Cysticercose: Varkensworminfectie in verschillende weefsels
Cysticercose, ook gekend als cysticercosis, is een infectie veroorzaakt is door de parasiet Taenia solium, een varkenslintworm. Vooral in ontwikkelingslanden is de parasiet actief. De patiënt heeft door de varkensworminfectie cysten in verschillende weefsels in het lichaam, bijvoorbeeld in de hersenen, het hart, de huid, de ogen en de rug. Worm dodende geneesmiddelen verhelpen meestal de infectieziekte, tenzij complicaties optreden. Deze zijn mogelijk ernstig.
Epidemiologie cysticercose
Wereldwijd zijn naar schatting 50-100.000.000 patiënten besmet met cysticercose, maar mogelijk ligt het feitelijke getal nog hoger. De ziekte komt vooral voor in ontwikkelingslanden, onder andere in Midden- en Zuid-Amerika, India, China, Zuidoost-Azië en Afrika ten zuiden van de Sahara. Hier zijn de sanitaire voorzieningen en hygiënische maatregelen pover, en lopen varkens vrij rond. Voorts komt de infectie vaker voor bij kinderen en jonge vrouwen. Meestal presenteren de symptomen zich bij patiënten tussen de tien en veertig jaar, al komt cysticercose voor op elke leeftijd.
Risicofactoren infectieziekte
Het eten van besmet varkensvlees is een potentiële risicofactor. Verder verhogen rauw fruit en rauwe groenten die besmet zijn met
Taenia solium ook de kans op het ontwikkelen van cysticercose. Als een patiënt tot slot in contact komt met besmette ontlasting, loopt hij ook de infectie op.
Oorzaken: Varkensworminfectie in verschillende weefsels
De patiënt krijgt cysticercose na het inslikken van eieren van
Taenia solium, een varkenslintworm. Deze eieren bevinden zich in besmet voedsel. Een auto-infectie gebeurt soms ook, namelijk dat de patiënt reeds geïnfecteerd is met volwassen Taenia solium, en nadien de eieren terug inslikt door na de stoelgang de
handen niet te wassen. De eieren infecteren het hart, de
hersenen, de huid, de ogen, de rug en andere weefsels. De klinische syndromen veroorzaakt door
Taenia solium zijn gecategoriseerd als ofwel cysticercose (cysten in verschillende weefsels, waaronder de hersenen) of
taeniasis (intestinale lintworminfectie).
Symptomen: Hart, hersenen, huid, ogen en rug
Bij ongeveer 80% van de patiënten treden geen symptomen op omdat de wormen in de spieren blijven. Wanneer zich toch symptomen voordoen, zijn deze afhankelijk van de plaats waar de infectie zich manifesteert in het lichaam. Bij cysticercose is de incubatietijd variabel. De incubatietijd is de tijd tussen de besmetting en het optreden van de symptomen. Soms blijven geïnfecteerde patiënten jarenlang asymptomatisch (zonder symptomen).
Hart
Is het hart aangetast, dan ontstaan hartritmestoornissen of treedt
hartfalen (slecht rondpompen van bloed door het hart) op (zeldzaam).
Hersenen
Hersengerelateerde problemen omvatten aanvallen of symptomen die vergelijkbaar zijn met die van een
hersentumor zoals ontwikkelingsstoornissen,
dementie,
depressie, een
psychose (verlies van realiteit met wanen en
hallucinaties),
misselijkheid,
braken, gedragsveranderingen,
duizeligheid,
hoofdpijn en een
beroerte (onvoldoende bloedtoevoer naar de hersenen met mentale en lichamelijke symptomen). Wanneer de infectie van cysticercose verschijnt in de hersenen, is sprake van “neurocysticercose”.
Huid
Onderhuidse, zichtbare en beweeglijke
knobbeltjes bevinden zich vooral op de rug en romp bij cysticercose. Soms zijn deze pijnlijk. De
huidknobbeltjes komen vooral voor bij patiënten uit Azië.
