Teunisbloem, geschiedenis en gebruik
Als je de fluorescerend gele teunisbloem in de schemering vlammend ziet open gaan, lijken elfjes en andere etherische wezens niet veraf. Deze schoonheid van de schemering wordt overdag een verlept lelijk eendje. Zonnebaden lijkt dus niks voor tere wezens.
De tweejarige Oenothera werd rond 1600, waarschijnlijk zelfs als een soort groente, vanuit Noord-Amerika naar Europa gebracht. Veel gegeten hebben we het niet, al smaken de vlezige wortels wel wat naar ham. In Frankrijk noemt men het nog wel ‘jambon des jardiniers’.
Bloem van Teunis
De Nederlandse naam teunisbloem komt mogelijk van de heilige Antonius, niet die van Padua maar die van bij ons, een twijfelachtig verhaal wel. Deze Antonius is de vuurheilige, meestal afgebeeld met vlammen in de hand of onder zijn voeten, hij is ook de genezer van allerlei vuurziektes. De zwavelgele bloemen van onze teunisbloem, die pas in de schemering open gaan zouden op vlammen lijken. Vandaar het verband. Nogal geforceerd verhaal vind ik. Of zouden de bloemen gewoon bloeien rond de feestdag van Antonius? Of is het gewoon een verbastering van de Latijnse naam Oeno-thera tot An-tonius?
Oenothera
Maar waar komt die Oenothera dan vandaan? Van Oinos, wijn en Ther ‘dier’, omdat het kruid je zo wild maakt alsof je teveel wijn gedronken heb. In elk geval mij maakt het niet wild dronken, of is dat geen referentie? Andere wijnverklaringen: het zou naar wijn ruiken of smaken, het zou je goesting geven naar wijn, het zou je nuchter houden bij het drinken van wijn. Allemaal beweringen die proefondervindelijk gecontroleerd kunnen worden, maar het moet wel gedaan worden. Proefpersonen gevraagd! In Duitsland wordt de plant ook ‘weinblumen’ genoemd.
Nachtkaars, Nachtschone
Wel een beetje vreemd dat de Nederlandse naam niet verwijst naar het meest opvallende aan deze teunisbloem , het snel opengaan van de bloem in de schemering. In vele volksnamen vind je dit wel terug. Kleijn vermeld bvb Nachtkaars, Nachtbloem, Nachtpitjes en Nachtschone. En de Duitse naam is Nachtkerze en de Engelse Evening primrose.
Vroeger gebruik bij de Indianen
In de oudste Europese kruidenboeken vind je deze Amerikaanse plant natuurlijk niet terug. Alhoewel er enige verwarring kan ontstaan omdat Theoprastus de naam onothera al voor onze jaartelling gebruikte, hij had het waarschijnlijk over de verwante Wilgeroosjes. Hij schreef ‘Onothera, sive onear, hilaritatum efferens in vino’ of ‘een kruid goed in wijn om je opgewekt te maken’. Alsof wijn alleen dat al niet doet.
Bij verschillende Indianenstammen in Amerika werd Teunisbloem vooral op de huid gebruikt tegen kneuzingen, blauwe plekken en abcessen. Verder ook als kompres op aambeien. De Cherokees zouden de plant ook tegen vetzucht gebruikt hebben. Hadden zij dat nodig? Ook Porcher (1883) vermeldt de bovengrondse plant tegen huidkwalen en Dr. Griffith had in zijn praktijk goede resultaten bij ‘tetter’: eczeem, psoriasis en herpes.
Hedendaags, vetzuren voor de huid
Toch wel opvallend omdat ook het hedendaags gebruik, vooral dan de olie uit het zaad, weer opnieuw gebruikt wordt tegen eczeem. De zaden van Oenothera biennis bevatten veel gamma-linoleenzuur. GLA is een vetzuur dat in het lichaam omgezet wordt in een hormoonachtige, ontstekingsremmende stof, prostaglandine E1 (PGE1). Deze olie is werkzaam bij de behandeling van allergieën en allergisch eczeem. Het zijn de enige indicaties die wetenschappelijk ook redelijk onderbouwd zijn. Verder zijn er aanwijzigen dat de olie, als aanvulling bij andere kruiden ook te gebruiken is in de overgang, bij mastalgie (pijn in de borsten) en reumatoïde artritis. Al wordt er commercieel wel wat overdrijven met het opsommen van al die wonderbaarlijke werkingen van de teunisbloem.
Wetenschappelijk onderzoek: eczeem, mastalgie en reuma
- Blommers J, de Lange-De Klerk ES, Kuik DJ, et al. Evening primrose oil and fish oil for severe chronic mastalgia: a randomized, double-blind, controlled trial. Am J Obstet Gynecol 2002;187(5):1389-1394.
- Cancelo Hidalgo MJ, Castelo-Branco C, et al. Effect of a compound containing isoflavones, primrose oil and vitamin E in two different doses on climacteric symptoms. J Obstet Gynaecol 2006 May;26(4):344-7.
- Gateley CA, Pye JK, Harrison BJ et al. Evening primrose oil (Efamol), a safe treatment option for breast disease. Breast Cancer Res Treat 2001;(14):161.
- Hederos CA, Berg A. Epogam evening primrose oil treatment in atopic dermatitis and asthma. Arch Dis Child 1996; 75(6):494-497.
- Joe LA, Hart LL. Evening primrose oil in rheumatoid arthritis. Ann Pharmacother 1993;27(12):1475-1477.
- Kemmerich B. Evaluation of efficacy and tolerability of a fixed combination of dry extracts of thyme herb and primrose root in adults suffering from acute bronchitis with productive cough. A prospective, double-blind, placebo-controlled multicentre clinical trial. Arzneimittelforschung 2007;57(9):607-15.
- Qureshi S, Sultan N. Topical nonsteroidal anti-inflammatory drugs versus oil of evening primrose in the treatment of mastalgia. Surgeon 2005 Feb;3(1):7-10.
- Whitaker DK, Cilliers J, de Beer C. Evening primrose oil (Epogam) in the treatment of chronic hand dermatitis: disappointing therapeutic results. Dermatology 1996;193(2):115-120.
- Yoshimoto-Furuie K, Yoshimoto K, Tanaka T, et al. Effects of oral supplementation with evening primrose oil for six weeks on plasma essential fatty acids and uremic skin symptoms in hemodialysis patients. Nephron 1999;81(2):151-159.