Kindergeneeskunde, pediatrie
Kindergeneeskunde is een specialisme dat zich richt op het zieke kind. Kinderen tot 12 jaar hebben toestemming van hun ouders nodig wanneer zij medische hulp nodig hebben. Bovendien mag het jonge kind zelf geen beslissingen nemen. Tussen de 12 en 16 jaar mag het kind meebeslissen. Daarnaast is een handtekening van het kind maar ook van de ouders nodig. Vanaf 16 jaar kan een kind zelf beslissen. Een kinderarts richt zich naast behandeling van het kind ook op de groei en ontwikkeling.
Medische zorg voor kinderen
Kindergeneeskunde, ook wel pediatrie genoemd, omhelst de medische zorgen voor kinderen en adolescenten. Over het algemeen zullen kinderen tot 18 jaar door een kinderarts behandeld worden. Vroeger lag die grens bij ongeveer 15 jaar. Omdat kinderen tot 18 jaar geen besluiten mogen of kunnen nemen, komen ze samen met hun ouders onder behandeling bij een kinderarts.
Kinderarts, specialisme
Een kinderarts is geen officiële sub-specialist, maar de kindergeneeskunde wordt wel steeds verder ontwikkelt en richt zich op de groei en ontwikkeling van kinderen. Een kinderarts is vaak lid van een nationale instelling. Voor Nederland is dit de NVK (Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde). Voor België is dit de BVK (Belgische Vereniging voor Kindergeneeskunde). In de meeste gevallen is een kinderarts verbonden aan een ziekenhuis. Een kinderarts behandeld kinderen vanaf hun geboorte, of dit nou te vroeg of op tijd geborenen zijn, tot de leeftijd van 18 jaar. Wanneer het kind 18 is, valt deze onder de normale medische zorg en zal bij een andere arts terecht komen.
Opleiding
Een kinderarts heeft naast de normale medische opleidingen die nodig zijn voor zijn vakgebied, ook een opleiding tot kinderarts gevolgd. Deze opleiding geeft kennis mee over de groei en ontwikkeling van het kind. Kinderen groeien en ontwikkelen zich in verschillende levensfasen, waardoor ziekten zich anders kunnen ontwikkelen of uiten dan bij volwassenen. Daarnaast kan er voor een specialisme worden gekozen zoals kindercardiologie of kinderoncologie. Ook hier zijn weer aparte opleiding voor. Een kinderarts kan zich registreren in het BIG-register. Iedereen kan dit register raadplegen. In het register is de arts op te zoeken en staat er informatie over zijn of haar bevoegdheden.
Contact met ouders of verzorgers
De kinderarts werkt nooit met het kind alleen. Omdat kinderen tot de leeftijd van 18 jaar nog niet zelf een keuze mogen of kunnen maken, is voor behandeling toestemming van de ouders of verzorgers nodig. In sommige gevallen is toestemming van beiden ouders nodig, indien deze niet meer samenleven. De arts mag er ook vanuit gaan dat de ouder die het kind begeleidt, de andere ouder vertegenwoordigt. Dit geldt voor behandelingen die niet ingrijpend of apart zijn. Voor ingrijpende behandelingen is toestemming van beiden ouders nodig. Dit geldt voor kinderen tot 16 jaar. Vanaf 16 jaar is toestemming van één ouder voldoende.
Ieder onderzoek of behandeling moet met de ouders besproken worden. Indien de ouders geen toestemming geven voor verder behandeling, is het aan de arts om zich hierbij neer te leggen. Toch kan het voorkomen dat de arts behandeling wel noodzakelijk en in het belang van het kind acht. Er kan dan een melding worden gedaan bij de raad voor de kinderbescherming.
In acute situaties kan een kinderarts het kind behandelen zonder dat er toestemming van een of beiden ouders voor nodig is. Een kind mag nooit van de nodige medische verzorging ontzien worden.
Zelf beslissen
Een kind tot twaalf jaar mag niet zelf beslissen over medische behandeling. Tussen de 12 en 16 jaar is toestemming van de ouders nodig, maar ook van het kind zelf. Vanaf 16 jaar beslist het kind zelf over medische behandeling, maar is soms wel toestemming van een of beiden ouders nodig. Dit is afhankelijk van het specialisme.
Specialisatie in de kindergeneeskunde
Steeds meer ontstaat er specialisatie in de kindergeneeskunde. Denk hierbij aan kindercardiologie, kinderoncologie, kinderneonatologie, kinderhematologie etc. Dit soort kinderspecialismen zijn gericht op het groeiende kind. Zo bedraagt de hartslag van het jong kind 110 tot 130 slagen per minuut in rust. Zou een volwassene zoveel slagen per minuut in rust hebben, dan spreekt men van een te snelle hartslag. Een kinderarts houdt dus rekening met een ander hartritme bij het kind. Ook de hersenen en andere organen zijn bij het kind nog volop in ontwikkeling en reageren of werken daardoor anders dan bij volwassenen.
Een belangrijk specialisme is die van kinderkanker. Kinderkanker kent verschillende vormen. Leukemie oftewel bloedkanker is een veel voorkomende vorm van kinderkanker. Jaarlijks krijgen 120 kinderen hiermee te maken. Ook krijgen jaarlijks 120 kinderen een hersentumor.