Ziekte van Whipple: Infectie met symptomen aan maag & darmen
De ziekte van Whipple is een zeldzame bacteriële infectie die het vaakst het gastro-intestinale systeem aantast. Door de ziekte is de patiënt niet in staat om vetten en koolhydraten af te breken, en het is voor de patiënt evenmin mogelijk om voedingsstoffen op te nemen. Naast het spijsverteringsstelsel zijn ook andere organen zoals hersenen, hart, gewrichten, longen en ogen mogelijk geïnfecteerd. De ziekte valt met antibiotica goed te behandelen. De bacterie die de ziekte veroorzaakt, is ontdekt in 1907 door George Hoyt Whipple, een Amerikaanse patholoog. De ziekte van Whipple werd echter voor het eerst pas beschreven in 2004 in Japan.
Synoniemen ziekte van Whipple
De ziekte van Whipple is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- intestinale lipodystrofie
- intestinale lipofagische granulomatose
- malabsorptiesyndroom
- secundaire niet-tropische spruw
Epidemiologie
De ziekte van Whipple is zeer zeldzaam in de algemene bevolking. Minder dan één op 1.000.000 mensen wereldwijd is getroffen door de ziekte. Vooral blanke mannen tussen dertigjarige en tachtigjarige leeftijd zijn getroffen. Bij vrouwen komt de ziekte nauwelijks voor. De ziekte komt verder voornamelijk voor in Noord-Amerika en West-Europa. Ook boeren en andere mensen die regelmatig contact hebben met riool- en afvalwater, lijken vaker getroffen te zijn.
Oorzaken
De oorzaak van de ziekte van Whipple is een infectie met de grampositieve bacterie
Tropheryma whipplei. Deze bacterie tast oorspronkelijk enkel het slijmvlies van de dunne darm aan waardoor kleine letsels en zweren in de darmwand ontstaan. De bacterie tast ook villi (
medische term voor "darmvlokken") aan die de dunne darm bekleden. Hierdoor is de patiënt niet in staat om alle voedingsstoffen op te nemen waardoor voedingstekorten ontstaan. Na verloop van tijd verspreidt de infectie zich naar andere lichaamsdelen.
Wetenschappers buigen zich nog over de etiologie en overdrachtswijze van de bacterie. De bacteriën bevinden zich in rioolwater en in afvalwater. Daarnaast is nog geweten dat niet iedereen die drager is van de bacterie, de ziekte krijgt. De ziekte van Whipple is tot slot niet overdraagbaar van persoon tot persoon.
Risicofactoren
Enkele risicofactoren voor de ziekte van Whipple zijn:
- Mannelijk geslacht
- Leeftijd tussen dertig en tachtig jaar
- Regelmatig contact met riool- en afvalwater
- Woonachtig in Noord-Amerika of West-Europa
Risicogroepen voor de ziekte van Whipple
De ziekte van Whipple is een zeldzame, systemische infectie die wordt veroorzaakt door de bacterie Tropheryma whipplei. Het begrijpen van de risicogroepen is cruciaal voor het tijdig stellen van de diagnose en het implementeren van effectieve behandelingsstrategieën.
Ouderen
Ouderen zijn een van de meest kwetsbare groepen voor de ziekte van Whipple. Naarmate de leeftijd vordert, neemt het immuunsysteem vaak af in effectiviteit, waardoor ouderen gevoeliger zijn voor infecties. De symptomen van de ziekte van Whipple kunnen bij deze groep vaak verward worden met andere aandoeningen, wat leidt tot een vertraagde diagnose. Het is belangrijk dat zorgverleners alert zijn op de mogelijkheid van Whipple-ziekte bij oudere patiënten met onverklaarde gastro-intestinale symptomen, gewichtsverlies of gewrichtspijn.
