Syndroom van Sheehan
Bij bevallingen komt bloedverlies voor. Soms ontstaat er shock. Dit kan ervoor zorgen dat er geen melkproductie op gang komt en de menstruatie achterwege blijft. Er kan sprake zijn van het syndroom van Sheehan.
Syndroom van Sheehan
Door shock/hypotensie na de bevalling produceert de hypofyse minder hormonen.
Ontstaan
Bij veel bloedverlies na de bevalling, die gepaard gaat met hypotensie en shock, kan de hypofyse te weinig bloed ontvangen, wat kan leiden tot necrose/verval van de hypofyse. Met name de hypofyse is in die periode kwetsbaar voor een grote bloeddrukdaling omdat deze dan vergroot is onder invloed van oestrogenen, maar de bloedtoevoer is niet toegenomen. Tijdens de zwangerschap wordt de hypofyse twee maal zo groot, hoofdzakelijk door vermeerdering van chromofobe cellen, die belangrijk zijn voor de productie van prolactine, een hormoon dat zorgt voor melk uitscheiding/productie.
Symptomen
Kort na het incident/shock zijn er vaak geen symptomen. De melkproductie komt echter niet op gang en daarna volgen symptomen van een onvoldoende werkende hypofyse, zoals de menstruatie die wegblijft. Er kunnen problemen met de schildklier en/of bijschildklier ontstaan. In zeldzame gevallen, bij langdurige shock, kan de hele hypofyse uitvallen.
Behandeling
De behandeling bestaat uit vervanging van de ontbrekende hormonen. Mocht men zwanger willen worden, dan zullen de eierstokken/ovaria met gonadotrofinen gestimuleerd moeten worden.
Hypofyse
De hypofyse ligt in de sella turcica, een uitholling in de schedel. Via de hypofysesteel is het met de hypothalamus van de hersenen verbonden. De hypofyse bestaat uit de
adenohypofyse en de
neurohypofyse.
De
adenohypofyse is onder te verdelen in drie segmenten, de hypofysevoorkwab, ook wel pars anterior of pars distalis genoemd, de pars tuberalis, die bij de hypofysesteel ligt, en de hypofysetussenkwab, de pars intermedia. De
neurohypofyse bestaat uit de hypofysesteel en de hypofyseachterkwab (pars posterior of pars nervosa).
De
hypofysevoorkwab van de
adenohypofyse produceert groeihormoon (GH) (een nadere benaming is somatotroop hormoon/STH), prolactine (PRL), follikelstimulerend hormoon (FSH), luteïniserend hormoon (LH), thyreoïdstimulerend hormoon (TSH), en pro-opiomelanocortine (POMC), Uit POMC kunnen zich adrenocorticotroop hormoon (ACTH) en lipotroop hormoon (LPH, β-lipotropine) afsplitsen. Adrenocorticotroop hormoon wordt ook wel corticotropine genoemd. De pars tuberalis (bij de
hypofysesteel) produceert LH en FSH, de pars intermedia (
hypofysetussenkwab) maakt pro-opiomelanocortine waaruit melanocytenstimulerend hormoon (MSH, intermedine) kan worden afgesplitst.
De
neurohypofyse is opgebouwd uit de
hypofyseachterkwab (pars nervosa) en de
hypofysesteel. De hypofysesteel bestaat uit het infundibulum en de eminentia mediana. De neurohypofyse produceert vasopressine ( = antidiuretisch hormoon= ADH), en oxytocine.
Doelorganen en invloed van de hypofyse hormonen:
Hormoon | Doelorgaan | Invloed op/effect |
ACTH | bijnierschors | corticosteron |
TSH | schildklier | T3,T4 |
FSH | ovarium
testis | oestrogeen
spermatogenese |
LH | ovulatie/ovarium
testis | progesteron
androgeen |
GH/Groeihormoon/TSH | mamma/borsten
vetweefsel
spier | PRL/prolactine
vrije vetzuren
(meer) glucose in het bloed |
Groeihormoon via somatomedine | groeischijf v.h. bot | Groei |
ADH | nier | minder vocht uitscheiden |
Oxytocine | uterus/baarmoeder | contractie glad spierweefsel tijdens coïtus en
bij de bevalling |
Hypofyse tumor
Tumoren zijn de meest voorkomende oorzaak voor uitval van de hele hypofyse. Andere symptomen, behalve door uitval van de hypofyse, kunnen dan worden veroorzaakt door verdrukking van omgevende structuren, zoals het optisch chiasma en de hypothalamus. Het optisch chiasma is het gebied waar de zenuwbanen van de ogen elkaar kruisen. Verdrukking hiervan kan leiden tot problemen met het zien (de visus).
Lees verder