Ziekenhuisinfectie: betekenis, oorzaak, voorkomen
Ziekenhuisinfecties komen voor in alle ziekenhuizen. Ze worden vaak veroorzaakt door bacteriën die moeilijk te bestrijden zijn omdat die resistent zijn tegen de meeste antibiotica. Een voorbeeld is de MRSA-bacterie. Een ziekenhuisinfectie kan ernstige gevolgen hebben voor de patiënt. De belangrijkste maatregel om ziekenhuisinfecties te voorkomen is een goede handhygiëne.
Wat is een ziekenhuisinfectie?
Een
ziekenhuisinfectie wordt officieel een
nosocomiale infectie genoemd. De definitie is: een infectie die optreedt in het ziekenhuis of andere gezondheidszorginstelling, ten tijde van of als gevolg van het verblijf aldaar. Ziekenhuisinfecties kunnen optreden bij patiënten, maar ook bij medewerkers. Als de patiënt vóór opname besmet is geraakt en hierdoor ziek wordt tijdens de opname telt dat niet als ziekenhuisinfectie. In de praktijk is soms moeilijk te bepalen wanneer iemand precies besmet is geraakt; daarom geldt dat een infectie pas als ziekenhuisinfectie wordt beschouwd als deze tenminste 24 uur na de opname ontstaat.
Hoe ontstaat een ziekenhuisinfectie?
Een ziekenhuisinfectie hangt vaak sterk samen met de medische zorg die wordt gegeven door artsen en verpleegkundigen. Maar wat ook een rol speelt is de verminderde weerstand van de patiënt door ziekte of na een operatie. Daardoor is die bevattelijker voor een infectie. Micro-organismen zoals bacteriën zijn niet alleen aanwezig bij personeel, andere patiënten en bezoekers, maar ook op beddengoed, hulpmiddelen en in de sanitaire ruimten. Via de handen kunnen die makkelijk verspreid worden. Ook de patiënt zelf draagt bacteriën bij zich. Er zijn dan ook twee manieren te onderscheiden waarop een ziekenhuisinfectie kan ontstaan:
- Via kruisinfectie: door contact met andere mensen (dokter, verpleegkundige, bezoekers) en de omgeving kunnen micro-organismen overgebracht worden op de patiënt
- De "eigen" micro-organismen van de patiënt komen op de verkeerde plaats terecht, bijvoorbeeld darmbacteriën die in de blaas terecht komen en daar een blaasontsteking veroorzaken. Dit wordt auto-infectie genoemd
Soorten ziekenhuisinfectie
Er kan onderscheid worden gemaakt tussen de verschillende soorten ziekenhuisinfecties:
- Urineweginfecties (met een aandeel van 40% van alle ziekenhuisinfecties)
- Postoperatieve (=na operatie) wondinfecties
- Luchtweginfecties (longontsteking)
- Sepsis ("bloedvergiftiging")
Hoe vaak komen ziekenhuisinfecties voor?
5 tot 10 % van de mensen die in een Nederlands ziekenhuis worden opgenomen krijgt te maken met een ziekenhuisinfectie (gemiddeld 6,6 % in de jaren 2007 t/m 2009, bron: RIVM). Het gaat om ongeveer 100.000 patiënten per jaar. Hoewel er veel aan wordt gedaan om dit probleem aan te pakken blijft dit cijfer vrij constant. Dit komt waarschijnlijk omdat er steeds meer ingrepen worden verricht, mensen steeds ouder worden en baby's na een kortere zwangerschapsduur levend geboren kunnen worden dan vroeger. Die heel jonge en de oudere patiënten vormen de extra kwetsbare groepen.
Intensive Care
Op de afdelingen waar intensieve zorg wordt verleend, zoals Intensive Care (ICU), komen meer ziekenhuisinfecties voor dan op gewone verpleegafdelingen. Mensen die op zo'n afdeling met intensieve zorg zijn opgenomen zijn al kwetsbaarder door hun gezondheidstoestand en krijgen vaker te maken met ziekenhuisinfecties. Een patiënt die wordt beademd heeft bijvoorbeeld meer kans op het krijgen van een longontsteking.
