De Germaanse geneeskunde van Ryke Geerd Hamer
Sinds 1981 bestaat er een nieuw soort geneeskunde: de Germaanse geneeskunde van Ryke Geerd Hamer. Het stelt dat ziektes geen ziektes zijn maar "biologisch zinvolle programma's" die na een biologisch of psychologisch conflict in gang gezet worden en de genezing dienen. Het echte probleem is het conflict waarmee alles begint. Daar moet de genezing gezocht worden. De Germaanse geneeskunde claimt dat kanker genezen kan worden zonder medicijnen. Deze verregaande psychologisering van ziektes wordt door vrijwel alle artsen afgewezen als een levensgevaarlijke ideologie die doodzieke mensen zonder adequate behandeling laat. De afwijzing van de leer wordt door Hamer zelf geïnterpreteerd als een vorm van pure machtsuitoefening door een door Joden gedomineerde groep van grootkapitalisten.
Ryke Hamer ontdekt een nieuwe geneeskunde
Sinds 1981 bestaat er een nieuw soort geneeskunde: de Germaanse nieuwe geneeskunde. De ontdekker ervan is de arts Ryke Geerd Hamer, een in 1935 in Düsseldorf geboren Duitser. De gewone geneeskunde, steevast
Schulmedizin genoemd, bestaat volgens hem op zijn best uit een paar duizend hypotheses die nergens op gebaseerd zijn en al duizenden levens hebben gekost. Hamer claimt dat de Schulmedizin 98% van alle mensen met kanker laat sterven. De Germaanse geneeskunde daarentegen is volgens hem vrij van hypotheses en gebaseerd op algemeen geldende biologische wetten. Het maakt genezing, ook van kanker, mogelijk zonder gebruik van medicijnen. Kanker, zo stelt Hamer, is een lichamelijke reactie op een psychische shock. Genees de shock en de kanker verdwijnt.
De clash met de reguliere geneeskunde en de media
Dat zulke opvattingen leiden tot een clash met de gewone geneeskunde ligt voor de hand. Vanuit de overtuiging dat Hamer’s Germaanse geneeskunde een gevaar voor de volksgezondheid is en het leven van kankerpatiënten in gevaar kan brengen, zijn vanuit deze hoek rechtszaken aangespannen. De rechter heeft de aanklagers gelijk gegeven. Het werd Hamer verboden om zijn medisch beroep nog verder uit te oefenen. Desondanks bleef hij patiënten van advies voorzien. De Duitse justitie zag in zijn geval geen relevant onderscheid tussen advies en behandeling en liet hem daarop zelfs in het gevang zetten.
Verschillende malen heeft Hamer met zijn opvattingen de media gehaald en felle debatten uitgelokt, zeker wanneer het om kinderen met kanker ging. De meeste ophef ontstond rondom de zaak van de Oostenrijkse Olivia Pilhar die zich in 1995 voordeed. De ouders van Olivia hadden zich tot Hamer gewend op advies van een medelid van de Fiat Lux beweging waartoe ze behoorden. Volgens Hamer lag de oplossing daarin dat de moeder moest stoppen met werken en bij het kind diende te blijven; haar afwezigheid was de shock die in dit geval de kanker had veroorzaakt. De reguliere artsen vreesden echter de gevolgen van een onbehandelde kanker en eisten een reguliere behandeling om het kind te beschermen. Ze bepleitten hun zaak bij de rechter. Voor het gezin Pilhar was dat aanleiding om te vluchten naar Spanje. Ze hadden volledig vertrouwen in Hamer en wilden hun kind niet aan de reguliere geneeskunde overgeven. De nationale commotie die daarna ontstond laat zich raden. Uiteindelijk is het toch gelukt om het kind aan een reguliere behandeling te onderwerpen. Het resultaat was dat ze genas (zij het met een paar ernstige en blijvende neveneffecten). De ouders van Olivia zijn altijd achter Hamer blijven staan en geloven tot op de dag van vandaag dat de Germaanse geneeskunde de ware geneeskunde is. Helmut Pilhar, de vader, verdient daar tegenwoordig ook zijn geld mee.
Inmiddels heeft Hamer zich teruggetrokken in Noorwegen. Van daaruit reist hij vaak af naar andere landen om spreekbeurten te houden voor een nog steeds groeiend aantal volgelingen, vooral in het Duitse Beieren. Veel vertegenwoordigers van de Schulmedizin, een groot aantal journalisten en een toenemend aantal ex-patiënten spreken liever van een sekte.
