Onderscheid angststoornissen in een driedeling
De ene angststoornis is de andere niet. Er is dan ook onderscheid te maken naar verschillende soorten angststoornissen. Het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders-5 (DSM) beschrijft elf verschillende soorten angststoornissen. Voor nu laten we de DSM voor wat het is en worden de angststoornissen gegroepeerd in drie soorten, namelijk sociale fobieën, angsten voor de binnenwereld en angst na een ingrijpende gebeurtenis.
Fobieën
De term fobie is afgeleid van het Griekse woord fobos. Fobos betekent letterlijk vrees of angst. Fobie betekent ‘een angst voor een bepaald iets’. Het mag duidelijk zijn dat dit een breed begrip is en er zijn dan ook veel fobieën. Zo is er onder andere agorafobie of pleinvrees, ablutofobie; angst voor baden of om zich te wassen, brontofobie; angst voor onweer en bliksem, claustrofobie; angst voor kleine of afgesloten ruimtes; sociale fobie; men is bang om af te gaan voor andere mensen en emetofobie en de angst om over te geven.
Gedachten, gevoel en gedrag
Verschijnselen die bij een fobie horen zijn onder te verdelen in drie segmenten, namelijk gedachten, gevoelens en gedragingen. Een angstige gedachte bij een sociale fobie kan bijvoorbeeld zijn: “O jee, dadelijk ga ik blozen en dan zal iedereen mij uitlachen.” Een voorbeeld van een angstige gedachte voor spreken in het openbaar is bijvoorbeeld; “O jee, dadelijk kom ik niet uit mijn woorden en zal ik worden afgewezen en dom worden gevonden.” Lichamelijke sensaties bij een fobie zijn onder andere blozen, trillen, vergrote pupillen, droge keel, zweten, spiertrekkingen en hartkloppingen. De gedragsneiging zal meestal zijn om te vluchten of te vechten.
Paniekaanval
Kenmerkend voor agorafobie of pleinvrees is dat de paniekaanval centraal staat. Bij een paniekaanval treden lichamelijke sensaties op, zoals hartkloppingen, zweten, trillen, vergrote pupillen, misselijkheid, duizeligheid, het gevoel te stikken en tegelijkertijd is men vreselijk bang om de controle over zichzelf te verliezen, gek te worden of om dood te gaan.
Het gebeurt dan ook regelmatig dat een persoon met een paniekaanval naar de eerste hulp gaat omdat hij zij bang is een ernstige lichamelijke aandoening te hebben of dood te gaan.
Als een persoon met een fobie geconfronteerd wordt met zijn of haar angst, zal het gedragsrepertoire zoals eerder vermeld vaak voorspelbaar zijn; vechten of vluchten. Stel je voor; je bent doodsbang om te eten in het openbaar. Waarschijnlijk zul je restaurants vermijden. Je kunt niet letterlijk met het eten of het restaurant vechten, maar als je besluit om het restaurant niet te vermijden, bestaat de kans dat je in gedachten of in je lijf aan het vechten bent; “O jee, nu moet ik weg, ik eet gewoon heel weinig, ik drink wel iets meer, dat valt het niet op dat ik niet eet.” Tegelijkertijd nemen de lichamelijke sensaties in hevigheid toe en de paniekaanval heeft grote kans om tot uitbarsting te komen. Alhoewel er misschien van binnen niet veel te zien is aan de persoon, speelt er zich van binnen een groot gevecht af.
Angst voor de binnenwereld
Bij angst voor de binnenwereld is er geen sprake van angst voor een object of situatie buiten de persoon. De persoon is juist bang voor sensaties die zich in zijn of haar eigen binnenwereld afspelen. Soorten angststoornissen die gepaard gaan met angst voor de binnenwereld zijn de paniekstoornis, de obsessief compulsieve stoornis en de gegeneraliseerde angststoornis.
De paniekstoornis is een stoornis die gepaard gaat met angst voor de binnenwereld. Paniek is een plotselinge hevige schrik, gepaard gaande met lichamelijke verschijnselen en vaak angstige gedachten. De lichamelijke verschijnselen zijn in voorgaande alinea’s al aan de orde gekomen; bijvoorbeeld hartkloppingen, duizeligheid, wazig zien, droge mond, trillen, transpireren, slappe benen, de neiging om te plassen. Gedachten die mensen hierbij hebben zijn vaak; “help, ik word gek of ik ga dood.” Er is in de beleving vaak sprake van controleverlies. De paniekaanval komt vaak onverwacht. En ook bij deze vorm van angst is er sprake van de veel voorkomende reactie van vechten of vluchten.
Bij een obsessief Compulsieve Stoornis is er tevens sprake van angst voor de binnenwereld. De angsten worden bij deze stoornis uitgelokt door eigen gedachten en gevoelens, zonder dat daar een duidelijke oorzaak voor is. Dwangklachten kunnen bestaan uit dwanggedachten en uit dwanghandelingen. Als er sprake is van dwanggedachten wordt men hier zo door in beslag genomen dat normaal functioneren eigenlijk niet meer mogelijk is. Denk bijvoorbeeld aan een persoon die bang is dat hij hondenpoep gaat op eten, of iemand die bang is een ander ‘iets’ aan te doen. Bij dwanghandelingen gaat het om bepaalde handelingen die steeds moeten worden uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld handen wassen of poetsen in het geval van smetvrees.
Tenslotte is er nog de gegeneraliseerde angststoornis, die wordt gekenmerkt door diffuse, niet reële angst in combinatie met een bezorgdheid of ongerustheid zonder duidelijke aanleiding. De persoon voelt zich bedreigd, ongemakkelijk, onrustig en heeft constant angstige voorgevoelens over dreigend onheil. Deze stoornis wordt ook wel eens een piekerstoornis genoemd omdat de persoon in kwestie zich altijd wel ergens druk over maakt.
Angst na een ingrijpende gebeurtenis
De meest voorkomende vorm van angst na een ingrijpende gebeurtenis is de posttraumatische stressstoornis. Denk bijvoorbeeld aan getraumatiseerde mensen die een oorlog, een overval of een verkrachting hebben meegemaakt. Een posttraumatische stressstoornis wordt gekenmerkt door onder andere verschijnselen van voortdurende gespannenheid en herbeleving van de nare gebeurtenis, bijvoorbeeld in de vorm van dromen en nachtmerries. Als gevolg van de angst is ook hier de kans op vermijdingsgedrag groot.
Behandeling
Behandeling van angststoornissen bestaan veelal uit een combinatie van medicatie en cognitieve therapie of cognitieve gedragstherapie. Uit onderzoek blijkt dat beide vormen van therapie goede resultaten boeken. Als je vermoedens hebt dat je zelf of een dierbare van je een angststoornis heeft raad ik je aan om een goede therapeut te vinden. Angststoornissen zijn met de nodige inzet over het algemeen goed te behandelen.