Onverklaarbare pijn en catastroferen
Onverklaarbare pijn is voor veel artsen een lastig fenomeen. Veel artsen hebben (bewust of onbewust) een houding die het beste te omschrijven valt als: "Wat we niet zien/weten, is er niet". Naar schatting 20-50% van de klachten bij huisarts blijft onverklaard.
Een deel van de patiënten met onverklaarbare pijn heeft de neiging tot doemdenken, ook wel catastroferen genoemd. Soms interpreteren patiënten hun eigen klachten verkeerd, waardoor ze denken dat ze een ernstigere ziekte of aandoening hebben dan daadwerkelijk het geval is. Dit noemen we catastroferen. Bijvoorbeeld iemand die pijn op de borst heeft en meteen denkt; ‘ik heb een ernstige hartkwaal’. De gevolgen van zulke verkeerde interpretaties zijn op te delen in:
- Cognitieve en emotionele gevolgen
- Gedragsmatige gevolgen
- Lichamelijke gevolgen
- Sociale gevolgen
Deze gevolgen zullen worden besproken a.d.h.v. het voorbeeld van de patiënt met pijn op de borst.
Cognitieve & emotionele gevolgen
Selectieve aandacht: De patiënt is ervan overtuigd een ernstige hartkwaal te hebben en gaat daardoor erg op zijn lichaam letten. Hij zal daardoor onschuldige pijntjes gaan interpreteren als bewijs dat voor het hebben van de hartkwaal. Hierdoor kan de spanning bij de patiënt hoog oplopen, wat ook weer negatieve lichamelijke effecten heeft. Ook kan anticipatieangst optreden: gedachte: ‘Ik moet maar stoppen met joggen, want straks val ik dood neer’.
Gedragsmatige gevolgen
Vermijding: De patiënt kan daadwerkelijk gaan stoppen met sporten, wat hem eerder kwaad dan goed zal doen.
Geruststelling zoeken: De patiënt kan geruststelling zoeken bij vrienden en familie of bij de arts. Dit heeft echter vaak een averechts effect, omdat de patiënt er steeds meer van overtuigd raakt dat hij een ernstige hartklacht heeft.
Controleren: De patiënt kan, in een poging zijn ziekte zoveel mogelijk in de hand te houden, doorslaan in het controleren van de lichaamsfuncties, bijvoorbeeld het regelmatig controleren van de polsslag.
Lichamelijke gevolgen
Door de stress kan overmatige spierspanning, hyperventilatie en conditieverlies ontstaan. Het overmatig aanspannen van de spieren en een ontregelde ademhaling kunnen op hun beurt weer pijn, duizeligheid, trillen en benauwdheid veroorzaken. Dit sterkt de patiënt in zijn waanidee dat er iets heel ernstigs aan de hand is.
Sociale gevolgen
Het vermijdingsgedrag heeft ook gevolgen voor de partner of het gezin, het werk en vrienden. Doordat de patiënt bepaalde activiteiten vermijdt, verliest hij de sociale contacten op bijvoorbeeld de sportclub.
Cognitief-gedragstherapeutisch model
Om de vicieuze cirkel van het catastroferen te doorbreken, kan het cognitief-gedragstherapeutisch model gebruikt worden. Dit model werkt in drie stappen:
Stap 1: zich begrepen voelen
De arts moet, ook al vermoedt hij geen somatische oorzaak, goed doorvragen, zodat de patiënt het gevoel heeft serieus genomen te worden.
Stap 2: dagboek opstellen
De arts moet de patiënt zelf laten onderzoeken waarmee de klacht verband houdt. Dit kan door de patiënt een klachtendagboek te laten bijhouden, waarin de ernst van de klachten, de omstandigheden waaronder de klachten optreden en de begeleidende gedachten of zorgen worden genoteerd.
Stap 3: het leggen van een verband
Het is belangrijk om de patiënt zelf het verband te laten leggen, en als arts niet te snel een eigen oordeel te noemen. De patiënt moet zelf inzien dat de klachten erger worden bij bijvoorbeeld stress.