Welke haarkleur past bij mij?
De kleur van je haren kan je gezicht en je uiterlijk doen opleven. Wanneer je toe bent aan een nieuwe haarkleur, is het goed om even stil te staan bij jouw eigen persoon en ook bij de kleur van je huid. Niet alle haarkleuren zijn namelijke geschikt voor iedereen, en ook kunnen de seizoenen invloed hebben op trends op het gebied van haarkleuren.
Welk type ben je?
Misschien heb je er nooit eerder van gehoord, maar er bestaat zoiets als een 'lente-, zomer-, herfst- of wintertype'. Welk type jij bent hang helemaal samen met de kleur van je huid, maar soms ook met de kleur van je ogen en je natuurlijke haarkleur. Voor ieder type zijn bepaalde kleurschakeringen bedacht die bij een type kunnen passen. Ben je bijvoorbeeld een wintertype, dan kun je met behulp van de kleurschakeringen (met een kleurenwaaier) zien welke tinten groen bij je passen. Het kan heel handig zijn om te weten welk type je bent, want je kunt je outfits en dus ook je haarkleur er op aan passen om er op je voordeligst uit te zien.
Zomertype
Huidskleur
Bij het zomertype hoort een
roze huid met een ietwat blauwe ondertoon. De blauwe ondertoon kan veroorzaakt worden door blauwe aderen die vrij goed zichtbaar zijn. Het is de combinatie van roze (soms roze kringetjes) en een blauwe/violet ondertoon die zorgt dat je een zomertype bent. Een zomertype kan lichte sproeten op de huid hebben.
Kleur van de ogen
Zomertypes hebben meestal een 'koele' oogkleur; de ogen zijn blauw, donkerblauw, groen of grijsblauw. Een combinatie kan trouwens ook. Een zomertype heeft nooit bruine ogen.
Welke haarkleur?
Van nature hebben zomertypes blond of bruin haar. Blonde zomertypes kunnen een nogal onbestemde haarkleur hebben, zoals de kleur van as. Een tip voor zomertypes is om high- of lowlights in het haar aan te brengen (lichte of donkere plukjes); highlights of lowlights kunnen de natuurlijke haarkleur doen opleven. Zeker bij zomertypes met slag of krullen in het haar zullen high- of lowlights goed staan. Een optie voor blonde zomertypes is om het haar zeer licht te kleuren; zelfs platinablond kan erg mooi staan. Zomertypes die graag wat donkerder willen, doen er goed aan om een kleur te kiezen met een blauwe ondertoon. De kapper kan hierin meedenken en de kleur mengen. Zomertypes kunnen beter niet gaan voor zwarte of zeer donkerbruine haren of kleuren met een kopergloed erin. Rood is zeker mogelijk, maar dus wel met een wat koelere ondertoon.
Herfsttype
Huidskleur
De huid kan licht of donker zijn, maar wel altijd met een gelige, bronzen ondertoon. Kenmerkend voor het herfsttype zijn de sproeten op de huid, die vaak aanwezig zijn. De huid van een herfsttype kan er erg bleek uitzien, zelfs in de zomer. In sommige gevallen kan de huid van een herfsttype snel rood kleuren wanneer het met de zon in aanraking komt.
Kleur van de ogen
De ogen zijn meestal groen of bruin van kleur. Het komt minder vaak voor dat herfsttypes helblauwe ogen hebben, maar het kan wel.
Welke haarkleur?
De eigen haarkleur van herfsttypes bevatten meestal iets van een koper- of goudtint. Mensen met rood haar zijn vrijwel altijd een herfsttype. Warme, sprekende kleuren passen erg goed bij herfsttypes. Zij kunnen hun
eigen haarkleur versterken door hun haren te verven in een warmere, donkerder tint. Herfsttypes doen er meestal niet goed aan om hun haren lichter te maken, dit ziet er vrij snel onnatuurlijk uit. Een tip voor het herfsttype is dus om altijd iets donkerder te gaan (kan bijv. ook met lowlights), maar geen kleuren te kiezen met een koele ondertoon.
Wintertype
Huidskleur
Wintertypes hebben net als zomertypes een koele, blauwe ondertoon in hun huid zitten. De blauwe ondertoon is meestal niet heel duidelijk aanwezig, maar kan worden opgemerkt als 'grauw'. Het grote verschil met een zomertype, is dat het wintertype niet veel roze in zijn/haar huid heeft. De huid kan nog het beste getypeerd worden als ' olijfkleurig', of: 'beige'. De huid van een wintertype kleurt niet snel rood, ook niet door warmte van de zon.
Kleur van de ogen
Wintertypes hebben een koele kleur ogen; donkerbruin, groen, ijsblauw of zwartbruin. Het contrast tussen de iris en het oogwit is groot. Dit is een duidelijk verschil met het zomertype, welke ook koel is, maar toch iets zachter.
Welke haarkleur?
Meestal is de natuurlijke haarkleur van een wintertype donker. Het haar heeft een diepe, donkerbruine of zwarte kleur. Het haar in z'n geheel verven is meestal niet verstandig; of het moet bijvoorbeeld zijn om grijze haren te verven. Heel subtiel kunnen highlights door de haren van een wintertype gedaan worden, maar deze kunnen het beste een koele ondertoon hebben. Alle kleuren met een koperen of perzikkleurige ondertoon kunnen het beste vermeden worden. Wintertypes kunnen het zelf als vervelend ervaren dat zij niet veel met hun haren kunnen doen qua kleuring. Toch hebben wintertypes het
voordeel dat zij meestal van nature mooi glanzend haar hebben. Een nieuw kapsel kan een uiterlijk ook helemaal afmaken; het is verstandig om voorzichtig met verf om te gaan.
Lentetype
Huidskleur
Een warme huidskleur past helemaal bij het lentetype. De huid heeft een gouden of ivoorkleurige ondertoon en kan snel rood kleuren (met name de wangen). Sproeten kunnen aanwezig zijn bij het lentetype en zijn dan bruinig van kleur.
Kleur van de ogen
De meeste lentetypes hebben (licht)blauwe ogen. Sommige lentetypes kunnen groene ogen hebben. De ogen zijn altijd vrij licht van kleur. Soms zijn er duidelijk stipjes in de ogen aanwezig.
Welke haarkleur?
Veel lentetypes hebben blond haar (in alle varianten denkbaar). Meestal is de ondertoon van het haar wel warm, denk aan een lichte kopertint of een perzikenkleur. Lentetypes die hun
haren lichter verven kunnen ervaren dat hun haren snel ' rossig' worden, er verschijnt een ietwat rode gloed. Een tip is om de natuurlijke haarkleur enkel te omlijsten en niet om grauwe, contrasterende kleuren in het haar te doen. Het haar blonder maken is zeker een optie, maar ook lichtbruine kleuren op kopertinten kan een lentetype goed hebben.