De macht van het grootkapitaal en de Joden
Dat de Schulmedizin de Germaanse geneeskunde niet omarmt, heeft volgens Hamer maar één reden. Zij wordt volledig gedomineerd door grootkapitalisten voor wie ziektes slechts gelegenheden zijn om medicijnen te verkopen. Dat grootkapitaal is naar zijn zeggen voor een fiks deel in handen van de Joden. Iets wat volgens hem ook verklaart waarom, zoals hij stelt, zoveel oncologen Joden zijn. Zij behandelen niet-Joden met zulke onsuccesvolle en dure middelen als bestralingen en chemotherapieën. Joodse patiënten daarentegen worden door hen wel behandeld langs de lijnen van de Germaanse geneeskunde en genezen dus veel vaker. Aldus Hamer.
De weerstand tegen de Germaanse geneeskunde komt zeker niet alleen van buiten af. Er is een gestaag groeiende documentatie beschikbaar van mensen die ondanks het gebruik van de Germaanse geneeskunde toch zijn overleden aan hun ziekte. Een van de slachtoffers is overigens de vrouw van Hamer zelf. Zij bezweek aan de gevolgen van borstkanker. Naar de mening van Hamer was zijn vrouw onvoldoende overtuigd van de principes van de Germaanse geneeskunde. Andere sterfgevallen worden door Hamer verklaard uit de kwaadaardigheid van de heersende machten, en dus die van veel Joden. Zij zouden zelfs chips die voorzien waren van een lading gif in de lichamen van mensen inplanten en via een vorm van satellietbesturing injecteren, juist wanneer Hamer bezig was hen te genezen.
De door velen als tamelijk exotisch ervaren verklaringen die Hamer geeft over waarom zijn patiënten toch overlijden en waarom er zoveel weerstand tegen zijn ideeën bestaat, hebben het gebruikelijk effect. Enerzijds is er een groeiende scepsis en zelfs grote weerzin tegen de Germaanse geneeskunde, anderzijds is onder de aanhangers beslist sprake van een gestaag sterker wordende overtuiging. Daarbij moet overigens wel opgemerkt worden dat lang niet alle aanhangers zich scharen achter de opvatting van de leider Hamer dat de Joden de schuld hebben. Aan de andere kant, de Germaanse geneeskunde doet het wel degelijk goed in die ultra-rechtse kringen waar het anti-semitisme niet ver te zoeken is.
De principes van de Germaanse geneeskunde
Het kernprincipe van de Germaanse geneeskunde is dat wat in de Schulmedizin een ziekte genoemd wordt een natuurlijke reactie is van het lichaam op een psychische of biologische shockervaring. Dieren in het wild, zo stelt Hamer, worden eigenlijk nooit ziek, uitzonderingen daargelaten. Dat mensen wel ziek worden komt omdat het psychisch element bij hen zo’n overheersende rol speelt. Het lichaam reageert op wat er in het hoofd gebeurt. De reactie van het lichaam bestaat, grosso modo, uit het verhogen of verlagen van de concentratie van bepaalde stoffen dan wel uit het aanmaken of vernietigen van bepaalde cellen. Die processen gebeuren meestal buiten ons bewustzijn om en zijn gericht op herstel. Wat de Schulmedizin een ziekte noemt, is volgens de Germaanse geneeskunde dus juist genezing.
De lichamelijke reactie volgt een vijftal biologische wetten. Volgens Hamer maken ze het mogelijk om voor alle lichamelijke of geestelijke ziekten en aandoeningen goede therapieën wetenschappelijk te testen. Het punt is dat deze wetten het mogelijk maken om de oorzaken te vinden - de shock dus - en ze via de weg van de psyche te genezen. Hamer meent dat zo’n 80 procent van alle ziektes zonder gebruik van medicijnen en operaties, en dus zonder blijvend letsel, volledig kunnen worden genezen.
De eerste wet
De eerste biologische wet is in feite al vermeld. Het stelt dat elke ziekte veroorzaakt wordt door een shock (biologisch conflict genoemd). De ziekte uit zich doordat het lichaam en het brein er op reageren met een “noodprogramma,” ook wel "Biologisch Zinvol Programma" genoemd. Het denken kan er dwangmatig door worden en een orgaan kan zijn werking veranderen om het conflict zichtbaar te maken en zelfs op te lossen. Opvallend hierbij is dat Hamer stelt dat de inhoud van het conflict zich ergens in de hersenen heeft gelokaliseerd. CAT scans van hersenen met donkere plekken erin van iemand na een shock ervaring, werden vaak als bewijs hiervoor aangevoerd. Dat deskundigen erop wezen dat die CAT scans technisch niet perfect waren en altijd wel donkere plekken lieten zien, was voor Hamer geen aanleiding zijn opvattingen te wijzigen.
De tweede wet
De tweede wet gaat over het verloop van de reactie van het lichaam (inclusief brein) op de shock. Onmiddellijk na de stress schakelt het lichaam automatisch over naar een stresssituatie (ook wel de koude fase genoemd). Pas wanneer het conflict (de shock) opgelost gaat worden kan de tweede fase intreden. Dit is de fase die de Schulmedizin de ziekte noemt, maar die volgens Hamer en de zijnen juist genezing genoemd moet worden. Het is dus de tweede fase die het meest zichtbaar is en waarop de gewone geneeskunde haar wapenen richt. De kans is dan groot dat ze niet zozeer de ziekte bestrijdt als wel de genezing tegenwerkt.
