De dodelijke vossenlintworm

Geschiedenis
In 1855 werd de vossenlintworm ontdekt in Duitsland. Rond deze tijd werd de vossenlintworm voornamelijk in de Beierse wouden geconstateerd omdat hier het contact tussen de mens en de natuur (honden, gewassen en wild) groot waren. In het verleden werd de vossenpopulatie redelijk in bedwang gehouden door hondsdolheid (rabiës). Hondsdolheid is dodelijk. De vos die besmet is met hondsdolheid zal uiteindelijk sterven. Een nadeel van een vos met hondsdolheid is echter wel dat deze agressief wordt en dus ook mensen kan aanvallen. Een onbedoeld effect van de bestrijding van hondsdolheid eind jaren tachtig van de vorige eeuw door de mens is dat deze succesvol was en de vossenpopulatie zich snel kon verspreiden en vermenigvuldigen. Tegenwoordig zijn de risicogebieden voor de vossenlintworm bijna elk land op het noordelijk halfrond tot in Tibet. Sinds 1996 worden er ook vossenlintwormen gevonden in Nederland. In Nederland is de vossenlintworm gevonden in populaties in zuid Limburg en noordoost Groningen.Verspreiding van E. multilocularis bij vossen in Europa tot 2004 (bron Echinoreg)
De vossenlintworm
Echinococcus multilocularis, of vossenlintworm kan voorkomen in de darmen van vossen, honden en katten. De lintworm is rond de 4 mm lang. Vossen, honden en katten zijn eindgastheren. De eindgastheer zal weinig last hebben van de vossenlintworm. Via de ontlasting van de eindgastheer kan een pakket aan eitjes van de vossenlintworm in de natuur terechtkomen. Het doel van de verspreiding van eitjes is om terecht te komen in een tussengastheer. Tussengastheren zijn muizen en andere (wilde) knaagdieren. Echter, de mens kan ook als tussengastheer dienen. Voor de tussengastheer is de vossenlintworm dodelijk. In de tussengastheer ontwikkelen de eitjes van de vossenlintworm zich tot larve. De larve kan in de tussengastheer zich ontwikkelen tot een cyste en organen vernietigen. Een besmette muis wordt een stuk langzamer door ziekte en een gemakkelijke prooi voor vossen. Als een vos een besmette muis eet zal ook deze vos de lintworm ontwikkelen.Besmetting
Hoe kan je besmet raken met de dodelijke vossenlintworm? De ontlasting van een eindgastheer bevat de eitjes van de vossenlintworm. Het kan dus voorkomen dat bosvruchten zoals bessen en bramen die dicht bij de grond hangen, of groenten besmet zijn met de eieren van de vossenlintworm. De eitjes kunnen bevriezing overleven en ze zijn met het blote oog niet te zien. De eitjes kunnen echter niet overleven bij een temperatuur van 60 graden Celsius of hoger.De hond
Zelfs de beste vriend van de mens kan een gevaar vormen. Als een hond aan zijn kruis likt en vervolgens zijn vacht likt kunnen de eitjes zich verspreiden door de vacht van de hond. Als een mens de hond vervolgens aait kunnen de eitjes zich in de mens nestelen en uitgroeien tot larve. Hoewel een kans op besmetting niet heel erg groot is wordt door de toename van het aantal eindgastheren (vossen) met de vossenlintworm de kans wel groter. In Duitsland, waar de vossenlintworm veelvuldig voorkomt, is in 2001 een meldplicht voor artsen ingevoerd met betrekking tot besmetting met de vossenlintworm. Gemiddeld is het aantal besmettingen in Duitsland jaarlijks rond de 20 tot 30 personen.
Ziektebeeld bij de mens
In 2008 werd er een boeddhistische monnik opgenomen op de eerste hulp in Duitsland. Hij had last van leverklachten en hoofdpijn. Hij bleek gezwellen in de hersenen te hebben. Zijn lever en longen zaten vol met larven van de vossenlintworm. De larven vormen blaasjes met vocht in lever, longen, botten en hersenen. De mortaliteit van een onbehandelde infectie is 60-90 procent na verloop van 10 jaar. Hoewel het leven van deze monnik gered kon worden zullen de larve nooit geheel uit zijn lichaam verwijderd kunnen worden. De rest van zijn leven zal hij medicijnen ter waarde van €15.000 euro per jaar moeten slikken om deze larve te bestrijden. In veel landen wordt de ziekte bestreden met operaties om de gezwellen met larven weg te snijden. De ziekte die wordt veroorzaakt door de vossenlintworm heet bij mensen alveolaire echinokokkose.Diagnose
De besmetting met de vossenlintworm wordt vaak door medici verkeerd gediagnosticeerd Vaak wordt er eerst gedacht aan kanker. In totaal zijn er in Nederland maar vier gevallen bekend met besmetting en ziekte bij de mens. Drie van deze besmettingen zijn opgelopen in het buitenland. In 2009 werd het eerste geval bekend van een Limburgse vrouw die in Nederland besmet was geraakt. In eerste instantie dachten de doktoren aan uitzaaiingen van kankercellen. De tijd tussen besmetting met de vossenlintworm en ziekte is behoorlijk lang. De incubatietijd ligt tussen de 5 en 15 jaar. De daadwerkelijke besmetting van de Limburgse vrouw kan dus jaren daarvoor zijn gebeurd. Nu de NVWA heeft geconstateerd dat de verspreiding van de vossenlintworm groter is geworden zou het goed mogelijk kunnen zijn dat er binnen 5 tot 15 jaar een groei aan patiënten komt met een besmetting van de vossenlintworm