Chronisch Vermoeidheids Syndroom
Het centrale symptoom van het chronisch vermoeidheid syndroom is vermoeidheid. We kennen vermoeidheid die ontstaat bij inspanning en die ervoor zorgt dat je uiteindelijk, als je moe bent, moet stoppen. Deze verdwijnt weer door rust. Bij depressie kennen we een vermoeidheid maar inspanning is wel mogelijk en hardlopen verbetert de klachten.
Chroninsche vermoeidheid
Bij het CVS gaat het echter om een andere vorm van vermoeidheid, die niet veroorzaakt wordt door inspanning en niet verdwijnt door (bed)rust, die altijd aanwezig is, en die de patiënt belemmert bij het dagelijkse functioneren. Bij inspanning ontstaat uitputting, die soms dagen of weken nodig heeft om te verdwijnen. Zulke vermoeidheid komt voor bij ernstige ziekten, waar het vaak als meer belastend wordt ervaren dan pijn. Als de moeheid na 6 maanden nog steeds bestaat dan wordt het chronisch genoemd, zoals in het chronisch vermoeidheid syndroom.
Symptomen
- Altijd aanwezige vermoeidheid. Ook bij het ontwaken.
- Concentratie- of geheugenstoornis.
- Pijn in de gewrichten zonder zichtbare afwijking.
- Pijn in de spieren.
- Pijn in het hoofd, andere dan vóór de moeheid.
- Keelpijn.
- Opgezette gevoelige klieren in hals en/of oksels.
- Er is meer dan 24 uur nodig om te herstellen van een extra inspanning.
Wat is er aan de hand?
We weten al veel meer over CVS dan een paar jaar geleden. Zo is in twee onderzoeken komen vast te staan dat in de hersenen van mensen met CVS minder grijze cellen worden gezien. De afname van de cellen kwam overeen met de afname van de lichamelijke conditie en activiteit. Niet met de ernst van de moeheid en dat is ook wel logisch, want de moeheid is een signaal dat er wat aan de hand is, het is niet het probleem zelf. Waarschijnlijk wordt de afname van de grijze cellen veroorzaakt door schade op het moment dat de CVS begon. De duur van de ziekte maakte niet uit op de vermindering van de grijze cellen. Ook werd gevonden dat mensen met CVS meer moeite hebben met opdrachten die ingewikkeld zijn, ze moeten meer hersendelen gebruiken dan gezonden. Bij inspanning reageert het lichaam anders dan bij gezonden, er worden andere signalen gevonden in de genen en in het bloed zijn duidelijke aanwijzingen gevonden van aanpassingen aan ziekte.
Prognose
Onze kennis van CVS is wel toegenomen sinds de criteria van Fukuda et al. werden opgesteld, en er zijn ook in Nederland enkele centra ontstaan waar onderzoek plaatsvindt. Deze centra hebben poliklinieken waar men de verkregen kennis toepast in de patiëntenzorg. De kans op genezing van CVS is in het begin redelijk, maar neemt af naarmate de ziekte langer duurt. Uiteindelijk kan er wel verbetering optreden, en geneest minder dan 10% van de patiënten geheel. Bij kinderen zijn de vooruitzichten mogelijk wat beter. In kleine onderzoeken genazen 28 van de 84 patiëntjes geheel. Het bereiken van verbetering is dan ook voorlopig meestal het doel van de behandeling.
Behandeling
Voor een ziekte als CVS met symptomen die veroorzaakt kunnen worden door meerdere oorzaken en dus door meerdere ziekten, waarvan we nog maar heel weinig weten is de therapie natuurlijk onbekend. Claims dat men een wetenschappelijk aangetoonde behandeling heeft voor CVS wijzen dus op zekerheid, die gebaseerd is op gebrek aan kennis. Dat betekent niet, dat we geheel met lege handen staan, maar we moeten wel een onderscheid maken tussen probeersels en wetenschap.