De derde wet
De derde wet gaat over de toename van cellen in het lichaam. Er is een initiële celtoename die wordt aangestuurd door een specifiek deel van de hersenen (de oude hersenen). Dit kan een tumor zijn. In de tweede fase komen er ook extra cellen bij, maar die dienen ter verwijdering van de tumor. De tweede fase van celtoename is dus de genezing. Niet geheel en al verrassend zien veel reguliere artsen in deze opvatting juist een groot gevaar. Waar Hamer de celgroei door laat gaan omdat het genezend zou zijn, daar willen de gewone artsen het juist stoppen om de ziekte zo vroegtijdig mogelijk te kunnen bestrijden.
De vierde wet
Ook de vierde wet van Hamer is nogal bijzonder. Schimmels, bacteriën en virussen (waarvan sommige Germaanse geneeskundigen overigens het bestaan ontkennen) zouden uitsluitend werken in de genezingsfase. Ze zijn als het ware de hulpbronnen van het lichaam en geen zelfstandige oorzaak van een ziekte. Hamer schroomt dan ook niet om het bestaan van Aids te ontkennen. Het Aids-virus, als het al bestaat, dient slechts de genezing van het lichaam. Het is geen ziekte, het is de weg naar genezing.
De vijfde wet
De vijfde en laatste wet vat in wezen al het voorgaande samen. Elke ziekte is onderdeel van een gedurende de evolutie ontwikkeld “Zinvol Biologisch Programma”. Elke ziekte is een programma met maar een doel: de heling van het lichaam. Zulke programma’s worden in werking gezet na een shock. Zo werkt de evolutie. Het vakgebied medicijnen is slechts een onderdeel van (deze vorm van) de biologie.
Kritisch slotwoord
Hamer stelt dat zijn Germaanse geneeskunde vrij is van hypothesen en gebaseerd is op biologische wetten. Het is bijzonder moeilijk te doorgronden wat hij daarmee precies bedoelt. Elke filosoof zal zeggen dat elke wet in de natuurwetenschappen een hypothese is en de wetten van Hamer kunnen daarop geen uitzondering zijn. Hamer, immers, claimt geen gebruik te maken van bovennatuurlijke openbaringen en wil de Germaanse geneeskunde een onderdeel laten zijn van de natuurwetenschappen. Zijn wetten zijn beweringen - en dus hypotheses - die niet aangenomen moeten worden maar onderzocht moeten worden. Tenminste, als daar aanleiding toe is.
En die aanleiding is er eigenlijk niet. Neem alleen al het idee dat er een conflict of shock nodig is om een “ziekte” (of Zinvol Biologisch Programma) te starten. In een tijd waarin tienduizenden mensen zijn overleden aan Ebola, een onomstotelijk en bewezen gevolg van een virus en dus niet van een massa-conflict of psychose, is het ronduit beschamend om te eisen dat de artsen aldaar eerst op zoek zouden moeten gaan naar dat conflict. Alleen al het idee dat er onder bepaalde groepen Afrikanen een bepaald soort biologisch of psychisch conflict heerst en onder andere groepen niet is zo absurd dat het met geen pen te beschrijven is, behalve dan, dat het onherroepelijk levens gaat kosten. De overige wetten van de Germaanse geneeskunde zijn al even ver verwijderd van de bevindingen van de moderne biologie en medicijnenleer. Waar, bijvoorbeeld, is het bewijs dat een groeiende tumor zichzelf aan het genezen is? En het bewijs dat griepbacteriën pas komen na een psychische shock en de genezing inluiden? Gezien de uitzonderlijke stellingnames ligt de bewijslast volledig bij de aanhangers van de Germaanse geneeskunde. Dat bewijs wordt niet geleverd. Ook niet door de reguliere geneeskunde waar het algemene gevoel is dat de daarvoor benodigde energie (en geld) beter besteed kunnen worden.
Maar het meest kwalijke van de Germaanse geneeskunde, en het meest leerzame aan deze hele beweging, is de volstrekte absurditeit van de verklaringen voor hun non-acceptatie. Dat het grootkapitaal een grote invloed heeft op de medische wereld lijkt, helaas, een feit, maar dat er sprake is van een complot waarin satellieten ingezet worden om mensen te vergiftigen geeft vooral aan dat het zoeken naar harde bewijzen plaats heeft gemaakt voor verhitte fantasieën. Dat daarbij naar Joden gewezen wordt, is op zijn best smakeloos.
De ideologie van de Germaanse geneeskunde heeft ten behoeve van de eigen verdediging een "Biologisch Onsmakelijk Programma" in het leven geroepen.