Ogen
Een verminderde
gezichtsscherpte,
dubbelzien, blindheid en terugkerende
pijn aan de ogen zijn mogelijk wanneer de ogen geïnfecteerd zijn. Bij de
parasitaire ooginfectie is sprake van een
oogworm.
Rug
Bovendien presenteert de patiënt zich met
zwakte of veranderingen in de beweging als gevolg van schade aan de zenuwen in de ruggengraat wanneer de infectie zich ontwikkelt in de rug.
Urine
Urine-afwijkingen komen soms ook tot stand door een verstopping van de lymfevaten in de nieren, zoals
vette urine.
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
De arts voert vooreerst een
bloedonderzoek uit. Uit dit onderzoek blijkt dat antilichamen tegen de parasiet in het bloed te vinden zijn. Verder voert de arts een
biopsie uit in het getroffen gebied. Voorts is een lumbale punctie (
ruggenprik: onderzoek van hersenvocht) ook nodig. Dit vocht neemt de arts weg tussen de doornuitsteeksels van de derde en vierde lumbale wervel (lendenwervel).
Beeldvormende onderzoeken zijn ook nodig met name een
CT-scan, een
MRI-scan, of een röntgenfoto (=
radiografisch onderzoek) om de letsels te detecteren. Een
elektro-encefalografie (EEG: hersenfilmpje) is nodig bij aanvallen, zodat de arts hersenproblemen opspoort. Tot slot is een uitgebreid oogonderzoek nodig waarbij de oogarts de fundus van het oog grondig bestudeert. Hij maakt eventueel een foto van de fundus, de achterkant van het oog, hetgeen in
medische termen gekend is als “
fundusfotografie”.
Differentiële diagnose
De arts verwart cysticercose soms met
een hersenabces (verzameling van pus in de hersenen) of
vasculitis (bloedvatontsteking).
Behandeling
Anthelmintica, worm dodende geneesmiddelen, bestrijden de parasieten. De zwelling vermindert daarnaast met krachtige anti-inflammatoire middelen, met name
corticosteroïden. Dit zijn bijnierhormonen die zeer krachtige ontstekingsremmende eigenschappen bezitten. Bevindt de
cysten (abnormaal gevormde holte in lichaam) zich in het oog of de hersenen, dan krijgt de patiënt eerst corticosteroïden alvorens de patiënt andere geneesmiddelen neemt. Hierdoor voorkomt de patiënt zwellingsproblemen die mogelijk ontstaan bij een antiparasitaire behandeling. De behandeling werkt niet bij iedereen even effectief. Daarom is soms een operatie nodig om het besmette gebied te verwijderen.
Prognose cysticercose
De prognose van cysticercose is over het algemeen zeer goed, tenzij complicaties optreden. Wereldwijd sterven jaarlijks circa 1.200 patiënten aan deze infectie.
Complicaties
Oogcomplicaties omvatten blindheid, netvliesoedeem (zwelling van het netvlies),
netvliesloslating en een
wazig gezichtsvermogen of vertroebeld gezichtsvermogen. Hartfalen of een
abnormaal hartritme treedt mogelijk ook op. Daarnaast is een
waterhoofd (te veel hersen- en ruggenmergvocht in de schedel) mogelijk. Hierbij bevinden zich grote hoeveelheid hersenvocht rond en binnen de hersenen, wat resulteert in een verwijding van het ventrikelsysteem (= meerdere kamers van de hersenen).
Verwardheid treedt ook op. Tot slot komen soms
epileptische aanvallen voor.

Een goede handhygiëne is nodig /
Bron: Gentle07, PixabayPreventie varkensworminfectie
Cysticercose valt de te vermijden door op vakantie steeds ongewassen voedsel te wassen en geen rauw eten te nuttigen. Verder is het belangrijk om steeds de handen te wassen met zeep en warm water na persoonlijke hygiëne, toiletgebruik of voor en na het bereiden van levensmiddelen (
goede handhygiëne). Verder zijn betere sanitaire voorzieningen aan te bevelen. Het vaccineren van varkens en een verbeterde varkenshouderij zijn tot slot nodig om de varkensworminfectie te voorkomen.
Lees verder