Wat is dyscalculie en hoe leer je er mee leven?
De meeste mensen weten wel wat dyslexie is, dat wil zeggen “het niet kunnen lezen”, maar dyscalculie is veel minder bekend. Dyscalculie wil zeggen “niet kunnen rekenen” (dys = slecht en calculie = rekenen) en is op school zeg maar de tegenhanger van dyslexie. Maar ja, wat houdt dat precies in en hoe ga je daar in de praktijk mee om?
Rekenen kunnen we allemaal
Zo gemakkelijk als deze koptekst is het natuurlijk niet, anders zou dyscalculie niet bestaan. Ondanks normaal onderwijs en een normale intelligentie kan een kind (want op de basisschool wordt het in principe altijd ontdekt) toch een probleem hebben met het maken van berekeningen. Niet vanuit het kind wat net iets slechter kan rekenen als het andere kind, maar ernstige en hardnekkige problemen rond hetgeen een kind leert op school qua rekenen, feiten en afspraken. Zo’n 10% van alle kinderen heeft problemen met rekenen en zo’n 2% heeft dyscalculie.
Verder schijnt er volgens onderzoekers ook een samenhang te zijn tussen dyslexie, dysharmonie (zwak ruimtelijk inzicht) en dyscalculie.
Leren rekenen
Rekenen wordt opgebouwd uit:
- Het getal
- Het getal in letters
- De hoeveelheid
Het is vaak het geval dat het mis gaat in een van deze aspecten, die in drie verschillende gebieden in de hersenen liggen. Het frontale hersengebied speelt vervolgens ook nog een rol, want hier vindt de planning en probleemoplossing plaats.
Op de basisschool wordt er vrijwel direct begonnen met de basisbeginselen van rekenen bij te brengen. Deze moeten als het ware in de eerste jaren geautomatiseerd worden in het hoofd. Van eenvoudige optel-, aftrek, vermenigvuldig- en deelsommen gaat men dan gestaag door met steeds moeilijker wordende sommen. Normaliter slaat een kind dat op en kan gemakkelijk worden terug gehaald naarmate de sommen moeilijker worden.
Deze vaardigheden die bij de meeste kinderen er enig moment wel inzitten, komen maar niet in de hoofden van kinderen met dyscalculie.
Wanneer heeft je kind dyscalculie?
Algemene “klachten” bij een kind met een leerstoornis zijn:
- Verhoudingsgewijs een stuk trager leertempo.
- Faalangst en andere emotionele remmingen.
- Het korte-termijn geheugen functioneert niet optimaal en lange termijn geheugen oogt chaotisch.
- Niet binnen redelijke termijn tot de essentie van iets komen (hoe eenvoudig het vraagstuk ook is).
- Schakelt op leeftijdsniveau gemiddeld veel te traag,
- De eerder gegeven instructie snel weer loslaten c.q. vergeten.
Er zijn een aantal kenmerken voor een kind met dyscalculie, wat het overigens niet eenvoudig maakt om het officieel vast te stellen. Enkele kenmerken die vaak gecombineerd geconstateerd worden in meer of mindere mate:
- Een kind wat verhoudingsgewijs erg lang met de vingers blijft tellen.
- Fouten maken bij de logische stapsgewijze opbouw van rekenen.
- Problemen met het plaatsen van getallen en het omrekenen.
- Moeizaam aanleren van getal- en volumebetekenissen.
- Tijdens het tellen regelmatig getallen overslaan.
- Legt bij nieuwe vraagstukken niet de link met zaken die eerder geleerd zijn in dit kader.
Behandeling
Het probleem weghalen, gaat natuurlijk niet. Maar een kind kan met aangepast onderwijs wel heel ver komen. Het moet vooral gestructureerd zijn en de leraar zal hem/haar stap-voor-stap aan de hand moeten nemen, waarbij alles meerdere keren herhaald moet worden.
Indien je zelf of de leraar op de huidige school denkt dat je kind dyscalculie heeft, kan er met een stuk begeleiding vanuit school en/of in overleg met een orthopedagoog (deze mag de diagnose ook officieel stellen) een speciale school gezocht worden, waar de eerdergenoemde lesmethode gegeven wordt. Het definitief vaststellen of het kind daadwerkelijk dyscalculie heeft, vergt vaak nogal wat tijd.
Verder is het belangrijk het kind emotioneel goed te ondersteunen, vertrouwen in eigen kunnen opbouwen is erg belangrijk. Zowel vanuit de school als vanuit de huislijke situatie is dit belangrijk.
Examen
Als er een officiële verklaring is dat het kind dyscalculie heeft, dan kan er extra tijd ingeruimd worden voor het maken van het examen. Het kind krijgt dan 30 minuten extra de tijd.
Thuissituatie
Dyscalculie is veel minder bekend dan dyslexie en dus is het als ouder/opvoeder van belang je goed te laten informeren. In alle rust en ontspannen thuis oefeningen doen is bijvoorbeeld erg belangrijk voor het kind en geef het kind vooral niet het idee dat het een drama is. Vaak met kleine dingen in het huishouden kan je als ouder/opvoeder zelf al het nodige doen, denk hierbij aan het laten spelen met lego of iets vergelijkbaars, maar ook het maatbekertje uit de keuken kan helpen bij liters en grammen. Op internet zijn er spelletjes die met name erg geschikt zijn voor kinderen met dyscalculie.