Arbovirusinfectie: Virale infectie door arbovirus
Een arbovirusinfectie is een groep van virale infecties die overgedragen worden door geleedpotigen (artropoden) zoals muggen, teken en zandvliegen. De meeste infectieziekten komen voornamelijk voor in tropische landen. Honderden virussen zijn bekend die verschillende infecties en symptomen veroorzaken, variërend van milde griepachtige symptomen tot levensbedreigende klachten als het virus de hersenen binnendringt. Rust, voldoende drinken en ondersteunende medicatie kunnen de symptomen verlichten. De vooruitzichten zijn meestal goed, maar bij grote uitbraken komen veel patiënten te overlijden.
Epidemiologie
Arbovirusinfecties komen wereldwijd voor, maar zijn voornamelijk endemisch in tropische en subtropische gebieden. De frequentie en ernst van uitbraken variëren afhankelijk van het specifieke virus en de lokale omstandigheden. Factoren zoals klimaat, bevolkingsdichtheid en aanwezigheid van vectoren (zoals muggen en teken) beïnvloeden de verspreiding van deze virussen. In sommige regio's, zoals Afrika en Zuid-Amerika, komen arbovirusinfecties regelmatig voor en kunnen ze ernstige uitbraken veroorzaken. Reizigers naar deze gebieden lopen een verhoogd risico op infectie.
Oorzaken
Een arbovirus is volledig geschreven als 'arthropod-borne infection'. Dit houdt in dat de infectie is overgebracht door geleedpotige dieren (artropoden). De enige uitzondering hierop is het O'nyong-nyong koortsvirus, waarvan mensen de enige bekende gewervelde gastheren zijn. Meer dan 385 virussen zijn aangeduid als arbovirus. De meerderheid van deze virussen worden overgedragen door de Culex, Aedes en Anopheles-muggen. Enkele bekende arbovirusinfecties zijn:
Risicofactoren
Risicofactoren voor arbovirusinfecties omvatten:
- Leefomgeving in tropische of subtropische gebieden met een hoge dichtheid van vectoren zoals muggen en teken
- Contact met geïnfecteerde mensen of dieren
- Gebrek aan beschermende maatregelen tegen insectenbeten
- Onvoldoende toegang tot medische zorg en preventieve vaccinaties
- Reizen naar gebieden waar arbovirusinfecties endemisch zijn
- Immunosuppressie of verzwakt immuunsysteem, waardoor het lichaam minder goed kan omgaan met infecties
Symptomen: Milde tot ernstige, neurologische klachten
De incubatieperiode (de tijd tussen het oplopen van de besmetting en het verschijnen van de symptomen) is bij de meeste arbovirussen minder dan tien dagen. De meeste infecties verlopen zonder symptomen. Wanneer er toch klachten optreden, kunnen deze variëren van mild tot ernstig. Het ziektebeeld dat verschijnt door een arbovirusinfectie is vaak tweefasisch.
Niet-neuro-invasieve arbovirussen
De meest voorkomende klachten zijn
hoofdpijn,
koorts,
maagpijn, misselijkheid,
braken,
diarree, conjunctivitis (
oogbindvliesontsteking),
pijn achter de oogkas (retro-orbitale pijn), een huiduitslag,
spierpijn (myalgie) en
gewrichtspijn (artralgie). Een van de bekendste ziekten die door een arbovirus veroorzaakt is, is dengue. Hierbij komen eveneens
gezwollen lymfeklieren (lymfadenopathie) tot stand. Bij sommige van deze virusinfecties komen bloedingen voor.
Hoofdpijn bij een neuro-invasief arbovirus /
Bron: Geralt, Pixabay
Neuro-invasieve arbovirussen
Daarnaast is bij een aantal arbovirusinfecties
encefalitis (
ontsteking van de
hersenen) als gevolg van de aantasting van de hersenen kenmerkend. Hoofdpijn, een
stijve nek,
verwardheid,
desoriëntatie,
epileptische aanvallen en
zwakte in de armen en benen komen voor bij encefalitis. Wanneer het virus de hersenen binnendringt, is dit gekend als een neuro-invasief arbovirus.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen bij een arbovirusinfectie zijn onder andere:
- Ernstige hoofdpijn die niet reageert op pijnstillers
- Verlies van bewustzijn of ernstige verwardheid
- Herhaaldelijke epileptische aanvallen
- Aanhoudende hoge koorts ondanks behandeling
- Snel verergerende symptomen zoals ademhalingsproblemen of ernstige vermoeidheid
- Gevoeligheid voor licht of nekstijfheid bij vermoeden van encefalitis
Diagnose en onderzoeken
De meeste patiënten krijgen een
bloedonderzoek om het arbovirus op te sporen. Als een neuro-invasief arbovirus in het bloed wordt gevonden, zijn vaak aanvullende onderzoeken nodig om de diagnose te bevestigen. Deze onderzoeken kunnen omvatten:
- Een MRI-scan voor het verkrijgen van gedetailleerde beelden van de hersenen
- Een lumbale punctie (ruggenprik) voor het analyseren van hersen- en ruggenmergvocht
- Virale serologie en PCR-tests om het virus te identificeren
- Immunologische tests om de aanwezigheid van antilichamen te bevestigen
Behandeling
Voor virale infecties bestaan geen genezende medicijnen.
Antibiotica helpen niet bij een arbovirusinfectie; deze medicijnen bestrijden bacteriën en zijn dus niet effectief tegen virussen. De behandeling verloopt daarom voornamelijk ondersteunend door:
- Voldoende rust en hydratatie om uitdroging te voorkomen
- Symptomatische behandeling met koortsverlagende medicijnen en pijnstillers
- In ernstige gevallen kan een ziekenhuisopname noodzakelijk zijn
- Intravenueuze toediening van vocht bij ernstige uitdroging
- Controle en behandeling van eventuele bloedingen
- Mechanische ventilatie (kunstmatige beademing) bij ernstige ademhalingsproblemen
Prognose
Hoewel de meeste arbovirusziekten over het algemeen mild zijn en de meeste patiënten herstellen met een goede prognose, kunnen ernstige gevallen leiden tot langdurige symptomen en complicaties. Bij ernstige vormen zoals encefalitis kan de prognose variëren, met mogelijke blijvende neurologische schade of zelfs overlijden.
Complicaties
Complicaties van arbovirusinfecties kunnen omvatten:
- Hersenontsteking (encefalitis) met mogelijke langdurige neurologische gevolgen
- Chronische gewrichtspijn of spierpijn bij ziekten zoals chikungunya
- Ernstige bloedingen, vooral bij dengue
- Nier- of leverproblemen bij sommige arbovirusinfecties
- Problemen met het immuunsysteem bij herhaalde of ernstige infecties
Preventie
Preventie van arbovirusinfecties kan worden bereikt door:
- Gebruik van insectenwerende middelen met DEET
- Draag van beschermende kleding zoals lange mouwen en lange broeken
- Installeren van klamboes en het gebruik van muggenwerende netten
- Het vermijden van reizen naar gebieden met bekende uitbraken zonder adequate bescherming
- Vaccinatie waar beschikbaar, zoals voor gele koorts en Japanse encefalitis
- Elimineren van stilstaand water in de omgeving om de voortplanting van muggen te verminderen