Patiënten met een verzwakt immuunsysteem
Patiënten met een verzwakt immuunsysteem lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van de ziekte van Whipple. Dit kan het gevolg zijn van verschillende aandoeningen zoals HIV/AIDS, langdurig gebruik van immunosuppressiva, of bepaalde auto-immuunziekten. Bij deze patiënten is het immuunsysteem minder in staat om infecties te bestrijden, waardoor de kans op een infectie met Tropheryma whipplei toeneemt. Het is cruciaal om een goede opvolging te hebben voor deze patiënten, waarbij ze regelmatig worden gecontroleerd op symptomen die kunnen wijzen op de ziekte van Whipple.
Patiënten met een ongezond voedingspatroon
Er is een relatie tussen een ongezond voedingspatroon en de ontwikkeling van de ziekte van Whipple. Patiënten die een voedingspatroon volgen met een lage voedingswaarde of onvolwaardige voeding kunnen minder goed in staat zijn om hun immuunsysteem te ondersteunen. Dit kan hen vatbaarder maken voor infecties, inclusief die van Tropheryma whipplei. Het is essentieel om bij deze patiënten aandacht te besteden aan hun voedingsinname en hen te adviseren over een evenwichtig en voedzaam voedingspatroon.
Patiënten met bepaalde raciale of etnische achtergronden
De ziekte van Whipple komt vaker voor bij bepaalde raciale en etnische groepen. Er zijn aanwijzingen dat de ziekte vaker voorkomt bij mensen van Europese afkomst. Het is belangrijk dat zorgverleners zich hiervan bewust zijn en risicopatiënten uit deze groepen op de hoogte stellen van de symptomen van de ziekte. Vroegtijdige diagnose en behandeling kunnen helpen om de progressie van de ziekte te vertragen en de kwaliteit van leven te verbeteren.
Patiënten met een geschiedenis van gastro-intestinale aandoeningen
Patiënten met een geschiedenis van gastro-intestinale aandoeningen zoals coeliakie of andere malabsorptie-syndromen kunnen ook een verhoogd risico lopen op de ziekte van Whipple. De symptomen van deze aandoeningen kunnen overlappen met die van de ziekte van Whipple, wat de diagnose bemoeilijkt. Het is belangrijk dat deze patiënten goed worden opgevolgd en dat hun symptomen zorgvuldig worden geëvalueerd.
Patiënten met symptomen van malabsorptie
Patiënten die symptomen van malabsorptie vertonen, zoals diarree, gewichtsverlies, en buikpijn, kunnen ook een verhoogd risico lopen op de ziekte van Whipple. Malabsorptie kan het gevolg zijn van de infectie zelf, maar het kan ook een andere onderliggende oorzaak hebben. Het is belangrijk dat deze symptomen serieus worden genomen en dat er tijdig diagnostische onderzoeken worden uitgevoerd om de oorzaak vast te stellen.
Symptomen
De ziekte van Whipple is een multisystemische progressieve aandoening waarbij de patiënt voornamelijk problemen heeft met het maagdarmstelsel. Daarnaast vertoont hij mogelijk vele andere symptomen. De ernst, uitgebreidheid en het optreden van de symptomen variëren per patiënt. De meeste symptomen ontwikkelen zich langzaam in de loop der tijd.
Maag en darmen
De patiënt heeft vaak
buikkrampen en
pijn die soms verergeren na de maaltijd. De buik is opgezwollen. Ook (chronische)
diarree komt voor. Bovendien verliest de patiënt gewicht door de slechte opname van voedingsstoffen (significant
gewichtsverlies).
Maagpijn en een opgeblazen gevoel zijn andere typische symptomen.
