden nog steeds geuren naar de neus gestuurd via een opening achteraan in de mond. Wanneer we verkouden zijn zal de smaak van het eten niet of in minder mate aanwezig zijn.

Weetje

Bij heel wat andere dieren en vooral insecten zit het ruiken iets anders in elkaar. De smaakzintuigen liggen namelijk op een andere plaats. Bij de vlinder bijvoorbeeld is dit in de poten. Als de vlinder op een bloem gaat zitten proef hij dus meteen de ' smaak'.

Veel bedrijven die tewerkgesteld zijn in de frisdrank en snoep industrie maken gewoon smaakstoffen na. De smaken die in de natuur voor komen worden op die manier geïmiteerd. Het snoep en de frisdrank die de smaak bevat van bijvoorbeeld sinaasappel zal geen of weinig van een echte sinaasappel bevatten.