Voorbeelden van bacteriën die ziekenhuisinfecties kunnen veroorzaken
- Staphylococcus aureus, komt bij veel mensen op de huid voor, vaak de veroorzaker van wondinfecties
- Clostridium difficile, een darmbacterie, die vooral bij gebruik van antibiotica diarree kan veroorzaken; een agressieve variant hiervan zorgde in juli 2005 voor een epidemie in Nederlandse ziekenhuizen
- MRSA (Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus), de resistente vorm van bovenstaande "gewone" stafylokok, die regelmatig het nieuws haalt als er in een ziekenhuis een uitbraak is
- Klebsiella, waarvan een multiresistente variant in 2010 en 2011 voor een uitbraak zorgde in het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam
Bacteriën die berucht zijn bij ziekenhuisinfecties, worden vaak ziekenhuisbacteriën genoemd. Ze zijn nogal eens resistent tegen de meeste gangbare antibiotica en daarom moeilijk te bestrijden en worden in het algemeen BRMO genoemd: Bijzonder Resistente Micro-Organismen.
ESBL-vormende bacteriën vallen hier ook onder. Eerder genoemde resistente variant van de Klebsiella-bacterie is een voorbeeld van zo'n ESBL-vormende bacterie.
Naast bacteriën kunnen virussen zorgen voor een uitbraak in ziekenhuizen; een voorbeeld hiervan is het
norovirus, dat zeer besmettelijk is en een uitbraak onder patiënten en personeel kan veroorzaken ondanks de genomen maatregelen. In juli 2009 veroorzaakte een agressieve variant van het
rotavirus een uitbraak in het Diakonessenhuis in Utrecht.
Gevolgen van ziekenhuisinfecties voor de patiënt
De gevolgen van een ziekenhuisinfectie voor de patiënt kunnen ernstig zijn. Iemand die een operatie heeft ondergaan kan daarvan een slechter resultaat hebben na een wondinfectie. Een patiënt kan ernstig ziek worden en te maken krijgen met pijn, een langere opname in het ziekenhuis, onzekerheid en angst. Daarnaast zijn er mogelijk financiële gevolgen voor de patiënt. Een patiënt kan ernstige verschijnselen overhouden van een ziekenhuisinfectie zoals blijvende invaliditeit, of er zelfs aan overlijden.
.
Gevolgen van ziekenhuisinfecties voor het ziekenhuis
Ziekenhuizen krijgen te maken met flinke extra kosten door ziekenhuisinfecties. Dit komt door meer dagen opname, aanvullend onderzoek, medicijngebruik en eventuele heroperaties van de betreffende patiënten. Soms moet een afdeling tijdelijk gesloten worden; dit kan nodig zijn bij een uitbraak. Soms wordt tijdelijk een opnamestop ingesteld en moeten nieuwe patiënten uitwijken naar andere ziekenhuizen. Ook voor het ziekenhuis hebben ziekenhuisinfecties dus grote gevolgen. Daarom voert elk ziekenhuis een beleid dat erop is gericht het aantal infecties te verminderen, de
infectiepreventie.
Infectiepreventie: voorkomen en controleren van ziekenhuisinfecties
Ziekenhuizen hebben protocollen en richtlijnen die tot doel hebben ziekenhuisinfecties te controleren en te voorkomen. Het is het werk van de ziekenhuishygiënisten; zij geven voorlichting, instructies en adviezen. Ook wordt door hen getoetst of de voorschriften worden nageleefd door middel van audits onder de medewerkers. Er vindt registratie plaats van het aantal ziekenhuisinfecties. Ook al zijn ziekenhuisinfecties zijn niet altijd te voorkomen, het aantal kan wel behoorlijk verminderd worden door de juiste maatregelen. Het belangrijkste om dit te bereiken is handhygiëne. Daaronder wordt verstaan het wassen van de handen en het gebruik van desinfecterende handlotion, beide op de juiste manier en op het juiste moment. Een ander onderdeel van de preventie is het uitvoeren van contactonderzoek. Dit wordt gedaan om uitbreiding te voorkomen, bijvoorbeeld in het geval van MRSA. Dit geldt voor patiënten en personeel.
Lees verder