Informatie over RSI; wat is het en wat kun je er aan doen?
Wie veel zelfde bewegingen maakt of in een zelfde houding zit, bijvoorbeeld achter de computer, kan na verloop van tijd pijn krijgen in armen, handen of de rug. Tegenwoordig komt RSI regelmatig voor; met name bij jongeren en studenten. In dit artikel lees je alles over RSI; wat de term inhoudt en wat je kunt doen om te zorgen dat de klachten verminderen.
Informatie over RSI
Wat is RSI?
De afkorting RSI staat voor Repetitive Strain Injury. De term gaat dus over repeterende bewegingen (veel zelfde bewegingen) die na verloop van tijd klachten veroorzaken. RSI is de meest gebruikte term om rugklachten en klachten m.b.t. armen, ellebogen, handen, vingers, polsen, schouders en de nek aan te duiden. Overigens zijn er ook andere termen bekend om dezelfde klachten aan te geven, zoals bijvoorbeeld OOS: Occupational Overuse Syndrome. RSI is geen ziekte, maar wel een aandoening die soms in meer of mindere mate nare gevolgen kan hebben voor een persoon. Een zogenaamde muisarm is trouwens iets anders dan RSI; RSI is uitgebreider en hoeft niet persé te ontstaan na veelvuldig gebruik van een computermuis.
Wat zijn de symptomen van RSI?
Met name klachten in de bovenrug en de armen zijn symptomen van RSI. RSI komt bijvoorbeeld voor bij personen die veel tijd achter een computer doorbrengen; door veelvuldig gebruik van het toetsenbord wordt continue een zelfde, belastende beweging gemaakt die eerst tot tinteling in de vingers kan leiden, en later tot ernstige klachten in bijvoorbeeld de nek. Symptomen van RSI kunnen in drie fasen worden ingedeeld:
- 1. Beginnende RSI-klachten (zoals tintelingen, doof gevoel, pijn ebt weg na een periode van rust, vermoeidheid)
- 2. Toenemende RSI-klachten (zoals pijn die snel optreedt, stijfheid, 's nachts pijn, moeite bij werkzaamheden)
- 3. RSI-syndroom (zoals continue pijn, slaapproblemen door de pijn, verlies van coördinatie, werkzaamheden vrijwel onmogelijk)
Bij klachten in fase 1 is het nog vrij eenvoudig om RSI te bestrijden, terwijl klachten binnen fase 3 moeizaam te verhelpen zijn.
Wie krijgen RSI?
Uit een onderzoek van het TNO uit 2006 blijkt dat RSI veel voorkomt in de volgende beroepsgroepen: gezondheidszorg, industrie, onderwijs, bouw en handel. RSI komt het meest voor bij vrouwen en jongeren. Factoren die van invloed zijn op het ontstaan van RSI zijn o.a. lichaamsbouw, perfectionisme en plichtsgetrouwheid. Het ontstaan van RSI wordt dan ook voor een deel lichamelijk bepaald, maar wordt voor een deel ook psychisch veroorzaakt. Jaarlijks gaan gemiddeld zo'n 450.000 mensen naar de huisarts met RSI-gerelateerde klachten. Overigens komt RSI niet vaker in Nederland voor dan in andere Europese landen.
Bestrijden van RSI
RSI voorkomen
Wie klachten van RSI wil voorkomen doet er goed aan zo min mogelijk repeterende bewegingen te maken. Dit begint al in en rond het huis, bijvoorbeeld wanneer er dingen getild moeten worden. Een goede houding aannemen bij tilwerk is van groot belang. Ook zwangere vrouwen en ouders met kinderen zijn snel vatbaar voor RSI, aangezien zij regelmatig veel gewicht met zich mee moeten dragen. De beste tip om RSI te voorkomen is waarschijnlijk nog wel sporten en bewegen. Regelmatig bewegen (bijvoorbeeld bij zwemmen of hardlopen) houdt de spieren soepel en werkt voor allerlei spiergroepen. Toch moet er bij sporten en bewegen ook goed opgepast worden voor RSI: bij zwemmen bijvoorbeeld kan een bepaalde spiergroep overbelast raken. Afwisseling in sport en beweging is dan ook erg belangrijk.
Gevolgen van RSI
De gevolgen van RSI kunnen (met name in fase 3) zeer groot zijn. Iemand kan zowel thuis als op het werk nog weinig kunnen uitvoeren, slaapt 's nachts slecht van de pijn en is zeer vermoeid. Kleine handelingen zoals het oprapen van een boek of het pakken van een voorwerp uit de kast kan moeilijk zijn of zelfs helemaal niet meer lukken. Dit kan voor mensen met RSI erg vervelend zijn en geestelijk ook erg belastend zijn. RSI wordt tegenwoordig, ookal is er nu de nodige informatie en voorlichting over, nog regelmatig onderschat.
Wat te doen bij RSI?
Wie beginnende RSI-klachten heeft, moet deze serieus nemen. RSI gaat meestal niet vanzelf over en heeft soms grote gevolgen. Personen met RSI-klachten moeten daarom al in een vroeg stadium contact zoeken met een (bedrijfs)arts en de werkgever inlichten. Soms kunnen op het werk al vrij vlot aanpassingen worden gedaan. Regelmatig (korte) pauzes nemen kan bijvoorbeeld al veel helpen. Voor mensen die met de computer werken kunnen vrij simpele aanpassingen aan de computer worden gedaan. Zo zijn er muisvervangers (penmuis), grotere toetsenborden en spraakherkenningsoftware te krijgen. Allemaal hulpmiddelen die RSI in een vroeg stadium tegen kunnen gaan. Voor mensen die ernstige RSI-klachten hebben kan fysiotherapie, beweging of massage een oplossing bieden. Voldoende rust en pauzes kunnen ook bijdragen tot vermindering van klachten. In fase 3 van RSI is een periode thuisblijven en rust nemen vaak een must.