Het antidiuretisch hormoon
Het antidiuretisch hormoon (ADH), ook bekend als vasopressine, is een neurohormoon dat wordt geproduceerd in de hypothalamus en wordt afgescheiden door de hypofyse. Een van de belangrijkste functies van het ADH is de regulatie van water en vocht in het lichaam. Verschillende omstandigheden kunnen er toe leiden dat het antidiuretisch hormoon wordt afgegeven.
Ligging antidiuretisch hormoon
Het antidiuretisch hormoon (ADH) wordt geproduceerd in de hypothalamus en is opgebouwd uit negen aminozuren (bouwstenen waaruit eiwitten zijn opgebouwd). De hypothalamus is een onderdeel van de hersenen wat te maken heeft met emotie en emotioneel geheugen. Het ligt vlak boven de hypofyse, die zorgt voor de afscheiding van ADH. Het hormoon is ook een neurotransmitter, wat betekent dat het een overbrenger van zenuwprikkels is.
Afgifte antidiuretisch hormoon
Het hormoon wordt doormiddel van prikkels afgegeven aan het bloed. Deze prikkels kunnen op verschillende momenten verschijnen waarna het ADH wordt uitgescheiden.
Osmotische waarde
Wanneer het antidiuretisch hormoon wordt afgegeven wordt dit geregistreerd in het osmoregulatiecentrum, ook gelegen in de hypothalamus. ADH wordt afgegeven wanneer de osmotische waarde van het bloed omhoog gaat. ADH doet dan zijn werking in de nieren. Het zorgt ervoor dat de nieren water vast houden zodat er niet teveel water in het urine terecht komt. De terugresorptie van water in de nieren wordt dan verhoogd. De osmotische waarde van het bloed wordt gecorrigeerd.
Acute situatie
Ook in een acute situatie komen er grote hoeveelheden ADH in het bloed. Een acute situatie kan duiden op een daling van de bloeddruk, bijvoorbeeld bij een hevig bloedverlies. In dit geval heeft het hormoon een vernauwend effect op de aders en slagaders (vandaar de benaming vasopressine). ADH is daardoor (mede)verantwoordelijk voor de bleke kleur van een shockpatiënt. Door de vaatvernauwing krijg je ook een hoge bloeddruk.
Functies antidiuretisch hormoon
Het ADH heeft verschillende functies die voordelen hebben voor de gezondheid van het lichaam.
Reguleren osmotische waarde
De grootste functie van het antidiuretisch hormoon is het al eerder beschreven beïnvloeden van de uitscheiding van water door de nieren. Zonder het ADH is de urineproductie zeer hoog en wordt er teveel water uitgeplast.
Inname alcohol
Bij het consumeren van veel alcohol merk je vaak dat je dorst krijgt. Alcohol onderdrukt namelijk de productie van het antidiuretisch hormoon, waardoor het water niet meer wordt vastgehouden in de nieren en alles het lichaam verlaat.
Tekort en overmaat ADH
Het antidiuretisch hormoon kan tevens te weinig of teveel worden aangemaakt of afgegeven. Dit geeft verschillende complicaties, die zeer ernstig kunnen zijn.
Tekort
Bij een tekort aan het antidiuretisch hormoon ontstaat er Diabetes Insipidus. Je kan dan het water niet goed vasthouden. Hierdoor moet er veel gedronken worden om niet uit te drogen, dit kan wel 10 – 20 liter per dag zijn. Een tekort aan het ADH kan ontstaan door het nuttigen van alcohol of cafeïne.
Overmaat
Bij een teveel aan ADH houdt de patiënt water vast waarbij gewichtstoename, waterintoxinatie en oedeem optreden. Dit wordt ook wel het Syndrome of Inappropriate ADH Secretion (SIADH) genoemd. Dit kan klachten geven als verwarring en sufheid.
SIADH kan een aantal oorzaken hebben, zoals een tumor, bijwerking(en) van medicijnen of het gevolg van bepaalde aandoeningen, zoals hartfalen.
Andere effecten op het lichaam
Het antidiuretisch hormoon heeft nog een aantal andere effecten op het lichaam. Het speelt mogelijk een rol bij agressie en bij de vorming van herinneringen bij sociaal gedrag, vooral wat de seksuele aandrang tussen partners stimuleert. Er zijn waarschijnlijk nog veel meer effecten van het ADH, maar nog niet alles is volledig ontdekt. In de Verenigde Staten is het antidiuretisch hormoon populair bij studenten omdat het de concentratie zou verhogen. Omdat het niet onbeperkt gebruikt kan worden is het niet zonder risico.