Waar komt ebola vandaan

Ebola is een zeldzaam virus dat bij mensen en apen een ernstige afwijking in het bloed veroorzaakt, hierdoor ontstaan vervolgens inwendige bloedingen. Ebola heeft een hoog sterftecijfer waarbij de kans dat de geïnfecteerde het niet overleeft 50% tot 90% bedraagt. De naam ebola komt van de rivier Ebola in Congo waar in 1976 een uitbraak heeft plaatsgevonden. Ebola is overdraagbaar door lichaamssappen zoals speeksel, sperma, bloed, ontlasting of door het eten van met ebola besmet vlees. De ebola uitbraak van 2014 begon waarschijnlijk bij een tweejarig jongetje die na vier dagen overleed. Waardoor hij de ziekte heeft opgelopen is niet met zekerheid te zeggen maar vermoed wordt dat hij besmet apenvlees of een stuk fruit waarop een besmette vleermuis had gepoept heeft gegeten.

De geschiedenis van ebola

De eerste uitbraak van het ebolavirus werd gerapporteerd in 1976 in het dorp Yambuku nabij de Ebola rivier in de Democratische Republiek Congo. Het was een heftige uitbraak waarbij er 318 mensen besmet raakten, hiervan overleefden 100 mensen deze ziekte. Dit was gelijk één van de dodelijkste ziekte-uitbraken in de geschiedenis. Sinds de eerste uitbraak in 1976 zijn er 26 ebolavirusbesmettingen gemeld in tien landen in Afrika. Het gaat om de landen Congo, Sudan, Gabon, Ivoorkust, Uganda, Guinee, Zuid Afrika, Liberia en Sierra Leone. De meeste ebola-uitbraken hebben plaatsgevonden in Congo.
Anno 2014 zijn er vijf ebolasoorten bekend, deze zijn Bundibugyo, Reston, Sudan, Tai forest en de dodelijkste: het Zaïre ebolavirus.

Hieronder een opsomming van de ebola gevallen van 1976 tot en met 2014:

• 1976 – Democratische Republiek Congo – ebola virus: Zaïre
• 1976 – Sudan – ebola virus: Sudan
• 1977 - Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 1979 – Sudan - ebola virus: Sudan
• 1994 – Gabon - ebola virus: Zaïre
• 1994 – Ivoorkust - ebola virus: Tai Forest
• 1995 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 1996 – Gabon - ebola virus: Zaïre
• 1996 – Gabon - ebola virus: Zaïre
• 1996 – Zuid Afrika - ebola virus: Zaïre
• 2000- Uganda - ebola virus: Sudan
• 2001 – Gabon - ebola virus: Zaïre
• 2001 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2003 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2003 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2004 – Sudan - ebola virus: Sudan
• 2005 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2007 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2008 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Zaïre
• 2011 – Uganda - ebola virus: Sudan
• 2012 – Uganda - ebola virus: Sudan
• 2012 – Democratische Republiek Congo - ebola virus: Bundibugyo
• 2014 – Guinee - ebola virus: Zaïre
• 2014 - Sierra Leone - ebola virus: Zaïre
• 2014 – Liberia - ebola virus: Zaïre
• 2014 - Nigeria - ebola virus: Zaïre
• 2014 – Senegal - ebola virus: Zaïre
• 2014 – Democratische Republiek Congo – ebola virus: Zaïre

De kenmerken van ebola

De incubatieperiode van ebola varieert van 2 tot 21 dagen. Een met ebola besmet persoon ontwikkelt meestal na één week de eerste ziekteverschijnselen. De eerste symptomen van ebola zijn koorts, keelpijn en zware hoofdpijn. Hierna kan de patiënt ook symptomen vertonen zoals spier- en gewrichtspijn, geen eetlust en koorts met koude rillingen.

Vanaf ongeveer dag 5 van de besmetting beginnen symptomen zoals overgeven, buikpijn, diarree en uitslag. Deze symptomen gaan samen met een verminderde werking van de lever en nieren. Hierop volgen ook de eerste tekenen van de aantasting van de interne organen. Rond deze periode vertonen besmette personen ook tekenen van bloedingen, zowel in als buiten het lichaam. In de tweede week van de besmetting wordt er een verbetering of verslechtering in de gezondheid waargenomen. Vaak overlijdt de patiënt in week twee van de besmetting aan volledig orgaanfalen. Mocht de patiënt een verbetering laten zien dan kan het herstel nog lang duren waarbij er nog veel complicaties kunnen optreden.

Ebola en verder

Ebola is overdraagbaar door direct contact met lichaamssappen zoals speeksel, sperma, bloed, ontlasting of door het eten van met ebola besmet vlees. Een lijk met ebola is ook nog steeds besmettelijk. Het sperma van overlevenden is tot drie maanden na genezing nog steeds besmettelijk. De kans op een wijdverspreide ebola-epidemie wordt niet hoog ingeschat omdat er direct contact moet zijn met een besmet persoon. De symptomen van ebola zorgen ervoor dat de besmette persoon te ziek is om te reizen. In Afrika is twee derde van de besmettingen in 2014 ontstaan door traditionele begraafrituelen.

Eén van de belangrijkste redenen voor de verspreiding van het ebolavirus in Afrika komt door de slechte medische omstandigheden in ziekenhuizen. Dokters en zusters lopen de ziekte makkelijk op doordat er geen beschermende kleding is. Het komt zelfs voor dat naalden worden hergebruikt waardoor het virus zich verder kan verspreiden. Sommige ziekenhuizen hebben niet eens stromend water wat gelijk een indicatie is over de onhygiënische omstandigheden in deze ziekenhuizen.

Anno 2014 zijn er nog geen medicijnen tegen ebola maar hier wordt hard aan gewerkt. Er zijn wel een aantal experimentele medicijnen waar de Amerikaanse FDA toestemming voor heeft gegeven om te gebruiken. Deze zijn Zmapp en TKM-Ebola. De beste manier om een verdere verspreiding van ebola tegen te gaan is het invoeren van een quarantaine. Hierna is het belangrijk om iedereen op te sporen die contact heeft gehad met een met ebola besmet persoon.