Jumper's knee (patellatendinopathie)
De jumper’s knee (medische naam: patellatendinopathie) is een veelvoorkomende knieblessure bij sporters die veel springen. Vooral onder volleyballers en basketballers is het een bekende blessure, maar het kan ook bij andere sporten ontstaan. Wat is er aan de hand bij deze blessure? Wat zijn de klachten? En, misschien wel het belangrijkste, wat kan er aan gedaan worden?
Wat is er aan de hand?
De jumper’s knee is een overbelastingsblessure van de kniepees. De kniepees is een verlengstuk van de quadriceps, je bovenbeenspier. Eerder werd wel gesproken van een kniepeesontsteking, maar uit onderzoek is gebleken dat er geen sprake is van een daadwerkelijke ontstekingsreactie. Er is eerder sprake van een verstoring in het peesherstel na belasting. Na verloop van tijd ontstaan hierdoor pijnklachten.
Klachten
De pijn zit in het merendeel van de gevallen direct onder de knieschijf. Ook kan er pijn ontstaan bij de aanhechting van je kniepees op je scheenbeen. Het doet pijn wanneer je je bovenbeenspier aanspant, en ook op de aanhechting drukken doet zeer. De klachten van een jumper’s knee kunnen in verschillende gradaties optreden.
- Pijn alleen na afloop van de training/wedstrijd
- Pijn tijdens warming-up en na afloop van de training/wedstrijd, maar niet tijdens de training/wedstrijd
- Pijn gedurende de hele training/wedstrijd, soms zo erg dat het sporten moet worden gestaakt
- Ook pijn bij dagelijkse activiteiten of in rust
Oorzaken
In principe is overbelasting van de bovenbeenspieren en de kniepees de oorzaak van de blessure. Er zijn verschillende factoren die tot deze overbelasting kunnen leiden. Zo kan het zijn dat je te zwaar of te vaak traint, of dat er sprake is van een verkeerd sprong- of landingspatroon. Ook standsafwijkingen van het been kunnen ervoor zorgen dat je je spieren en pezen verkeerd belast. Verder wordt er veel onderzoek gedaan naar de invloed van andere factoren, zoals geslacht, leeftijd, gewicht, en ziekten zoals diabetes.
Diagnose
De diagnose kan gesteld worden door een huisarts, fysiotherapeut of medisch specialist (bijvoorbeeld een orthopeed of sportarts). In principe wordt de diagnose gesteld op basis van het klachtenpatroon en lichamelijk onderzoek. Soms wordt er een echo of MRI-scan gemaakt om de peesstructuur te kunnen bekijken.
Behandeling
De behandeling van de jumper’s knee is moeilijk. Als je last hebt van deze blessure, schakel dan hulp in van een sportsarts of (sport)fysiotherapeut. Er zijn verschillende mogelijkheden voor de behandeling.
Relatieve rust
In de beginfase is het van belang de belasting op de pees te verminderen. Het is echter belangrijk om niet volledig te stoppen met belasting, omdat hierdoor de peesstructuur verder aangetast kan worden. Sommige sporters hebben baat bij het koelen van de pees na het sporten of het gebruik van sporttape of een brace (patellabandje).
Oefentherapie
Dit is de meest toegepaste vorm van therapie. Door krachtoefeningen wordt geprobeerd het peesherstel te stimuleren. Deze vorm van therapie wordt ook wel “excentrisch trainen” genoemd. Je arts of fysiotherapeut kan je hierbij adviseren.
Pijnstilling
Eerder werden vaak ontstekingsremmers voorgeschreven (zogeheten NSAIDs zoals ibuprofen en naproxen). Aangezien er geen sprake is van een daadwerkelijke ontstekingsreactie, is het nut van deze medicijnen discutabel.
Shockwavetherapie
Bij shockwavetherapie wordt gebruik gemaakt van geluidsgolven om het peesherstel te bevorderen. Deze therapie wordt in combinatie met oefentherapie toegepast.
Injecties
Op dit moment wordt het effect van verschillende injectiebehandelingen onderzocht. Middelen die worden gebruikt, zijn plaatjesrijk plasma (PRP), bloed, en scleroserende stoffen.
Operatie
Indien alle behandelingen onvoldoende effect hebben, kan geprobeerd worden om door middel van een operatie de klachten te verhelpen. De resultaten hiervan zijn echter wisselend.