Taalontwikkelingsstoornissen herkennen en behandelen
Naar schatting hebben in Nederland 175.000 kinderen een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Zo’n stoornis uit zich bij iedereen anders. De een heeft moeite met praten, de ander kan lastig lange gesprekken volgen. Om te bekijken of je kind TOS heeft, is professioneel onderzoek nodig. Maar hoe kan je een TOS herkennen/signaleren? En wat kun je doen om je kind te helpen?
Wat is een taalontwikkelingsstoornis?
Als de taalontwikkeling van kinderen niet normaal verloopt, kan dat wijzen op een taalachterstand of zelfs een taalontwikkelingsstoornis. Stukken van de taalontwikkeling lopen dan anders dan gemiddeld waardoor de kinderen dan moeilijk kunnen verwoorden wat ze willen vertellen. Het kan gebeuren dat kinderen laat zijn met praten, maar dit hoeft niet per se te maken te hebben met een taalontwikkelingsstoornis. Vroegtijdige signalering en behandeling van taalontwikkelingstoornissen is erg belangrijk, het kan namelijk invloed hebben op het soort onderwijs dat je kind gaat volgen of dat het meer logopedische hulp nodig heeft.
Primaire en secundaire taalontwikkelingsstoornis
Bij een primaire taalontwikkelingsstoornis is er alleen een probleem in de taalontwikkeling terwijl er bij een secundaire taalontwikkelingsstoornis ook sprake is van een additionele stoornis, zoals bijvoorbeeld ADHD, autisme of een verstandelijke handicap.
Mogelijke oorzaken?
Tot op heden (2016) is niet bewezen wat mogelijke oorzaken kunnen zijn voor taalstoornissen. Er wordt wel gezegd dat het mogelijk te maken kan hebben met zuurstofgebrek bij de geboorte, maar ook op neurologisch gebied zijn hier geen concrete bewijzen voor gevonden.
Verschil tussen normale taalontwikkeling, een taalontwikkelingsstoornis en een taalachterstand
Een kind heeft een normale taalontwikkeling als het aan de minimum spraaknormen voldoet. Dat zijn standaarden die omschrijven wat een kind op een bepaalde leeftijd moet kunnen begrijpen/zeggen/weten, etc. Een te grote afwijking van de norm kan wijzen op een taalachterstand, die te maken heeft met onvoldoende taalaanbod in de omgeving van het kind (te weinig praten/voorlezen aan het kind). Ook kan een afwijking van de norm wijzen op een taalontwikkelingsstoornis die meer met het kind zelf te maken heeft.
Herkennen van de TOS-kenmerken
Ongeveer 7% van de kinderen heeft een TOS, dat zijn zo'n twee kinderen per klas. Taal wordt in hun hersenen minder goed verwerkt, waardoor ze moeite hebben met praten of taalbegrip. Waar herken je het aan?
- Onjuiste woordvorming en zinsopbouw
- Korte, onlogische zinnen
- Kind lijkt vaak niet te luisteren of begrijpt het niet
- Wordt snel verdrietig/driftig wanneer hij/zij niet begrepen wordt of zelf dingen niet begrijpt
- Veel herhalen van dezelfde woorden en hetzelfde vertellen
- Moeite met de uitspraak van langere woorden
- Weinig begrip van wat er gezegd wordt
- Langzame opbouw van woordenschat
- Weinig spreekinitiatief, slechte concentratie
- Moeite om het juiste woord in de juiste situatie te vinden
Hierbij is wel op te merken dat niet ieder kind met TOS al deze problemen heeft en dit kan ook per leeftijd wisselen
Vroegtijdig signaleren
Hoe eerder een taalontwikkelingsstoornis gesignaleerd kan worden, des te beter. Dit is echter niet altijd even makkelijk. Vaak wordt gedacht dat het na verloop van tijd vanzelf goed komt, ook omdat de signalen bij elk kind niet altijd even duidelijk te herkennen zijn. Trek echter in geval van twijfel altijd aan de bel bij leerkracht of huisarts. Bij een vermoeden van een taalontwikkelingsstoornis wordt vaak multidisciplinair onderzoek gedaan, waaronder ook een gehoor- en taalonderzoek.
Bij behandeling door fysiotherapeut, logopedist en kinderpsycholoog kan vanuit verschillende invalshoeken gekeken worden naar de taalproblematiek van een kind. Dit is soms nodig omdat het kan voorkomen dat een taalontwikkelingsstoornis samengaat met andere problemen, zoals autisme, ADHD, slechthorendheid, etc.
Tips bij het opvoeden van kinderen met een taalontwikkelingsstoornis
De eerste stap bij het opvoeden van een kind met een taalontwikkelingsstoornis is accepteren dat wat je zegt en wat je bedoelt anders opgevat kan worden door je kind. De volgende tips kunnen je ook helpen:
- Heb geduld als je kind probeert iets uit te leggen, geef hem/haar de tijd/ruimte om zich uit te drukken.
- Praat niet te snel en duidelijk articulerend. Zo kan je kind je beter verstaan en begrijpen.
- Wanneer je je kind een opdracht geeft om iets te doen, maak het dan niet te moeilijk. Geef bij voorkeur niet meer dan één opdracht tegelijkertijd.
- Wees niet meteen boos als je kind iets verkeerd verstaat of iets niet doet wat je hem/haar hebt gevraagd. Het kan immers zijn dat iets verkeerd is begrepen.