Pijn op de borst komt voor bij de ziekte van Whipple /
Bron: Pexels, Pixabay Bijkomende symptomen
Tal van bijkomende symptomen zijn mogelijk bij de ziekte van Whipple, zelfs neurologische symptomen. Deze omvatten
anemie,
geheugenverlies,
gehoorverlies of oorsuizen,
gewrichtspijn die soms jaren voor andere symptomen verschijnt,
hartfalen (slecht rondpompen van bloed door het hart), ARTIKEL=188473 hoesten[/ARTIKEL], een verdonkerde huid (
hyperpigmentatie) op sommige gebieden die zijn blootgesteld aan de zon en op
littekens,
koorts, moeilijkheden bij het lopen, ontstoken gewrichten (vooral de enkels, knieën en polsen),
pijn op de borst,
spierzwakte, trillen /
bevingen,
persoonlijkheidsveranderingen, vergrote of ontstoken
lymfeklieren, vergrote milt,
verlies van eetlust,
vermoeidheid, verwarring, een visuele handicap met inbegrip van
nachtblindheid (
tekort aan vitamine D) en
oftalmoplegie (oogspierverlamming) en
zwakte.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van de ziekte van Whipple kunnen omvatten:
- Ernstige en aanhoudende buikpijn
- Onverklaarbaar gewichtsverlies
- Chronische diarree die niet reageert op standaardbehandelingen
- Intense vermoeidheid
- Neuroloog gerelateerde symptomen zoals geheugenverlies of veranderingen in persoonlijkheid
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De diagnose van het syndroom gebeurt door middel van een grondig lichamelijk onderzoek op basis van de zichtbare symptomen.
Diagnostisch onderzoek
Een
biopsie van het slijmvlies van de dunne darm bevestigt de diagnose. Hiervoor voert de arts een
endoscopie (inwendig kijkonderzoek van de binnenkant van het lichaam) uit; waarbij hij tevens abnormale gele en witte vlekken op het slijmvlies van de dunne darm bemerkt. Een
bloedonderzoek is mogelijk ook nodig; zo merkt de arts bijvoorbeeld de anemie (daling van het aantal rode bloedcellen) en lage concentraties albumine op.
Differentiële diagnose
De differentiële diagnoses omvatten:
Behandeling
Antibiotica
De ziekte van Whipple wordt behandeld met antibiotica. De behandelingsperiode duurt tussen 1 en 2 jaar. Het is cruciaal om de volledige kuur van antibiotica af te maken om terugkerende infecties te voorkomen. De voorgeschreven antibiotica zijn vaak:
- Ceftriaxon (of andere cefalosporines)
- Trimethoprim-sulfamethoxazol
- Doxycycline
Chirurgie
In zeldzame gevallen kan chirurgische ingreep nodig zijn als er complicaties optreden, zoals een obstructie van de darm.
Symptomatische behandeling
Sommige symptomen, zoals gewrichtspijn of malabsorptie, kunnen behandeld worden met symptomatische therapieën. Dit kan het gebruik van
ontstekingsremmers of voedingsaanpassingen omvatten.
Prognose
Bij tijdige en adequate behandeling met antibiotica is de prognose over het algemeen goed. De symptomen verbeteren meestal binnen enkele weken na het begin van de behandeling. Onbehandeld kan de ziekte echter leiden tot ernstige complicaties, zoals gewrichtsschade of neurologische problemen. De ziekte kan in zeldzame gevallen fataal zijn.
Complicaties
Complicaties van de ziekte van Whipple kunnen zijn:
- Darmobstructie
- Langdurige gewrichtspijn
- Neuroloog gerelateerde complicaties zoals geheugenverlies of persoonlijkheidsveranderingen
- Longontsteking
- Hartaandoeningen
- Chronische vermoeidheid
Preventie
Er is geen specifieke preventie voor de ziekte van Whipple, aangezien de exacte oorzaak en overdrachtswijze van de bacterie nog niet volledig begrepen zijn. Het is echter belangrijk om goede hygiënische praktijken te volgen en contact met verontreinigd water te vermijden om de kans op infecties te verkleinen. Regelmatige medische controles kunnen ook helpen bij het vroegtijdig opsporen en behandelen van mogelijke symptomen.